Vragen Antibiotica (Middelen bij UWI en anaerobe infectie, aanwijzingen voor het maken van een keuze) Flashcards
Wat is van belang bij behandeling van een cystitis?
hoge concentraties in de urine te bereiken en liefst lage concentraties in het bloed. Wanneer er sprake is van een nierfunctiestoornis, zullen deze middelen, waaronder nitrofurantoïne, dus ook minder werkzaam
zijn.
Welke medicatie wordt gebruikt bij behandeling van een cystitis?
nitrofurantoïne, fosfomycine, trimethoprim/co-trimoxazol, ciprofloxacine en amoxicilline-clavulaanzuur.
Welk middel wordt gebruikt bij de behandeling van anaerobe infecties?
metronidazol
Welke verwekkers zijn gevoelig voor metronidazol?
Bacteroides fragilis, Clostridium difficile en Clostridium perfringens.
Waarmee wordt metronidazol vaak gecombineerd?
Met antibiotica om ook aerobe bacteriën te dekken, omdat het
vaak om menginfecties gaat die behandeld of voorkomen moeten worden.
Welke interactie bestaat er met metronidazol?
Alcohol (remming van het enzym aldehyde-dehydrogenase) –> verhoogde aceetaldehydeconcentratie met misselijkheid, braken, een rood gelaat en hoofdpijn.
Alcoholgebruik dient te worden afgeraden tot 48 uur na staken van metronidazol.
Wat is de beste behandeling voor een gerichte therapie, wanneer verwekker en gevoeligheid bekend zijn?
de aanvankelijke, blinde, ‘brede’ therapie (‘empirische therapie’) die gericht is op de verwachte verwekkers aan te passen en over te schakelen op een ‘smallere’, gerichte therapie
Wat is het beleid qua toedieningsvorm bij zeer ernstige infecties?
enkele dagen intraveneus te behandelen en zo spoedig mogelijk (binnen drie tot vier dagen) over te gaan op orale therapie
Wat zijn redenen voor niet aanslaan antibiotica?
- andere verwekker (resistente verwekker)
- een koortsende niet-infectieuze ziekte
- infectiehaard moeilijk bereikbaar door vascularisatie stoornis (DM) of een abces of empyeem, corpus alienum (prothese, catheter, infuus)
- een moeilijk bereikbaar compartiment, zoals hartklep, hersenvliezen, bot of gewrichten.
- Onjuiste klinische of microbiologische diagnose
Wat zijn voorbeelden van multiresistente bacteriën?
- Extended Spectrum β-Lactamase vormers (ESBL)
- Vancomycine Resistente Enterococ (VRE)
- Meticilline resistente Staphylococcus Aureus (MRSA)
alleen nog bijzondere reserve antibiotica te behandelen zijn (zoals meropenem) en overige niet beschreven antibiotica
Wanneer kan een gunstige reactie worden verwacht van antibiotica (indien geïsoleerde micro-organisme inderdaad de verwekker van de infectie is, en de gevoeligheidsbepaling is juist)?
één tot drie dagen
Ziekte/koorts kan veroorzaakt worden door andere oorzaken dan bacteriële infecties wat ervoor zorgt dat antibiotische therapie niet werkzaam is. Voorbeelden hiervan zijn:
- maligniteiten (lymfoom, Grawitz)
- auto-immuunziekte (ziekte van Still)
- bijwerking van geneesmiddel (penicilline, isoniazide, nitrofurantoïne).
Wat grijpt rifampicine op aan?
Inhibitie van DNA replicatie en transcriptie
Net als chinolonen, maar eigen groep!
Wat grijpt vancomycine op aan?
Inhibitie van celwand synthese
Net als beta lactam antibiotica, maar eigen groep!
Wat grijpen polymyxinB en daptomycine op aan?
Beschadigen het membraam van het cytoplasma