7.9 - Longfunctie COPD Flashcards

1
Q

mensen met COPD…

A
  • blazen veel langer en minder uit

- hebben lagere FEV1

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat maakt astma verschillend aan chronische bronchitis en emfyseem?

A

astma is reversibel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

flow-volume curve van iemand met COPD

A

concave vorm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Als na luchtverwijder FEV1/VC < 0,7

A

Dan aanwijzing van COPD

Dan kijken we naar de ernst (GOLD)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

verschil normaal en smoorklep fenomeen (elasticiteit)

A

Elasticiteit verdwijnt bij emfyseem
Verschil druk is in rust in mond en alveoli is gelijk
Pleuradruk is iets lager
Druk is hoger in alveoli dan mond net voor het begin vd uitademing
Omdat er een drukverschil in longblaasje en pleura, houdt alles zich goed open
Van blaasje naar trachea wordt de druk steeds minder
Op een gegeven moment equal pressure point
Na de equal pressure point is druk in pleura hoger dan binnen de luchtwegen
Dan knijpen ze dicht
MAAR BIJ COPD:
Veel te vroeg die vernauwing, hierdoor collaps

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

arbeid bij emfyseem

A

arbeid = arbeid(stroming) + arbeid(elastisch)
bij emfyseem is Welastisch klein en Wstroming groot. dus pt moet langzamer ademen, dus pt moet compenseren met hoge TV (want AMV moet constant blijven)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

lichaamsplethysmografie

A

meting intrathoracale gasvolume (ITGV)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

please just look at the slides again

A

k.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly