Medisch onderwerp verslaving Flashcards

1
Q

Wat wordt er verstaan onder gewoonte verslaving?

A
  • gokken
  • Social media
  • gamen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat wordt er verstaan onder een middelen verslaving?

A

Verslaving aan een stof/middel

  • alcohol
  • hard drugs
  • soft drugs
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat voor invloed heeft de stof nicotine?

A

Nicotine heeft invloed op het centrale zenuwstelsel en op diverse neurotransmitters in de hersenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de Farmacokinetische eigenschappen van nicotine

A

-Nicotine geeft geen duidelijke intoxicatie (i.t.t. andere drugs en alcohol)
• Een zeer verslavend middel
• Werkt zeer snel, na opname in de longen bereikt het in 7 seconden de hersenen
• Werkt kort
Dus: men moet vaak doseren, bij 20 sigaretten per dag en 10 inhalaties per sigaret: minimaal 200
doses per dag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waarom worden deze middelen gebruikt?

A

Om zich goed te voelen
o Nieuwe sensaties
Om zich beter te voelen
o Vermindering van gevoelens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waarom raakt de ene persoon wel verslaafd en de andere persoon niet?

A

dit ligt aan de combinatie van:
• Biologische genetica: gen voor verslaving
• Omgeving: gemakkelijkheid waarmee middelen verkrijgt kunnen worden, blootstelling aan verslavende
middelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de stappen van de verslavingspiramide

A
  • Kennismaking: kennis hebben van
  • Experimenteren: uitproberen
  • Sociaal gebruik: gebruik met anderen
  • Overmatig gebruik
  • Verslaving
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat veroorzaken verslavende middelen in het lichaam?

A

Verslavende middelen veroorzaken veranderingen in de receptoren waaraan ze zich binden en maken deze
minder gevoelig. Dat veroorzaakt gewenning en verslaving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe werken de drugs in de hersenen?

A

• De hersenen hebben verbindingen/netwerken voor prettige ervaringen
• De centra werken met de neurotransmitters dopamine, en bevinden zich in het bovenste deel van de
hersenstam, het ventrale deel van het tegmentum.
• Dit beloningscircuit is bekend als het mesolimbische dopamine systeem
• Te vergelijken met het gevoel na lekker eten of seks
• Alle verslavende druks werken op het beloningsciruit en verslaving verander de werking ervan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waardoor wordt nuttig gedrag omgeleid?

A

o Door elektrische stimulatie
o Door drugsgebruik
o Dit is misbruik van een goed systeem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waar is het mesolimische systeem voor ontworpen?

A

o Versterken nuttig gedrag
o Versterken van natuurlijk voorkomend gedrag
o Is een nuttig en goed systeem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke systeem gebruikt dopamine?

A

het mesolimische systeem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat gebeurd er door drugs met het dopamine gehalte in je lichaam?

A
  • Drugs stimuleren dopamine verbindingen
  • Meestal is versterking gecorelleerd aan dopamine activiteit
  • Drugs die dopamine remmen zijn niet prettig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat gebeurd er tijdens down- regulatie?

A
  • Biologische systeem streven naar homeastase
  • Als systemen hoge activiteit vertoen, zal het lichaam deze achticiteten willen remmen
  • Down-regulatie is onderdeel van de biologische basis voor gewenning (tolerantie)
  • Afname van transmitter afgifte (snel)
  • Afname receptor gevoeligheid (langzaam)
  • Afname receptor aantal (langzaam)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat zijn de nadelen van down- regulatie?

A

• Als down regulatie optreedt, start van een vicieuze cirkel
o Meer drugs zijn nodig voor het gevoel van intoxicatie
o Meer drugs gebruik veroorzaakt een toename van down-regulatie
• Een netwerk onder down-regulatie versterking betekend ook
o Meer drugs zijn nodig
o Plezier door natuurlijke versterkingen neemt af

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat gebeurd er als compensatie van down-regulatie

A

• Als het netwerk minder reageert dan kun je
o Dosering verhogen
o Combineren van drugs om effecten te versteken
o Combineren van drugs met opwekkend gedrag
• Elk van deze heeft zijn eigen risico’s

17
Q

wat zijn de biologische gevolgen van alcohol?

A

o Indirecte verterkingen dopamine systemen
o Alcohol verhoogt GABA activiteit
o Toename GABA-activiteit = relaxatie/ontspanning
- Meeste anxioltytica verhogen de GABA-activiteit
o GABA down regulatie
-Gevolg onrust als er geen alcohol is
- In extreme gevallen onttrekking = epileptische
insulten/overlijden

18
Q

wat zijn de biologische gevolgen van wiet?

A

o Indirecte versterking dopamine activiteit
o Directe stimulatie cannabinoide receptoren
- Anadamide is een endogene marihuana
- Functies onbekend
- Dopamine en cannabinoide down-regulatie
- Milde depressie/onrust als niet gebruikt kan worden

19
Q

Wat zijn de biologische gevolgen van opiaten ?

A

o Indirecte versterking dopamine systemen
o Directe toename endogene opiaat systemen
-Sedatie
-Extreme analgesie
o Dopamine en opiaat down-regulatie
o Gevolg depressie/pijn als het niet wordt gebruikt
o Craving naar het middel

20
Q

wat is tolerantie?

A

gewenning aan een middel

21
Q

Wat zijn onthoudingsverschijnselen ?

A

gevolgen wanneer een middel niet meer gebruikt kan worden

22
Q

Wat valt onder drugs?

A
• Alle middelen die invloed uitoefenen op waarneming, 
gevoel, gedrag en bewustzijn
• Verschillende categorieën naar effect:
o Verdovende
o Stimulerende
o Hallucinogenen (beïnvloeden het waarnemen)
o Verdovend/hallucinogeen
o Stimulerend/hallucinogeen
23
Q

wat zijn de neurologische complicaties van alcholisme?

A

o Stoornissen t.g.v. acute alcholintoxicatie
- Dronkenschap
- Pathologische intoxicatie
- Black-out
- Alcoholisch coma
o Stoornissen t.g.v. acute withdrawal (onthouding)
- Vroegtijdig ontwenningssyndroom (beven, hallucinasis, insult)
- Laattijdig en massaal ontwenningssydroom (delirium tremens)
o Voedingsstoornissen van het zenuwstelsel t.g.v. alcoholisme
- Wernicke-Korsakov-syndroom
- Alcoholische polyneuropathie
- Alcoholische cerebellaire degeneratie
- Neuritis optica (ontsteking oogzenuw)
- Pellagra (overmatige verhoorning, vitamine B6 te kort)

24
Q

Wat zijn de interne complicaties van alcholisme ?

A
o Leverpathologie
- Alchoholische hepatitits (leveronsteking)
- Steatose (verdikking lever)
- Cirrose(verlittekening)
o Castro-intestinale stoornissen
  -Slokdarm
      *Oesofagitis
       *Mallory- Weiss-syndroom
- maag 
    *gastritis
    * ulcus
- dunne darm
  * absorptiestoornissen
o Metabole en endocrinologische stoornissen
   -O.a. hypogonadisme en feminisatie bij alcoholisch leverlijden
o Hematologische afwijkingen
 -O.a. megaloblastische anemie
o Cardiovasculaire afwijkingen
  -Cardiomyopathie (hartspier begeeft het)
25
Q

wat zijn de gevolgen van ontwenning ?

A
Klassieke onthoudingssymptomen
o < 24 uur na stop
o Na 7-10 dagen verdwenen
o Tremor, transparantie, nausea, abd. Krampen, slaapstoornissen, hyperreflexie, hoofdpijn 
hypertensie, angst, ontrust
• Convulsies: Grand Mal
• Delirum Tremens
o Desoriëntatie, hallucinaties, agitatie, koorts