03-2 Flashcards
de tafel
the table
de vader
the father
de kamer
the room
het meisje
the girl
de foto
the photo
de auto
the car
de hobby
the hobby
de taxi
taxi
de tafels
the tables
de vaders
the fathers
de kamers
the rooms
de meisjes
the girls
de foto’s
the pictures
de auto’s
the cars
de hobby’s
the hobbies
de taxi’s
the taxi’s
het boek/de boeken
the book / books
het ding/de dingen
the thing / things
de stoel/de stoelen
the chair / chairs
de fiets/de fietsen
the bike / the bikes
de man/de mannen
the man / the men
All plural words is de
x
Liggen,zitten, staan they often have a idiomatic use where English would only use a form of to be
x
Het boek ligt op de tafel
The book is on the table
De krant ligt op de grond
The newspaper is on the ground
De Vijlmerstraat ligt in Amsterdam oost
The Vijlmerstraat is located in Amsterdam East
Waar ligt Voorschoten?
Where is Voorschoten
Staan is used for objects which you can imagine as standing upright
x
De koffie staat klaar
The coffee is ready
DE fiets staat in de tuin
THE bike is in the garden
Mijn dochter zit in Amsterdam
My daughter is in Amsterdam
Zijn often refers living and being somewhere
x
Hij zit in de gevangenis
He is in prison
Zij zit altijd thuis
She is always at home
Ik zit hier heel leuk
I am quite comfortable here
Waar woon je?
Where do you live?
In Tilburg, maar niet in het centrum van de stad
In Tilburg, maar niet in het centrum van de stad
ja, het is een leuke buurt. Lekker rustig!
yes, it is a nice neighborhood. Nice and quiet!
Wat voor woning heb je?
What kind of property do you have?
Ik heb een driekamerflat
I have a three-room apartment
Woon je alleen?
Do you live alone?
Nee, ik woon samen met mijn vriend
No, I live with my friend
Hebben jullie een tuin?
Do you have a garden?
Nee, we hebben geen tuin maara we hebben een balkon
No, we do not have a garden but we have a balcony
Waar woon je eigenlijk?
Where do you live?
Ik woon in Apeldoorn
I live in Apeldoorn
Hoeveel kamers heeft het huis?
How many rooms does the house have?
Het huis heeft vier kamers
The house has four rooms
Ja, we zitten vlakbij de Veluwe
Yes, we are close to the Veluwe
Woon je alleen?
Do you live alone?
Ja, ik woon alleen
Yes I live alone
de kamer / een kamer
the room / a room
