week 2- HC.9 Cerebrovasculaire aandoeningen Flashcards

1
Q

Waarvoor staat CVA?

A

verzamelterm voor alle ongelukken in de bloedvaten van de hersenen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de prevalentie van CVA?

A
  • 30.000 per jaar
  • doodsoorzaak nr.3
  • nr.1 in veroorzaken van invaliditeit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

In welke twee groepen kan je CVA opdelen?

A
  • bloeding 15%

- ischemisch 85%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke soorten ischemische CVA/herseninfarcten kennen we?

A
  • atherosclerose van macrovaten
  • cardiogene emboliebron
  • idiopatisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke vormen van CVA bloeding zijn er?

A
  • epiduraal
  • subduraal hematoom (chronisch/acuut)
  • SAB
  • intracerebrale bloeding

Deze zijn dus afhankelijk van de locatie van de bloeding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat veroorzaakt een CVA bloeding?

A
  • trauma
  • aneurysma
  • spontaan
  • infarct
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn symptomen van bloedig CVA?

A
  • hoofdpijn
  • cognitieve stoornissen
  • epilepsie
  • klachten gelijkend aan ischemisch CVA
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn oorzaken van ischemisch CVA?

A
  • trombus in carotis of vertebralis.

- embolus vanuit het hart bijvoorbeeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn risicofactoren voor ischemisch CVA?

A

niet beïnvloedbaar:

  • leeftijd
  • genetisch
  • geslacht
beïnvloedbaar:
- roken
- hypertensie
- diabetes 
- drugs
etc.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is amaurosis fugax(AF)?

A
  • tijdelijke blindheid aan één oog als symptoom van een infarct
    omschrijving: een soort gordijn die rustig voor het oog gaat.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is een TIA?

A
  • uitval korter dan 24 uur

- volledig herstel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wanneer heb je het over een minor stroke/ minor CVA?

A

symptomen duren tussen 1-7 dagen. dus na 7 dagen weer hersteld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wanneer heb je het over een major stroke/ major CVA?

A

symptomen houden langer dan 7 dagen aan. kan subtiel zijn of kan bijvoorbeeld halfzijdige verlamming zijn voor altijd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn symptomen van ischemisch CVA?

A

hemisferisch: rechts uitval= links infarct en andersom!
- eenzijdig krachtverlies
- eenzijdig gevoelsverlies
- spraak of taal problemen (vaak links infarct)

retina

  • AF
  • blindheid aan één oog
  • ischemische opticus neuropathie (veel pijn!)

vertebrobasilair

  • hersenstam, dus dysarthrie, dysphagie, diplopie etc. .
  • cerebellum, dus ataxie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waarvoor staat de anamnese methode FAST?

A
  • Face: laten lachen
  • Arm: beide armen laten uitsteken
  • Spraak: verandering (afasie of dysartrie)
  • Time: hoe laat begonnen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de behandeling van ischemisch infarct?

A

acuut:
- verwijderen van trombus/embolus, dmv trombolyse of trombectomie ( tijd belangrijk!)

  • preventie van recidief
17
Q

Hoe kan je zorgen voor preventie van recidief?

A
  • oorzaak zoeken! en verhelpen
  • medicatie: clopidogrel(TAR) en statine
  • beperken risicofactoren
18
Q

Welke hulpmiddelen kan je het beste gebruiken om de oorzaak van de trombus op te zoeken?

A
  • CT-brein
  • ECG (atriumfibrileren)
  • Duplex carotiden
  • evt echo
19
Q

Wat doe je ter preventie bij een carotis stenose als oorzaak?

A
  • chirurgie van de carotis interna/ communis

- bij stenose van 70-99%

20
Q

Waarom kan je bij chirurgie van de carotis de vaten afklemmen?

A

in de hersenen eb je veel collateralen, het bloed komt dan even vanaf de andere kant.

Je kunt meten of een patiënt dit kan verdragen door een EEG.

niet verdragen? shunt plaatsen.

21
Q

Wanneer opereer je niet?

A
  • asymptomatische patiënten

- 5% beroerte grens-> bij stenose onder 70% is operatierisico groter dan stenose.

22
Q

Wat doe je bij patiënten met 100% stenose?

A
  • vaak niks doen, er kan dan ook geen stolsel meer vormen die schade kan brengen
  • bypass alleen bij hypoperfusie
23
Q

Wat zijn complicaties van een CEA operatie?

A
  • beschadiging n.Vagus-> hees worden stem

- beschadiging n.Hypoglossus-> tong naar aangedane kant

24
Q

Wat is een CAS?

A

stent operatie van de carotis.

voornamelijk bij patiënten waarbij stenose te hoog zitten, comorbiditeit of eerdere operatie in de carotis.

25
Q

Wat is een risico van de CAS?

A
  • embolus die verder schiet naar de hersenen.

- restenose