systeembenadering en meersporig communiceren Flashcards

1
Q

welke omgevingen worden er binnen het MOHO benoemt ?

A
  • Fysieke en sociale omgeving
  • Cultuur is een kenmerk van die omgeving
  • Omgeving: uitdagingen/kansen + eisen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat zijn de kenmerken van familiegerichte ergotherapie?

A
  • Onderstreept het belang van het betrekken van het systeem
  • Brengt ergotherapeutische modellen, interventie en instrumenten hiervoor bruikbaar voor, in kaart.
  • Beschrijven verschillende rollen van het systeem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

welke modellen vallen onder het ergotherapeutische modellensysteem?

A

• Conceptual framework of family centerd service: betrekken van ouders bij het nemen van beslissingen
en tegemoetkomen aan behoefte van ouders/familieleden om een ondersteunde omgeving voor het
kind te creëren
• Life needs model: brengt de behoeften van het kind, de familie en de omgeving op een gelijkwaardige
manier in kaart
• Ethnographic framework: helpt de therapeut het huidige handelen om te zetten in
behandelstrategieën gericht op de mantelzorger of familie
• Family FIRO model: richt zich op familie-interacties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

welke instrumenten vallen onder de systeembenadering?

A

• COPM
• Goal Attainment Scailing (GAS): wordt gebruikt voor het stellen en evalueren van doelen
• Assessment of Instrumental Function (AIF): helpt bij het plannen van geschikte interventies, door het
beschrijven van de vaardigheden en aanwezige sociale ondersteuning
• Family Assessment Device (FAD): gezond functioneren van de familie te bereiken
• Measure of Processes of Care (MPOC): voor instellingen om te evalueren hoe familiegericht de zorg
door families ervaren wordt.
• Checklist of Family-Centerd Pratice Skills: ergotherapeut helpen om familiegericht werken te
impliceren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

welke interventies zijn passend bij systeembenadering?

A
  • Psych educatie
  • Advies
  • Coaching
  • Toekomstplanning
  • Occupational storytelling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

welke assessments worden er gebruikt bij systeembenadering?

A

• Caregiver reaction assessment (CRA): belasting mantelzorger in kaart brengen
• Caregiver strain index (CIS): impact van het zorgen op werk, financieren, tijdsbestding, fysieke en
psychische belasting
• Self related burden scale: Mantelzorgers geven ervaren zorglast aan in richtlijn beroerte
• Sense of competente questionaire (SCQ): zorglast van mantelzorger aangaande gedrag
hulpbehoevende, tervedenheid mantelzorger en invloed zorg op het leven van de mantelzorger
• Dissability assessment for Dementia (DAD): toets mate zelfstandigheid van cliënt met dementie via
interview mantelzorger

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

noem de interventies voor een oppervlakte structuur

A

Communicatie
• Inhoudsniveau
o Interventies
§ Tot de kern van de zaak komen
§ Nuanceren zichtbaar maken
§ Zorgen dat iedereen zich gehoord en begrepen voelt
§ Ordening brengen in de besproken materie
o Hoe: doorvragen, samenvatten, ordenen
o Doel: inhoudelijke afstemming en draagvlak
• Procedureniveau
o Interventies
§ Structuur aanbrengen
§ Tijd verdelen
§ Uitstel vragen
§ Pauze nemen
§ Systematisch werken
o Hoe: agenda voorstellen, thema’s aankondigen, afsluiten, tijd bewaken
o Doel: pas een beslissing nemen als er voldoende geïnventariseerd en afgestemd is
• Interactieniveau
o Interventies
§ Hindernissen in het gesprek wegnemen
§ Ruimte maken voor de minder actieven
§ Sfeer van gezamenlijkheid creëren
o Hoe: samenwerking aan de orde stellen, observatie geven, reflecteren
o Doel: positieve persoonlijke verhoudingen
• Gevoelsniveau
o Interventies
§ Een sfeer van openheid creëren
§ Zorgen dat ook lastige gevoelens erkent worden
§ Weerstand bespreekbaar maken
o Hoe: eigen gevoelens uitspreken, reflecteren op gevoelens, vragen naar
o Doel: afstemmen/ draagvlak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

noem de interventies voor een dieptestuctuur

A
  • Werken met opstellingen
  • Genogram
  • Narratieve benadering/levensgeschiedenis
  • Diverse vragenlijsten (OPHI, workrole interview, levensloop
  • Gebruik van projectieve technieken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is meersporig communiceren?

A

. Het gaat erom dat de ergotherapeut beider belangen
evenredig steunt en bieden stimuleert te luisteren en te reageren op de boodschappen die ze aan elkaar geven.
Als ergotherapeut moet je hiervoor meervoudige loyaliteit (aan de belangen van de cliënt, van diens systeem
en hun gezamenlijke belangen) werken.
Het meersporig communiceren waarbij alle partijen worden begrepen en gestimuleerd aan hun belangen te
werken, kan hierbij uitkomst bieden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat zijn de aandachtpunten voor de ET bij meersporig communiceren?

A
  • Toon meervoudige loyaliteit; beide betrokkenen weten zich gesteund
  • Zorg dat gesprek ten dienste staat van het (behandel)doel
  • Faciliteer het kenbaar maken van de wensen en ambities van dhr. En mw.
  • Stimuleer dat de betrokkenen elkaar daadwerkelijk horen en begrijpen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is het doel van meersporig communiceren?

A

mensen helpen elkaar te begrijpen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat zijn de 4 niveaus van interviewen?

A
  • Inhoudsniveau: de inhoud van de boodschap
  • Procedureniveau: gericht op ordening, volgorde in een gesprek
  • Interactie/relatieniveau: op de wisselwerking tussenbeide partijen
  • Gevoelsniveau: gericht op het gevoel van een van beide gesprekspartners
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly