Vragen Geneesmiddelenallergie (HIT, Huidreacties) Flashcards
Wat is een gevreesde complicatie van heparine? Wat gebeurt hier?
heparine geïnduceerde trombopenie (HIT). Hierbij ontstaat bij een met heparine behandelde patiënt een antistof tegen het complex van heparine en de in bloedplaatjes voorkomende plaatjesfactor-4. Binding van deze antistof aan het bloedplaatje leidt tot krachtige plaatjesactivatie, hetgeen leidt tot verbruik van trombocyten (met als gevolg trombocytopenie) en in veel gevallen ernstige arteriële of veneuze trombose.
Omdat heparine geïnduceerde trombopenie (HIT) voorkomt bij patiënten die reeds met heparine worden behandeld, spreekt men van …
paradoxale trombose
Wat is type I en II HIT?
Type I: niet immuungemedieerde trombocytopenie
Type II: immuungemedieerde vorm
Bij welke heparine treedt HIT meestal op?
meestal op bij gebruik van ongefractioneerde heparine, maar kan ook optreden bij gebruik van LMWH (minder frequent).
Hoe vaak komt HIT voor? Wat voor indicatie heeft het?
<1%, geïndiceerd bij heparinebehandeling wekelijks het trombocytengetal te controleren
Wat is het beleid bij een HIT type II?
Toediening van heparine
onmiddellijk worden gestaakt
Wanneer ontstaan HIT type I?
1-4 dagen na start heparine
Wanneer ontstaan HIT type II?
5-10 dagen na start heparine
Wat is het trombocytenaantal bij HIT type I?
Trombocytenaantal zakken meestal tot 100 x 109/l
Wat is het trombocytenaantal bij HIT type II?
Trombocytenaantal lager dan bij HIT type I, zakken meestal tot 30-55 x 109/l
Is er sprake van antilichamen bij HIT type I? En zo ja, welke?
Nee
Is er sprake van antilichamen bij HIT type II? En zo ja, welke?
Ja, anti-HEP/PF4 antilichamen
Komt trombose/bloedingscomplicaties voor bij HIT type I?
Nee
Komt trombose/bloedingscomplicaties voor bij HIT type II?
30% trombose, zelden loedingscomplicaties
Wat is het beleid bij een HIT type I?
Heparine continueren