Week 1: ZO.3: Contractie van hart- en skeletspier Flashcards
Eiwitketen welke in rust de myosine bindingsplaats afschermt?
tropomyosine
Bestaat uit 3 subunits, gebonden aan tropomyosine?
troponine complex
Lichtere band in de dwarse streping van skelet- en hartspier waar geen overlap is tussen dunne en dikke filamenten?
I-band
DOnkere band in de dwarse streping van skelet- en hartspier, waar dunne filamenten overlappen met dikke filamenten?
A-band
Donkere lijn in de H-band, een lichtere band in A-band?
M-lijn
Donkere lijn in de I-band?
Z-lijn
Diepe instulping van het plasmamembraan van de spiercel tussen de myofibrillen ter hoogte van de Z-lijn?
T-tubulus
Dwarsdoorsnede van een T-tubulus aan weerszijde omringd door uiteinden van sarcoplasmatisch reticulum?
triade
Plasmamembraan van de spiercel?
sarcolemma
Langste eiwit van het sarcomeer, van de M-lijn tot de Z-lijn?
titine
Verschil individuele hartspiervezels en skeletspiervezels?
Hartspier: 1/2 kernen centraal; intercalairschijven; 1 a 2 T-tubuli per sarcomeer
Skeletspier: meerdere kernen perifeer
Waar zit het verschil in elektrische prikkelbaarheid van de hartspier in?
lange refractaire periode hartspier, L-type Ca kanalen hartspier
Verschil calciumhuishouding?
Skeletspier: vooral Ca uit SR
Hartspier: Ca/Na exchanger
ATP binding aan troponine C gevolg?
Cross bridge verbroken
Functie troponine C, T en I?
C: bindingsplaats Ca
T: tropomyosine-binding
I: Inhibitor (fosforylering TnI > verbreking Ca-TnC verbinding)
Wat veroorzaakt ATP hydrolyse?
In neutrale stand zetten myosine-scharnier
Wat levert de energie voor de powerstroke?
loslaten van Pi
Waar in relaxatie is ATP nodig?
Ca-ATPase (Ca, pomp) (in SR en plasmamembraan), verlagen intracellulair Ca
Waardoor rigor mortis?
Geen ATP voor afbreken cross bridges en verlagen Ca concentratie.
Verschil in koppeling L-type CA kanaal en RyR bij hart en skeletspier?
Hart: geen directe koppeling > Ca induced Ca release > openen RyR
Skeletspier: directe mechanische koppeling > openen RyR
Verschil in herkomst Ca voor contractie?
Hart: deels extracellulair (via LCC en Na;Ca), deels SR
In hartspier staat Ca beweging oiv van cAMP-afh kinase > fosforyleert verschillende betrokkenen eiwitten
Mechanisme stimulatie via (nor)adrenaline?
Bindt aan betha-adrenerge receptor > verhoging cAMP > > activering PKA > fosforyleren eiwitten
Eiwitten rol bij contractieproces?
RyR (meer Ca influx) en LCC (lagere drempelpotentiaal opening)
Eiwitten rol bij relaxatieproces?
Troponine I (snellere release TnC) fosfolamban (meer SR-ATPase)