15 - Bevolkingsgroepen Flashcards

1
Q

Ras

A

Groep mensen die dezelfde erfelijke, lichamelijk eigenschappen hebben -

elk ras beschikt sinds de geboorte al over deze kenmerken

Drie hoofdrassen volgens blumenbach

  • Europide ras (blank)
  • Mongolide ras (Aziatisch/geel)
  • Negroïde ras (Afrikaans/zwart)

Indelen op basis van uiterlijke kenmerken kan niet meer tegenwoordig, er zijn dusdanig veel kruisingen ontstaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Indeling op basis van staatkundige grenzen

Staat =

A

Staat = gebied dat onder leiding staat van een regering die macht heeft om dwang uit te oefenen over de mensen die in het gebied wonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Besturing van een regering kan…:

A
  • Centraal: vanuit hoofdstad, geeft weinig bevoegdheden uit handen en regelt veel centraal
  • Decentraal: Macht is gedelegeerd aan lagere overheden (gemeenten, regionale overheden)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Natie

A

bevolkingsgroep in staatkundige zin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Natiestaat

A

wanneer natie en staat geografisch gezien hetzelfde zijn > er is sprake van politieke, etnische en culturele saamhorigheid

natie gebruikt de staat om saamhorigheidsgevoel te benadrukken = nationalisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Landsgrenzen geven veelal

A

de nationale identeit aan, als deze al bestaat (teveel verschillen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Er is veel veranderd in NL:

A
  • Van industriële samenleving naar dienstensamenleving : is gemiddeld een hogere opleiding voor nodig
  • verstedelijking: urbanisatiegraad is toegenomen, bereikbaarheid toegenomen
  • Globalisering: meer buiten landgrenzen (vakantie, handel) wereldburger

-Individualisering: Mensen zijn meer op zich zelf,
eigen belang voorop

  • Ontzuiling/ontkerking: minder mensen actief betrokken bij geloof
  • Multiculturele samenleving: Veel migranten met eigen Cultuur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Indeling op basis van cultuur

Wereldwijd acht cultuurgebieden:

A

Westers cultuurgebied: Cultuur noord amerika/europa/asutralie/oceanie lijken sterk op elkaar > christendom en talen met gelijke oorsprong spelen belangrijke rol

Latijns-Amerika: Midden/zuid amerika > overblijfsel van indiaanse cultuur die spaanse & portugese overheersers meebrachten

Islamitische wereld: Arabische cultuur > noord afrika & midden oosten > islam belangrijk, uitzondering is joodse staat israël

Zwart afrika: afrika ten zuiden van Sahara, natuurgodsdiensten zijn belangrijk > veel kleinere culturen

Voormalig sovjet-unie:
In 5 kleinere gebieden: Baltisch staten / oost Europa / zuidelijke kaukasus / centraal Azië / Rusland > allemaal beïnvloed door andere cultuurgebieden dus geen overheersende religie

Aziatische culturen:
Zuid-Azië (india) Hindoeisme / Oost-Azië(china japan) boedisme / Zuidoost-Azië (Filipijnen) islam - elk met een andere hoofdgodsdienst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Indeling op basis van welvaart

A

Welvaart = mate waarin men primaire levensbehoeften weet te verwerven en behouden

Nationaal inkomen - Bruto nationaal product, indicator van welvaart

Regionaal inkomen - Vergelijking welvaart binnen een land/regio - bruto regionaal product

Gebruiksgoederen per duizend inwoners - zoals telefoons/auto’s/dagbladen

Armoedegrens - Minimuminkomen om te voorzien in primair behoeften.

Koopkracht = aantal goederen en diensten dat met geld gekocht kan worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Indeling op basis van welzijn

A

Welvaart kijkt naar materiële behoefte, welzijn kijkt naar immateriële zaken zoals:

BMI / Voedselvoorziening / gezondheidszorg / waterkwaliteit /energieverbruik/ opleidingniveau / analfabetisme etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Indeling op basis van bestaansmiddelen

A

Beroepsbevolking = indeling op basis van beroep > bestaat uit alle personen boven bepaalde minimumleeftijd die gedurende bepaalde periode arbeid aanbieden (in NL tussen de 15-67 jaar)

Werkzame beroepsbevolking = iedereen die minstens 12 uur werkt.

Productie bestaansmiddelen kan in 4 sectoren:
Primaire sector: Grondstoffen & voedsel (landbouw, jacht, vissen, delfstoffenwinning)

Secundaire sector: Industrie > bewerking van primaire sector

Tertiaire sector(commerciële diensten):

Bedrijven/organisaties die diensten verlenen met winst als doel (winkels, horeca, kapper, theater, ICT bedrijven, adviseurs)

Quartaire sector (niet commerciële diensten): Geen winstoogmerk, overheidsdiensten, defensie, gezondheidszorg, sociaal werk, onderwijs, cultuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly