week 2 thema 1 Flashcards

eet zepannekoeken pizza's

1
Q

allochtoon

A

iemand uit een ander land die in Nederland is gaan wonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

autochtoon

A

iemand die in het land woont waar hij geboren en opgegroeid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

de cultuur

A

de manier waarop mensen leven en met elkaar omgaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

de manieren

A

de afspraken over hoe je je moet gedragen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

de religie

A

de godsdienst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

het misverstand

A

als je iemand verkeerd begrijpt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

koppelen

A

twee mensen bij elkaar brengen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

accepteren

A

je gaat er niet tegenin het is zo ik accepteer dat ik geen snoepje mag omdat we bijna gaan eten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wemelen van

A

er zijn er een heleboel bij elkaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

de achtergrond

A

waar iemand vandaan komt wat hij vroeger geleerd of gedaan heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

ongeacht

A

als e ergens niet op let ik ga fietsen ongeacht de regen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

ergens niet van gediend zijn

A

ergens niets van moeten hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly