Deel 2.8 - Sociaal-culturele problematiek als gevolg van Immigratie-Randstad Flashcards

1
Q

integreren

A

integreren = van nieuwkomers in NL wordt steeds meer verwacht dat zij zich in onze samenleving inburgeren. (Nederlands leren, en de waarden en normen)

Nieuwkomer heeft 3 jaar de tijd om in te burgeren (inburgeringstermijn)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Socialisatie

A

overdragen van waarden en normen van ene generatie op de andere (opvoeding thuis maar ook via omgang met vrienden etc). Gaat om de meest alledaagse gedragsregels (kleding, tafelmanieren, gedrag tegen ouderen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Multiculturele samenleving

A

je ziet aan meerdere kenmerken dat Nederland multicultureel is (verschillende etniciteit, producten in een winkel/op een markt etc.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Sociale zelfredzaamheid

A

eerste fase van aanpassing (praktische zaken, OV, huursubsidie aanvragen etc)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Assimilatie

A

het overnemen van nederlandse gewoontes (zuurkool eten, sinterklaas vieren) = Proces van wederzijdse beïnvloeding en overname van cultuurelementen tussen twee culturen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Integratie - Assimilatie

A

aanpassen aan cultuur zonder eigen cultuur op te geven, uiteindelijk volgt assimilatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Acculturatie

A

gehele proces van sociale en culturele veranderingen en aanpassing - gaat makkelijker wanneer eigen cultuur niet te veel afwijkt en men definitief heeft besloten in nl te blijven (goed voorbeeld is indische nederlanders na 1945)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waar liggen probleemwijken in NL

A

Vogelaarwijken = wijken met grote sociale problemen als gevolg door concentratie etnische minderheden (totaal 40 wijken in 16 steden)

  • aanpakken door investeren extra geld voor verbeterplannen van wijk (opknappen sociale huurwoningen > stijging huisprijzen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Randstad

A

grootstedelijk gebied met verschillende agglomeraties met eigen centrumsteden welke aan elkaar gegroeid zijn/groeien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Groene Hart

A

Dunner bevolkte gebied in randstad met meer landelijk uitstraling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Noordvleugel randstad

A

Vanaf Utrecht t/m alkmaar/haarlem (florerend, vooral door mainport schiphol) economische groei is relatief sterk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Zuidvleugel randstad

A

Rotterdam/den Haag/Dordrecht (stagnerend)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Grootstedelijke functies

A

functies welke enkel in grote steden te vinden zijn (concertgebouw, hoger onderwijs, academisch ziekenhuis, vliegveld)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Stedelijk netwerk

A

samenwerkende groep steden om gezamelijke ruimtelijke visie te versterke

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Randstad moet concureren

A

met andere steden in Europa, steden die groeien en veel massa hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Visie Randstad 2040: van regering

A

Structuurvisie die hoofdlijnen bevat van het ruimtelijk beleid voor randstad en groene hart : werkgelegenheid, woningvoorziening(niet op nieuwe locaties) - visie bestaat uit sleutelprojecten welke haalbaar moeten zijn en veel opleveren

Zuid as is een voorbeeld van een sleutelproject wat afgerond is