Week 2 - deel 4 Flashcards

1
Q

Waar staat PT centraal

A

Bedgeneeskunde (<1800)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer was lichamelijk onderzoek en zintuigelijke waarneming door arts belangrijker

A

Ziekenhuisgeneeskunde (1800-1850)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer is het bestuderen van lichaamsfuncties belangrijk

A

Laboratoriumgeneeskunde (1850 >)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Kenmerken bedgeneeskunde

A
  • bij PT thuis
  • autonomie/macht bijPT
  • Holisme
  • Anderas Vesalius
  • sterk religieuze component
  • anatomische collecties pronkstuk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is holisme?

A

de PT wordt beïnvloedt door de omgeving

- doel om de 4 lichaamsstoffen in stand te houden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Kenmerken ziekenhuisgeneeskunde?

A
  • lokalisatieprincipe
  • PT categoriseren
  • Lichamelijk onderzoek (1850) en pathologische anatomie
  • begin onderwijs
  • specificiteitsrevolutie
  • statistiek
  • observeren
  • autopsie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Kenmerken laboratorium geneeskunde

A
  • wordt gekeken naar bouwstenen en chemische stoffen van het lichaam
  • van pathofysiologie naar combinatie van histologie en fysiologie
  • laboratoriumtesten
  • unieke mens wordt hoopje cellen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Kenmerken surveillance medicine

A
  • risicoprofielen
  • voorkomen
  • overheid bemoeit zich
  • bevolkingsonderzoeken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Kenmerken informational medicine

A
  • kennis zelf opzoeken
  • mens is zelf expert
  • internetsymptomen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat gebeurt er met de ontwikkeling van de microscoop

A

komt cellulaire patholohie op met rudolph virchow, hierdoor ontstaat arts-pt relatie waarbij pt wordt vervangen door cellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Transformatie klinische praktijk

A
  • verbetering diagnostiek
  • verlies voor PT, arts en samenleving
  • vervreemding arts en PT
  • ontstaat kostenopdrijving
  • overdiagnostiek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Transformatie medische professie

A
  • sinds 1900 specialisering
  • theoretische fundament
  • praktische mogelijkheid
  • institutionele context
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Transformatie gezondheidszorg

A
  • ontstaan moderne ziekenhuis
  • ontstaan technologische systemen
  • schaalvergroting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

3 fasen volgens reiser

A
  • diagnostiek in interactie tussen arts en pt –> tot 1850
  • diagnostiek zonder pr –> 1850-heden
  • diagnostiek zonder pt en zonder arts –> toekomst
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly