A0-A1_M15_som_meubilair tillen Flashcards
aarde
grond
aardbei
n. soil, ground
synonym: grond, bodem.
n. ground, floor, land, territory
n. aarde + bei (n. berry)
afblijven (van)
overblijven (van)
v. keep hands off
~ van: keep one’s hands off sth.
ex: afblijven van iem. - keep hands off sb.
Het eerste wat ik te zeggen heb, is dat je van de drugs moet afblijven.
vi. resteren, remain
ex: van al mijn goede voornemens blijft zo niets over (all my good intentions are coming to nothing now)
stay in/behind
behangen, behing, behangen
behang
tapijt / kleed
v. wallpaper sth.
hangen aan, hang
ex: Zij is behangen met sieraden. - she is covered in julwery.
de muur behangen
n. wallpaper
n. carpet
bouwen / verbouwen
vt. build, construct
cijfer
getal / getallen
n. digit, numeral
n. number
ex: een getal van drie cijfers (a 3 digit number)
2+2=4. Het is 2 cijfers optellen.
droog
drogen
adj. dry
v. to dry
gezond
gezondheid
adj. healthy
n. health
griep
n. flu
kaal
keel
adj. zonder haar;
bare, basic (de kale huur - basic rent);
bare (de bomen worden kaal).
ex: Na een uur zijn alle muren kaal.
n. throat
kanker
n. cancer
min
teken
n. minus
ex: ik heb op haar rapport een min zeven.
vijf min vijf is null.
adj. niet goed genoeg; weinig.
ex: zo min fouten mogelijk maken - make as few mistakes as possible
het plus teken en het min teken: “+” & “-“
onmiddellijk
adv. immediately, straightaway.
opruimen
ruimen
ruimte
vt. tidy up, clean up
ex: de rommel opruimen
vt. empty, evacuate, tidy up
n. space.
passen
proberen
vi. / vt.: try (clothes) on, fit
v. to try
schitteren
schitterend
schijnen/scheen/geschenen
schieten
/ˈsxɪ.tə.rə(n)/ v. shine, glitter.
adj. amazing, wonderful
v. shine
v. shoot
schuiven, schoof, geschoven
waarschuwen
gewaar
waarschijnlijk
vt. shove, push
ex: de grendel op de deur schuiven. - latch the door lock.
vi. slide
ex: laat hem maar schuiven.
v. to warn
adj. aware, noticing sth.
adj. probably
stopcontact
n. electrical socket
stop- : stoppen (insert) (niet “stop” in engels)
verbieden, verbood, verboden
verboden
verbinden , verbond, verbonden
vt. to forbid
adj. forbidden
vt. to bandage, to connect
verdriet
verdrietig
n. sadness, grief
adj. sad
emmer
ketel
n. bucket
n. kettle
hart
hartelijk
n. heart
adv. / adj. hospitably / hospitable, warmly / warm
lengte
n. length
plakken
plukken
vi. stick
vt. paste, glue
vt. pluck, deprive
roeren, roerde, geroerd
roer
schroeven
schroevendraaier
vt. stir, mix
n. rudder, helm of a ship
v. to screw
n. screwdriver
verzetten
vt. move, shift.
ex: Hij verzette zijn afspraak met de dokter.
vt. perform, do.
ex: Hij heeft veel werk verzet vandaag. (Hij heeft veel werk te doen vandaag.)
toch
Dat gaat toch niet! De raam is hoog en de ladder is kort.
adv.
1. nevertheless, still, yet, all the same: (na een verbod) ik doe het (lekker) toch I’ll do it anyway
2. (eigenlijk) rather, actually
3. (inderdaad) indeed
4. (nu eenmaal) anyway, anyhow: het wordt toch niks it won’t work anyway; nu je hier toch bent since you’re here
verf
kwast
n. paint (voor schilderen)
ex: Hij klimt met de verf in zijn hand de ladder op.
n. brush
lukken, lukte, gelukt
lekken
leuk
vi. manage, succeed
ex: Het lukt niet.
Dat zal wel lukken.
v. impersonal with indirect obj and te/om te:
het is mij gelukt. - I managed it.
… is goed gelukt.
Het is haar gelukkig toch nog gelukt om veilig thuis te komen.
vt. / vi. leak
adj./adv. nice/nicely
ex: Die is leuk, zeg!
Het wordt vast leuk.
bovenaan
prep. on top of
ex: hij is bijna bovenaan de trap.
trap
n. kick;
stairs, staircase;
degree (degree of comparison)
bij elkaar
adv. together; close to each other.
ex: 2 plus 2 is bij elkaar 4.
delen
vt. to divide, split up
ex: Twaalf gedeeld door drie is vier.
vi. share (delen met - share with)
som
optel-som
aftrek-som
deelsom
n. maths (+ - x /) (countable)
ex: De leraar heeft een som op bord geschreven.
De leraar schrijft andere deelsom op het bord.
optellen
plus
aftrekken,aftrok,afgetrokken
min
vermenigvuldigen
maal
delen
gedeeld door
v. add
v. mathmatically add
ex: 5 plus 5 is 10 bij elkaar. (Of, 5 plus 5 is bij elkaar 10. )
v. minus
ex: We hebben nu opgeteld en afgetrokken. Nu gaan we vermenigvuldigen.
vt. duplicate; math times
ex: Hier vermenigvuldig ik 3 maal 3. 3 maal 3 is 9.
v. mathmatically times
ex: Vijf maal null is null
vt. devide
v. mathmatically devided by
ex: Vijf gedeeld door vijf is een.
tillen
vt. lift
ex: Kan je me helpen met het meubels tillen?
van
prep. of; from.
ex: Kan je me helpen met het tillen van de tafel?
stuk
n. lot
ex: een stuk beter - a lot better
Er is nog één ding dat moet.
There is one more thing that must be done.
Het kleed doe ik nog. Dan stop ik echt.
meubilair / meubel /ˈmøːbəl/
n. furniture
De man heeft een uur geholpen met het tillen van de meubels.
Ik ben zo moe dat ik niet meer kan lezen.
hoeven, hoefde, gehoeven
behoeven
behoefte
vi. to be necessary
ex: dat hoeft niet… - that’s not necessary…
vi. have to
ex: Dat had je niet hoeven doen.
vt. to need.
ex: Ik hoef er maar twee. - I only need two.
Ik hoef ook geen koffie meer. Zeker niet van jou!
vt. need (formal)
n. need
ex: in ~ voorzieten (provide what is needed)
~ hebben aan - need something
kist
kas
doos
kast
n. case, box
ex: De man pakt een grote kist uit de garage.
n. warmhouse (tuinkas)
n. box
n. cupboard
De man zelf valt op zijn hoofd. De man is op zijn hoofd gevallen.
trekken, trok, getrokken
v. to pull, migrate
steeds
nog steeds
adv. always;
increasingly
ex: Hij wordt steeds slimmer.
adv. still
ex: Maar het tafel past nog steeds niet. Er is te weinig ruimte.
helpen, hielp, geholpen
vt. help
helemaal
adv. completely
ex: Dat is helemaal verkeerd.
willen gaan
ex: willen gaan trouwen verb
want to get married, have the intention
Ze willen de slaapkamer gaan schilderen.
duidelijk
adj. clear, obvious
wat erg
wat gek
wat naar
Terrible.
synonym: verschrikkelijk.
so strange
synonym: wat vreemd
How awful
met z’n allen
allen
alleen
adv. all together
voornaam woord: all (plural people)
adv. only
lijmen
lijm
v. glue
n. glue
voegen
toevoegen
vt. add (voegen bij),
wederk. join (zich voegen bij iem.);
vi. become, suit
(wederk. - reflexisive)
vt. add, append
ex: Als ik een modal werkwoord toevoeg, de betekenis van de zin verandert.