De huid als spiegel van het lichaam (kinderdermatologie) Flashcards
Wat is het verschil tussen een systeemziekte en een immunodermatose?
- Systeemziekte: ziekte waarbij verschillende (inwendige) organen betrokken zijn. (Immunodermatosen, Vasculitiden, Granulomateuze ziekten, Stapelingsziekten (bijv angiokeratoma bij ziekte van Fabry))
- Immunodermatose: immuunziekte waarbij de huid betrokken is
Wat is het verschil tussen Auto-inflammatoir en Auto-immuun?
Auto-inflammatoir: “Uit z’n eigen”, Geen antistofvorming, Innate (aangeboren)
Immuunsysteem, Monocyten, macrofagen, neutrofielen, NK-cellen
Auto-immuun: ”tegen z’n eigen”, Antistofvorming,Adaptive (aanpassend)
Immuunsysteem, T- en B-cellen
Wat zijn voorbeelden van Auto-inlammatoire ziekten en de huid?
Monogenetisch:
- FMF (Familiare mediterrane Koorts)
- TRAPS (TNF-Receptor Associated Periodic fever Syndrome)
- HyperIgD syndroom
- Cryopurine gerelateerde syndromen * FCAS (Familial Cold Autoinflammatory Syndrome) * Muckle Wells Syndrome NOMID/CINCA
Polygenetisch:
- Ziekte van Crohn
- Ziekte van Behcet
- Morbus Still (systemische JIA)
- Artritis psoriatica
Wat zijn voorbeelden van auto-immuunziekten en de huid?
Vasculitiden:
- Henoch-Schönlein
- Kawasaki
- Acuut hemorragisch oedeem kinderleeftijd (AHOK)
- Urticariële vasculitis
- Vasculitis met granulomatosis: Wegener, Churg-Straus, Polyarteritis nodosa
Collageen/vasculair:
- Juveniele Idiopathische Artritis
- SLE
- Anti-phospholipide Syndroom
- Juveniele dermatomyositis
- Sclerodermie / morphea
- Lichen sclerosus
- Sjögren S
- Mixed Connective Tissue Disease
Immunobulleus:
* Pemphigus (vulgaris)
* Pemphigoïd
* lineaire IgA dermatose
Overige immunodermatosen:
* Vitiligo
* Alopecia areata
Welke algemene en specifieke huidleasies kunnen voorkomen bij immunodermatosen?
Algemeen: erytheem, papels, plaques, macula, ulcera, bullae, schilfers oedeem, atrofie
Specifiek: Livedo reticularis, Raynaud fenomeen, acanthosis nigricans, calcinosis cutis, teleangiëctastieën, lipoatrofie, fotosensitiviteit, sclerodermie
Wat is Livede reticulatis?
(roodblauwe huidverkleuring in een netachtig patroon) komt voor bij ->
- Anti-phospholipide syndroom
- Systemische sclerodermie
- SLE
- Syndroom van Sjögren
- Juveniele dermatomyotsitis
- Mixed connective tissue dissease
Wat is Acanthosis nygricans?
(dikke huid met bruine vouwen) Bij Diabetes Mellitus en juveniele dermatomyositis
Wat zijn Teleangiëctasiën? (en bij welke ziekten?)
(rood plekje gaat niet weg bij duwen over) -> kijk naar nagelriem
- Heriditaire hemorrhagische teleagniectasie
- Ataxia telangiectasie
- Juveniele dermatomyositis
Wat is Calcinosis Cutis?
Harde bultjes op de handen, komt voor bij Juveniele dermatomyocitis
Wat is Vitiligo?
Epidemiologie:
- Incidentie 1%, genetische predispositie: 10% bij 1e graad familielid.
- Kinderen: 50% <20e jaar, gemiddeld 6 jaar
- Meestal geen andere auto-immuunziekten
Etiologie:
- (auto)Immuun gemedieerde destructie melanocyten. Autoantistoffen tegen melanocyt antigenen aangetoond.
Kliniek
- Scherp begrensd, witte macula, in 15% Koebner-fenomeen
- Bij kinderen vaak segmentaal kan ook gegeneraliseerd, focaal, acrofaciaal, totaal
- Start op blootgestelde huid, plooien of lichaamsopeningen
- Beloop variabel. In kinderen soms tijdelijke of gedeeltelijke re-pigmentatie
Behandeling:
- topicale steroïden of calcineurine remmers kunnen re-pigmentatie bevorderen
- lichttherapie
Wat is Alopecia areata?
Epidemiologie
- Incidentie 0.1-0.2%, vaak familiair. Eerste episode bij 60% <20e jaar
Etiologie/pathogenese:
- Auto-immuun: aanval T-cellen op haarfollikel?
Kliniek
- Plots (in dagen) scherp begrensde ronde/ovale gebieden van haarverlies
- Vrijgekomen huid normaal, aan randen “uitroepteken haren”
- A. totalis (schedel) in 5%, zelden A. universalis (hele lichaam)
- in 10-20% nageldistrofie
Behandeling:
- Topicale steroïden, op indicatie systemisch. Minoxidil 2%, 2 dd, 2 mnd
Prognose:
- Kleine gebieden: 95% compleet herstel. Jonge patiënt en grote gebieden: slechte prognose
Wat is Lichen sclerosus?
epidemiologie
- Prevalentie: 1:900, 85% meisje, 10-15% <13e jaar (gemiddeld 6 jaar). 75% i anogenitaal gebied-
- In 15% ook een andere auto-immuunziekte. Ook associatie met morphea
Kliniek
- Scherp begrensde porceleinwitte afgeplatte papels die aggregeren tot plaques, later atrofie. Meestal 8-vormig gebied (anale gebied)
- Koebner fenomeen beschreven: laesies in chirurgische littekens
- Klachten: jeuk, pijn, excoriaties en lokale bloedingen, vaginale afscheiding
Diagnose
- Klinisch beeld. Biopt toont epidermale atrofie met subepidermale vacuolisatie en infiltratie lymfocyten
Complicaties
- littekens labia, phimosis, plaveiselcelcarcinoom
Behandeling-
- Verbetert in puberteit. Klasse 3-4 topicaal steroïd 6-8 weken
- Circumcisie overwegen bij jongens
Wat is Acuut hemorrhagisch oedeem van de kinderleeftijd?
Epidemiologie: onbekend
- Etiologie: onbekend
Kliniek:
- acuut optreden van de karakteristieke huidafwijkingen bij verder gezonde kinderen van 4 tot 24 maanden
- Voorkeurslokalisatie: enkels, de polsen, het scrotum en het gelaat
- Tevens oedeem verspreid en koorts
Pathologie:
- leukocytoclastische vasculitis met deposities in de vaatwanden van C1q, C3 en fibrinogeen, weinig of geen IgA (itt H-S)
Diagnose:
- klinisch beeld. Labo niet zinvol
- Therapie: expectatief
Prognose: herstel in weken, geen recidieven
Wat is antiphospholipide syndroom?
Epidemiologie: Incidentie 1:20.000, gemiddeld 10 jaar, V>M
Etiologie:
- Anti-phospholipiden antistoffen (aPL) gericht tegen β2- glycoproteine dat bindt aan phopholipiden: PT en APTT verlengd maar toch trombose: activatie plaatjes en endotheel
Kliniek:
- Cutaan: Livedo reticularis (25%), purpura/vasculitis, (veneuze) thrombose, ulceraties,
- Extra-cutaan: Diep-veneuze trombose: CVA/TIA, sinus venosus, myocardinfarct, longembolie, nierarterie. Hypertensie, anemie, thrombopenie, habituele abortus
Preventie: antistolling bij ingrepen en ziekenhuisopname
- aPL aanwezig in 5% populatie, 40% SLE patiënten, 50% >80 jaar
Wat is Familial Cold Auto-inflammatory Syndrome?
erfelijke koude urticaria
- Zeldzaam (1: 1000.000), alleen Noord-Europeanen (AD)
- Mutatie NLRP3 (CIAS1)-gen (codeerd voor cryopyrine). Hierdoor verhoogde IL-1β productie
- Start al op zuigelingenleeftijd
- Duurt <24 uur
- Naast huiduitslag koorts, hoofdpijn nausea, artralgie, malaise, conjunctivitis
- Normale levensverwachting, geen doofheid zoals bij Muckle- Wells S
- Ook meestal geen amyloïdose (<2%)
- R/ vroeger: naproxen, steroïden, Nu: IL-1RA (Anakinra)