Collaps: vraag 3 Flashcards
1
Q
Reflexsyncope
A
Hersenen geven een commando voor hartslag verlaging en bloedvat verwijding
2
Q
Orthostatische hypotensie
A
Autonome zs is niet in staat de bloeddruk in staande houding op peil te houden
- bloeddruk daalt binnen 3 minuten na opstaan systolisch 20 mmHg, en diastolisch 10 mmHg
3
Q
Vasovagale syncope
A
- vorm van reflexsyncope
- geleidelijk
- door overstimulatie van de parasympathicus
- bleekheid, misselijkheid en transpireren
- meestal uitlokkend moment: angst, pijn of staan
- slachtoffers komen binnen een minuut bij
4
Q
Sinuscaroticussyncope
A
- vorm van reflexsyncope
- druk in hals opgevat als verhoogde bloeddruk war zorgt voor opwekking van een baroreflex die zorgt voor bradycardie en daling van de bloeddruk
5
Q
Posturaal orthostatisch tachycardie syndroom (POTS)
A
- tachycardie na aannemen van een staande positie
- perifere bloedvaten knijpen niet genoeg samen
- compensatie door stijging in de hartslagfrequentie
6
Q
Hartziekten en wegrakingen
A
- ritmestoornis (vaker bradyaritmie)
- myocardinfarct
- degeneratieve geleidingsstoornis
- door het wegvallen van de pompfunctie daalt het HMV en treedt er een syncope op
- kan ook bij aortadissectie, aortastenose, obstructie cardiomyopathie of pulmonale hypertensie
7
Q
Shock
A
- hypotensie
- tachycardie
- tachypneu (ademhalingfrequentie > 20/min)
- verlengde capillaire refill (> 2 s)
- bleke klamme koude huid
- verwardheid
- verstoord bewustzijn
8
Q
Longembolie (obstructieve shock)
A
- plotselinge afsluiting van een longarterie door een trombus
- tachycardie, acute dyspnoe, pijn bij ademhalen, hemoptoë, hypotensie