Deel 2.7 Sociale opbouw van de stad Flashcards
Demografische kenmerken van stedelijke bevolking
Leeftijdsopbouw:
Groep met niet westerese migratieachtergrond is gemiddeld jonger dan de groep met nederlandse achtergrond/westerese migratie achtergrond
Minder migratie in 2020 door corona (studenten/expats)
Gemeente met grootste groei liggen over algemeen dichtbij grote steden
Leefbaarheid in steden
Aantrekkelijke stad kan niet zonder rijk cultureel leven >stimuleren van overheid van ontwikkeling culturele hubs/gebieden (bv oude stationsbuurten etc)
leefbaarheid wordt in beeld gebracht middels een buurtprofiel = kenmerken van buurt, bewoners(gezinsfase, grote,opleidign), woningen(nieuwbouw,hoog,laag) etc.
Goed contact in een buurt maakt het prettiger wonen, het komt de sociale cohesie ten goede = samenhang van de samenleving/wijkbevolking. Kan worden beïnvloed door voorzieningen met klein verzorgingsgebied (bieb, basisschool , sport, buurtsuper)
Beleving openbare ruimte
ook belangrijk aspect van leefbaarheid
Allochtoon
Iemand met minstens één ouder die geboren is in buitenland
2018 had xx% nederlandse bevolking een migratie achtergrond
2018 had 23% Nederlandse bevolking een migratie achtergrond
2020 had xx% nederlandse bevolking een migratie achtergrond
2020 had 24,2% migratie achtergrond
Instroom allochtonen compenseert ruimschoots autochtone uitstroom
betekent wel financieel verlies voor steden omdat hogere inkomens stad verlaten
Immigratie na 1945-46
Terugkomst van verplaatste nederlanders door oorlog
1945-49:
Onafhankelijkheid indonesië >
Repatrianten: Nederlandse nationaliteit die daar werkte
Indische nederlandsers: indo’s, geboren uit nederlandse vader/moeder en een native
Molukkers
Gastarbeiders uit middelands zeegebied 1960-1967:
officieel begon werving pas in 1961, eerst uit italië). aanbod ongeschoolde nederlands begon namelijk te dalen. Bedrijfsleven moest voortouw nemen bij het selecteren van de ongeschoolde arbeiders die tijdlijk in nederlands moesten blijven. Na een korte recessie in 1967 steeg aantal geworven arbeiders weer vanaf 1968 snel
Vanwege toetreden griekenland vanaf 1988 konden zij ook simpeler ovekromen
1974-1981 surinamers
1975, Onafhankelijkheid suriname > vrees voor economische crisis > veel kwamen over naar NL > voor de onafhankelijkheid had men een dubbel paspoort, moest daarna één nationaliteit kiezen
1975-1990 Primaire gezinshereniging turkijke / marokko
Doel was in eerste instantie om slechts enkele jaren te blijven en dan terug te gaan (trekarbeid: overkomen zonder gezin om geld te verdienen en dan terug te gaan) > haalde echter gezin uiteindelijk over
1970-heden antillianen en arubanen
Vooral studenten in jaren 60-70 die hogere studie wouden volgen, in latere jaren kwamen ook werkloze jongeren emt weinig opleiding hier geluk zoeken
1985-heden vluchtelingen en asielzoekers
Vrijwel zonder uitzondering zijn alle vluchtelingen in NL gastvrij ontvangen.
1990-heden poolse migranten
Snelst groeiende migrantengroep in NL, weten alleen weinig over wie ze zijn en hoe zij hun plek vinden in NL.
