15 - Samenleving Flashcards
Uitersten
In welke soc categorieen werd Gr-Rom samenleving opgedeeld?
Ongelijkheid (afh van geogr en hist context) Universeel: - afkomst - rijkdom - burgerrecht - persoonl vrijheid
==> grote tegenstellingen. Binnen soc groep tot gelijken kunnen wenden voor ondersteuning
==> hierarchie voedingsbodem voor afhankelijkheidsrelaties
==> bi soc groep: leeftijd, gender bepaalden positie kind/volw, m/v
p229
Uitersten
Waarom geeft het gebruik van lit bronnen geen goed beeld vd antieke samenleving? Wat moet daarnaast bestudeerd worden om een totaalbeeld te krijgen?
- beeld heeft vnl betrekking op elite (leidende burgbers, filosofen, vorsten + entourage, senatoren, keizers)
- toonden hoe elite meende dat samenleving er uit moest zien.
=> nuanceren en aanvullen met ander bronnenmateriaal (NB met bep doel gemaakt): - jur teksten
- grafmonumenten (geïdealiseerd beeld overledene; alleen haalbaar voor rijken)
- grafinscripties
- papyri (bel bron voor leven gewone man. Maar: vrijwel alleen in Egypte gevonden)
- opschriften bouwwerken
- graffiti
p229
Familie
Familie stond voor continuiteit vd maatschappij (soc relaties, doorgeven rijkdom/status). Wat was de inhoud van het begrip ‘familie’?
- varieerde met hist context
- vaak onduidelijk wie deel uitmaakten van fam. Onderscheid tussen jur concept en dgl praktijk
- Rom: familia = groep personen door geboorte/wet ondergeschikt aan pater familias (pater fam, echtgenote, dochters, zonen + families, slaven en bloedverwanten vaderszijde. Soms: vrijgelaten slaven) => meerdere generaties, niet noodz bloedverwantschap/zelfde huis.
- kerngezin (ouderpaar + kinderen) was de norm.
- Gr: geen jur kade. Oikos = dichtst bij (fysieke huis + huishouden kerngezin + slaven + evt inwonende verwanten).
- wettige kinderen alleen uit huwelijk (= doel huwelijk).
- Gr: voorw + bruidsschat (van vrouw (15jr), bescherming tegen echtgenoot (30jr)).
- Rom: kleiner lftverschil. Cum manu (over naar pater familias echtgenoot) of sine manu (onder pater fam eigen fam). Eind 2S vC vaker sine manu. Indien pater fam overlijdt, dan vrouw sine iure, kreeg voogd. Augustus moedigde hertrouwen aan om kindertal vrije burgers te verhogen.
- Kinderen buiten huwelijk: kregen status moeder. Gr: vader besliste of kind werd geaccepteerd. Rom: pater fam besliste. Armoede oorzaak van vaak niet accepteren (kind gedood/vondeling?)
p230
Afkomst, vermogen, burgerschap
Hoe grijpen grondbezit en de scheiding rijk/arm in Gr-Rom wereld in elkaar?
Grondbezit = status/prestige. Omvang van grondbezit criterium voor hoog/laag.
- verworven kapitaal bvk omgezet in grond (verkopen in hongersnood = verlies status, voorbode ondergang Gr indiv). Maar ook in Gr: grond kopen om met winst te verkopen.
- Nouveaux riches: veel grond, niet hoge afkomst (7/6S vC: spanningen hierdoor in Ath en Rome).
p231
Afkomst, vermogen, burgerschap
In welke vermogensklassen deelde Solon (6S vC) de Ath burgers in? En Servius Tullius in Rome?
Ath: Vier klassen, bepaald door jaarl opbrengst in graan (dus: grondbezit maatstaf)
Rom: 5 klassen, afh van indiv bezit.
p231
Afkomst, vermogen, burgerschap
Er zijn verschillen in perceptie omtrent burger/niet-burger. Vertel over Ath en Rome
Ath (arch en klass per): - 451 vC: strikte regels . meerderjarig . vrij . zoon v vader met burgerrecht + . moeder met vader met burgerrecht => kl gepriv groep mannen die polis bestuurden, gedomineerd door vooraanst adell fam's - 'vreemdelingen' uit andere poleis (metoiken): geen burger van Ath, wel van eigen poleis. Hier ook versch in rijkdom.
Rome:
- aanvankelijk stand waarin geboren bepalend voor mogelijkheden burgers voor deeln aan bestuur, ontwikkelde naar vermogenspositie doorslaggevend
- ruimer met burgerrecht, vaak pol instrument.
1. Bondgenotenoorlog (Bellum sociorum, 91-88 vC): Rome kent aan hele schiereiland Rom burgerrechten toe (opstandelingen aan zich binden). Id als toekennen burgerrecht aan leiders onderworpen gebieden of verdienstelijke burgers.
2. 212 nC: tweedeling burgers met/zonder burgerrecht tenietgedaan door Caracalla (Constitutio Antoniniana: burgerrecht voor alle vrije inwoners vh Rom rijk).
p232
2.
Slavernij
Op welke manieren kon men in slavernij geraken?
Verlies persoonl vrijheid door:
- schuldslavernij (Gr en Rom vonden dit verwerpelijk): slaaf bi eigen gemeenschap. Vroeg beeindigd.
- slaven van elders: geroofd of buitgemaakt; vondelingen; kind van slaaf. Verkocht op slavenmarkten. In vrijwel alle lagen vd samenl.
. mijnbouw: bar en boos => grotere verantwoordelijkhdn (bv beheer landb bedrijf). Leidraad was opbrengst die door hun arbeid verwacht kon worden.
Nadelen:
- afh van willekeur eigenaar
- op andere manier verhoord/gestraft worden
Maar enkele grootschalige slavenopstanden:
- helotenopstand Sparta 464 vC
- drie slavenopstanden late Rom rep
- twee Sicilie 135-132 en 104-101 vC
- It schiereil olv Spartacus 73-71 vC
Maar: ging nooit om afschaffing instituut slavernij.
Vrijheid verkreeg een slaaf door:
- persoonl bandmet meester
- afweging kosten/baten ouder wordende slaaf (uitzicht op vrijheid bieden, dan harder werken)
Vrijgelaten Gr slaaf: status als vreemdeling.
Vrijgelaten Rom slaaf: als libertus onderdeel familia. Kinderen konden Rom burger worden.
Aristoteles rechtvaardigde slavernij:
- sommige mensen van nature slaaf, anderen vrij.
- anderen door oorlogshandelingen in slavernij => gerechtvaardigd?
Florentinus (Rom jurist):
- slavernij is instelling vh volkenrecht, waarbij iem tegen zijn natuur eigendom werd ve ander.
Kritiek vnl tegen brute eigenaren, niet instituut.
p233
Soc mobiliteit
Was soc mob mogelijk in antieke samenleving?
Ja op versch niveaus.
- Afkomst bel maar niet allesbepalend (fin middelen, mil/pol competenties, netwerk, atlet prestaties)
- Maar grote opwaartse bewegingen zeldzaam.
Patronage in Gr wereld belangrijk (cliens/patronus). Liberti autom cliens van vroegere meester.
- Voor cliens: carriereperspectieven en dus mat welstand.
- Voor patroni: meer aanzien/invloed door omvang clientela.
Rom: mn bel in pol verhoudingen. Steun must voor carriere in leger/pol. Periode v expansie Rome: families als patroni steden/achterland/provincies. Patronage verdween in keizertijd, maar eigenl keizer als ‘superpatroon’ v alle burgers.
p234
Gender
Welke overeenkomsten waren zichtbaar in verhouding m/v in mediterr wereld?
- v lich/geestel inferieur beschouwd: konden niet onbeschermd door leven => voogd toegewezen (vaak formaliteit)
- m/v eigen leefterrein: v private sfeer (oikos/domus), m publieke sfeer (agora/forum). V geprezen voor huish. Matrimona (gehuwde v) moest ook deugdz echtg en zorgz moeder zijn (bescheiden, geen publ rol).
Ideaalbeeld mn in arist kringen. Lage klassen: v een beroep (kapster, voedster, verkoopster, uitbaatster, prostituee).
p235
Gender
Konden arist vrouwen zich in publ sfeer begeven?
Ja, mn in reli sfeer.
Ath: pantenoi (ongehuw maagden) in processies
Gr en Rom: priesteressen (Gr: Athena Polias en Pythia. Rom: Vestaalse maagden, hadden privileges; bijgestaan door matronae. Ook in provincies).
Hell prinsessen en koninginnen; Rom keizersvrouwen: geen instit basis, maar grote invloed. Gebonden aan verwachtingen tav vrwl optreden. Zo niet (bv Cleopatra, Agrippina) dan negatief geportretteerd.
p235
Gender
Hoe zag de stratificatie in Gr-Rom wereld er uit?
Face-to-face society: soc status ve persoon kan in 1 oogopslag bepaald worden.
- Patronus bewoog zich met schare clientes door stad.
- Kleding (m: toga (priesters en magistraten: toga praetexta) en v: stola en pella/sluier)
. prostituees: toga (onversierd)
. kinderen hogere klasse: toga praetexta, jongens met bulla/amulet.
p236
Oud en jong
Hoe keek men tegen het onderscheid volw/kind aan in Gr/Rom wereld?
- meer met lich en geestel ontwikk te maken dan lft
- jongens 17/18 jr volw
- meisjes volw als ze kinderen konden baren (maar: voogd!)
Rituelen:
- jongen: voortaan toga dragen
- meisje: poppen offeren
Geen jongerensubcultuur.
Oud ook vaag: ergens tussen 40-70.
- vaak gepaard met verlies van alles wat man/positie definieerde:
. niet langer in leger
. niet hoeven trouwen
. geen ambten
=> gevaar v marginalisatie. Discours over ouderdom:
1. samenl moet ervaring en levenswijsheid gebruiken (alg wantrouwen jegens jeugd, bv Valerius Maximus 1S nC)
2. ouderen mogen stap opzij zetten na dienst aan samenleving (tijd aan studie/filo besteden).
Status hing af van status in leven (rijkdom en mogelijkhdn daardoor geschapen).
p237
Levensverwachting
Demogr gegevens uit de oudh zijn niet nauwk. Hoe worden er dan toch een beeld geschetst van de omvang en samenstelling vd bevolking?
1) Verbinden van syst gegevens uit antieke bronnen met archeol onderzoek
2) analogie met pre-indust samenlevingen waarvoor modellen bestaan die toepasb zijn op oudheid.
=> sterfte zeer hoog => bevolking alleen stationair indien geboortecijfers ook zeer hoog.
Rom rijk: 40 per 1000 p/jr
=> levensverwachting ong 25 jr (want 30% ve geboortecohort voor eind eerste en 50% voor eind 10e levensjaar overlijdt. Bij lft 5 jr dan 50% haalt ten minste 20e verj + 30% haalde 60 jr.
=> vrouwen kregen 5/6 kinderen; helft haalde 10e verj niet.
=> Oorzaken: honger, oorl, epidemieen (arm en rijk). Wellicht hechtten ouders z minder, maar verdriet v ouders bestond.
=> lft > 70 jr uitzonderlijk maar kwam voor.
pppppppppppp238
Levensverwachting
Wat wist men van de kwaliteit van water?
- artsen tastten in het duister (bvk stromend water)
- openb badhuizen bron v infecties
- riolering vnl bedoeld om regenwater af te voeren en niet overal aanw.
p238
Levensverwachting
Hoe ontwikkelde de geneeskunst zich?
- Pestepidemieen, endemische ziekten, malaria
- arch periode: beinvl door Egypt en Mesopot geneeskunst; zat in domein magie/reli (Asclepius tempels)
- 5S vC: meer rationeel. Opleidingscentra. Hippocrates opgeleid op Kos, ook opl in Cnidus. Gebaseerd op natuurfilo (4 elementen vuur/water/lucht/aarde + 4 lichvocht bloed/slijm/gele gal/zw gal) + diaeta/gebal levenswijze. Observatie ziekteverschijnselen + uitscheidingsprod. Kennis anatomie.
- 3S vC: ook Pergamum en Alexandrie (sectie/vivisectie; enorme toename anatomiekennis) opl centra. Andere manier v denken over geneesk ontstond: niet oorzaken maar zoeken juiste behandelwijze zoeken dmv experiment/empirie (weinig belangstell anatomie)
- Hell med wetensch beinvloedde med praktijk in Rom rijk. Celsus (boek De medicina, versch benaderingswijzen beschreven). Artsen uit oostel deel MidZee gewild (Galenus + zijn boeken).
p240