SPR WC 2 Flashcards
Leg het verschil uit tussen controle en opsporing
Controle:
Art. 3 Politiewet. Politie heeft naast opsporing ook mogelijkheden om te controleren. Dit wordt geregeld in bijzondere wetgeving. Dat staat dus los van strafvordering.
Maar we kunnen van controle overgaan naar opsporing: SFEEROVERGANG. Maar het kan ook dat controlebevoegdheden worden ingezet tijdens de opsporing: SFEERCUMULATIE.
Stel: tijdens alcoholcontrole komt een agent ineens een lijk tegen in de kofferbak. Dan gaat ie ineens opsporen. Binnen die controle kunnen we onderscheid maken tussen 2 vormen van controle: (het verschil is niet absoluut, het kan gerelativeerd worden):
- Preventieve controle:
Het houdt eigenlijk primair verband met bestuursrechtelijke handhaving. Zoals controle op bouwvergunning, of in kader van de Wegenverkeerswet een controle. In het kader van de WVW is een aantal feiten overgegaan van strafrecht naar Wet Mulder. Het houdt dus primair verband met bestuursrechtelijke handhaving.
Hier is nog geen sprake van een verdenking, er is nog geen verdachte. En een verdachte (door de status) heb je bepaalde rechten zoals zwijgrecht of recht nemo tenetur; je hoeft niet mee te werken aan je eigen veroordeling. Omdat hier geen sprake is van een verdenking/verdachte, betekent het dat die rechten nog géén toepassing vinden. In het kader van zo’n preventie controle zijn plichten gekoppeld aan plicht om mee te werken. Werk je niet mee: dan geef je geen gehoor aan ambtelijk bevel. En vanaf dat moment heb je WEL te maken met nemo tenetur. - Repressieve controle:
Het gaat niet om het opsporen of ophelderen, maar het gaat om het ontdekken van eventuele strafbare feiten. Als je een alcoholcontrole uitvoert probeer je strafbare feiten te ontdekken. Maar goed, kan je écht spreken van repressief? Want misschien is het ook wel preventief. Maar repressief is meer proactief. Onthoudt ook; er is nog geen verdachte. Echter, lijkt het wel op opsporing.
Opsporing:
Art. 132a Sv: opsporing is het onderzoek in verband met strafbare feiten onder gezag van de OvJ met als doel het nemen van strafvorderlijke beslissingen. Als we letten op dit neutrale opsporingsbegrip (niet hangen aan een concrete verdenking), zou je dit kunnen schalen onder repressieve controle in principe. Dus repressieve controle kun je schalen onder opsporing. Maar bij repressieve controle is er nog geen verdachte.
Stelling: Controlebevoegdheden mogen niet worden gebruikt tijdens de opsporing, omdat dit in strijd komt het nemo-tenetur beginsel.
Het inzetten van controlebevoegdheden ten behoeve van de opsporing, kan dat dan? Want ben je controlebevoegdheden aan het gebruiken bij opsporing?
Beginsel van zuiverheid van oogmerk: detournement de pouvoir. Bevoegdheden mogen niet worden gebruikt voor een ander doel dan je ze hebt verkregen.
HR Dynamische verkeerscontroles (gaat over sfeerovergang):
Dit is een gebruikelijke methode; formeel gezien betreft het een verkeerscontrole. Burgerauto’s die pikken bepaalde auto’s op bij sleutelplaatsen (plaatsen waarvan bekend is dat criminelen daar vaak hangen), ze volgen de auto’s en een andere surveillance auto geeft dan ineens ergens een stopteken. De opgepikte auto wordt geselecteerd op bijv. combinatie van inzittenden (in casu: dure auto, Hindoestaanse bestuurder en Surinaamse bijrijder) of een huurauto van een bedrijf wat wordt verdacht van witwaspraktijken. Wat is het doel van zo’n controle o.g.v. WVW: controleren kentekenbewijs en rijbewijs. Maar waarom deden de agenten het -> in contact komen met potentiële criminelen om vervolgens een praatje te maken en meer info over die lui te krijgen. MAAR: zodra een stopteken wordt gegeven: wordt direct aangevangen.
Dus: het doel is dan verkeer, maar ze gingen die bevoegdheid misbruiken om criminelen op te pikken. Misbruik van recht?
Als agenten daadwerkelijk papieren vragen en dus ook verkeerscontroles uitvoeren, dan is er GEEN sprake van misbruik van recht!
A. Contrairio; als een controlebevoegdheid UITSLUITEND wordt gebruikt voor opsporing, DAN is het WEL detournement de poiuvoir (maar niet als er OOK ge ruik wordt gemaakt).
Dus de bevoegdheden mogen niet UITSLUITEND worden gebruikt voor een ander doel dan waarvoor ze zijn gegeven.
Wat als we ze ineens kunnen aanmerken als verdachte? Dan krijgt hij door zijn status bepaalde rechten die een verdachte toekomen. Moeten we die toepassing van de controlebevoegdheden dan staken? Hoe verhoudt die medewerkingsplicht zich dan tot de rechten van de verdachte?
Een verdenking staat niet in de weg aan controlebevoegdheden tijdens de opsporingsfase, mits rechten en waarborgen van de verdachte in acht worden genomen.
Haken en ogen, HR Saunders:
VERKLARINGEN:
Zouden we een controlebevoegdheid mogen gebruiken voor het afleggen van verklaringen/medewerking daaraan. Nee, want ZWIJGRECHT is een recht van de verdachte.
ANDER MATERIAAL:
Want wat is dan de reikwijdte van het nemo tenetur beginsel? Het materiaal dat bestaat buiten de wil om van de verdachte. Daar ziet het nemo teneturbeginsel NIET op. Dus het ziet niet op materiaal dat onafhankelijk van de wil van de verwachte bestaat: urine, bloed, DNA, adem.
DOCUMENTEN:
Alleen documenten moeten afstaan als de politie WEET dat ze bestaan.
Welke criteria spelen in het algemeen een rol bij de (rechterlijke) toetsing van de rechtmatigheid van dwangmiddelen?
Wat waren dwangmiddelen? In het kader van strafvordering aan te wenden middel die anders dan door ten uitvoer legging een inbreuk maken op rechten en vrijheden van personen. Zoals fouilleren (lichamelijke integriteit).
We moeten kijken naar proportionaliteit en subsidiariteit -> beginselen van een behoorlijk strafproces. Daarmee moeten we rekening houden. Ook détournement de pouvoir behoort tot die beginselen. Of gelijkheidsbeginsel. En ook vertrouwensbeginsel. Voorwaarden waaronder dwangmiddelen kunnen worden ingezet. dus:
- Wettelijke voorwaarden waaronder dwangmiddelen kunnen worden toegepast
- Internationaal procesrecht (zoals art. 6 EVRM)
- Beginselen van een behoorlijk strafproces.
Op het laatst kijk je dus of iets proportioneel/subsidiair is.
Buren van Koos, Sacha en Marijn, ruiken af en toe een rare geur en klagen over hoofdpijn, melden dit aan politie. Ook komen er soms onbekende vrouwen bij Koos en die vertrekken met volle vuilniszakken.
Korpchef: beveelt om Koos gedurende twee dagen onopvallend op straat te volgen. Dit bevel wordt uitgevoerd door hoofdinspecteur Grijper en agent Vanger, zij plaatsen peilzender onder auto van Koos en vragen bij energiebedrijf om uitdraai stroomverbruik.
D. Is het gedurende enkele dagen onopvallend volgen van Koos door Grijper en Vanger in combinatie met plaatsen van peilzender rechtmatig?
Preliminaire vraag is: wat moeten we allereerst doen?
- KIJK IN WELK DOMEIN JE ZIT
Want per domein zijn er verschillende bevoegdheden; wat of waar de bevoegdheid staat. Die domeinen moet je zien als kader voor de bevoegdheden. De hoeveelheid informatie die je hebt leidt uiteindelijk tot in welk domein je zit.
a. Klassieke opsporing
Dit is nadat er een strafbaar feit is begaan (poging en voorbereiding ook). Doel is opheldering en uiteindelijk sanctieoplegging.
b. Georganiseerd verband (vroegsporing)
Art. 126o: dit criterium fungeert als basis criterium voor alle opvolgende bepalingen. Onderzoek indien uit feiten of omstandigheden een redelijk vermoeden voortvloeit dat in georganiseerd verband misdrijven als omschreven in artikel 67, eerste lid, worden beraamd of gepleegd die gezien hun aard of de samenhang met andere misdrijven die in dat georganiseerd verband worden beraamd of gepleegd een ernstige inbreuk op de rechtsorde opleveren. Beramen = er is een bepaalde betrokkenheid tussen een georganiseerd verband en misdrijven in 67, maar WAT het verband is, dat weten we niet. Maar DAT er wat is, dat vermoeden we o.g.v. feiten. Dus dit verdenkingscriterium is veel kleiner.
c. Opsporing terroristische misdrijven
Wat is hier het criterium? Aanwijzingen. Wat zijn dat? Aanknopingspunten, een vage opmerking is al genoeg. Dus dan kunnen we NOG meer ingrijpen.
In welk domein zitten we dan? In het georganiseerd verband. Waarom niet klassiek? Het is nogal vaag. Het is een ‘vreemde geur’, ‘hoofdpijn , ‘twee vrouwen naar binnen- en buiten’, het is te weinig om een vermoeden te hebben dat een strafbaar feit is gepleegd. Maar we mogen wel vermoeden dat er een verband is tussen hun samenkomst.
- Georganiseerd verband? JA Koos en de twee vrouwen.
- Misdrijven omschreven als in 67? JA art. 3 jo 11 Opiumwet, voorlopige hechtenis is toegelaten.
- Maakt hennepteelt een ernstige inbreuk op de rechtsorde? JA brandgevaar, diefstal elektriciteit, volksgezondheid, economie. Dat tezamen bezien kun je concluderen dat het een ernstige inbreuk maakt op de rechtsorde.
Mogen we dan op grond van deze feiten en omstandigheden vermoeden dat er een betrokkenheid bestaat met hennepteelt? JA. Dus, een georganiseerd verband.
- ZIJN DE BEVOEGDHEDEN RECHTMATIG GEBRUIKT?
In hoeverre is het een beperkte inbreuk? Of een grote inbreuk? Hangt af van: duur + intensiteit + frequentie + plaats + welk technisch hulpmiddel (alleen zintuigversterkend, of méér dan zintuigversterkend?) Dit zijn de criteria om te bepalen of het gewoon observatie of stelselmatige observatie is. Deze criteria zijn niet cumulatief, maar zie ze als een weegschaal. Een aanknopingspunt.
In casu: het duurt 2 dagen (= vrij lang), het is 2 volle dagen (= vrij hoog), over intensiteit weten we niets, het gebeurt in het openbaar (= niet zo beperkend), ja het is meer dan zintuigversterkend door die peilzender (= vrij heftig) dit is stelselmatige observatie! Dit maakt een vrij grote in breuk op zijn recht op privacy. Het verschaft echt een min of meer beeld van de aspecten van zijn leven.
a. Specifieke wettelijke grondslag OF art. 3 Politiewet?
i. Niet 3 politiewet, want het is stelselmatig, dus we moeten specifieke grondslag hebben. Art. 126o. voldoen we in casu aan de voorwaarden van 126o? NEE. Want de OvJ moet daar een bevel voor geven!
b. Internationaal procesrecht
c. Beginselen van een behoorlijke procesorde
DUS: het is een onrechtmatige inbreuk, want het is niet de OvJ die een bevel geeft, maar de korpschef.
Buren van Koos, Sacha en Marijn, ruiken af en toe een rare geur en klagen over hoofdpijn, melden dit aan politie. Ook komen er soms onbekende vrouwen bij Koos en die vertrekken met volle vuilniszakken.
Korpchef: beveelt om Koos gedurende twee dagen onopvallend op straat te volgen. Dit bevel wordt uitgevoerd door hoofdinspecteur Grijper en agent Vanger, zij plaatsen peilzender onder auto van Koos en vragen bij energiebedrijf om uitdraai stroomverbruik.
E. Is het bevel van Grijper en Vanger aan het plaatselijke energiebedrijf om een uitdraai van het stroomverbruik van de afgelopen twee maanden van de gehele Ketelstraat te verstrekken rechtmatig?
- We zitten vooralsnog in domein georganiseerd verband
- art. 3 Politiewet // wettelijke grondslag?
Hoe groot is de inbreuk? Er is een inbreuk van privacy. Is ie groot voor Koos? Nee, het is maar kleine inbreuk op zijn privacy recht. Dus, het wordt gebaseerd op art. 3 Politiewet.
Buren van Koos, Sacha en Marijn, ruiken af en toe een rare geur en klagen over hoofdpijn, melden dit aan politie. Ook komen er soms onbekende vrouwen bij Koos en die vertrekken met volle vuilniszakken.
Korpchef: beveelt om Koos gedurende twee dagen onopvallend op straat te volgen. Dit bevel wordt uitgevoerd door hoofdinspecteur Grijper en agent Vanger, zij plaatsen peilzender onder auto van Koos en vragen bij energiebedrijf om uitdraai stroomverbruik.
F. Zou uw antwoord op vorige vraag anders zijn indien de gevraagde uitdraai uitsluitend betrekking zou hebben op energieverbruik in woning Koos?
Kan dat dan nog o.g.v. art. 3 Politiewet? Nee. Daar hebben we een specifieke wettelijke bepaling voor nodig (vorderen van gegevens).
Hoe gaan we zoeken? Georganiseerd verband! Hoe gaan we dat zoeken. Art. 126ud (er wordt verschil gemaakt in soort gegevens in ud en uc). We hebben het hier over gegevens uit art. 126ud. Wat voor gegeven is dat, een energierekening? Een opgeslagen ‘andere gegevens’, anders dan identificerende gegevens. Iemand bankverloop. Aan komt, vertrek hotel, bijv.
Kijken we of we voldoen aan de vereisten. In casu hebben we weer geen bevel van de OvJ gekregen. Dus het is weer onrechtmatig.
Stel het waren wel identificerende gegevens? Dan mag een opsporingsambtenaar het zelf doen - art. 126uc.
We spreken van een gesloten stelsel. Mag een ambtenaar vrijwillige medewerking vragen? Dan moet je een afweging maken als persoon om gegevens te geven. Als je om vrijwillige medewerking zou vragen, dan zet je een derde onder druk: die moeten zelf ineens gaan afwegen in hoeverre het wenselijk is dat je ze afgeeft en privacy en zo. Dat voorkomt het gesloten stelsel: als een ambtenaar het kader van identificeerbare gegevens KAN vorderen, dan MOET je ze vorderen, zodat mensen niet zelf een belangenafweging hoeven te maken.
Vervolg casus:
Na veel meldingen over wietkwekerij bij Koos, wordt op 9 mrt 2016 een camera bij Koos geplaatst op bevel van de korpchef. Hij beoogt duidelijkheid te krijgen over de vraag van illegale praktijken. Tevens moeten de agenten die de camera gaan plaatsen zoeken naar sporen.
Bij het betreden van de schuur treffen de agenten plantenresten aan; ze nemen daarvan monsters. De camera wordt afgesteld zodat beeld verkregen wordt van de huis- slaapkamer van Koos, alsmede een deel van de schuur. Grote hoeveelheid groeimiddel wordt op 12 maart 2016 opgeslagen. Op 15 maart 2016 betreedt de politie, zonder toestemming van Koos, de woning ter inbeslagneming. 3000 planten aangetroffen, zonder Koos.
G. Is het plaatsen van de camera (en het gebruik van de beelden) rechtmatig?
Dit maakt een vrij grote inbreuk: dus we hebben een specifieke wettelijke grondslag nodig. Maar eerst: welk domein? Klassiek; zeer gedetailleerde informatie. De politie moet eerst controleren of de anonieme informatie klopt, is het genoeg? hmm. We zouden wel georganiseerd kunnen kiezen nog.
Met camera is sprake van inkijkoperatie art. 126k (klassiek), art. 126r (georganiseerd verband), art. 126zd (terrorisme).
We gaan het ff via klassiek domein oplossen, art. 126k:
Toepassen middel met doel:
- Rondkijken
- Sporen veiligstellen
Ja die doelen die dienen wel. Maar: de plaats besloten plaats niet zijnde een woning! De camera wordt geplaatst in de schuur. Dus, in beginsel mag het wel. Maar ja, de wetgever heeft bedoeld dat dat te ver gaat. Ook al wordt het in de schuur geplaatst, de beelden van de slaapkamer en woning zijn dus niet rechtmatig. EN het bevel komt niet van de OvJ.
H. Stel: een opsporingsambtenaar wordt incognito in een penitentiaire inrichting geplaatst. Hij doet zich voor als medegedetineerde en weet zo het vertrouwen te winnen van een verdachte die tijdens verhoren geen informatie wil loslaten. Zonder directe vragen te stellen, krijgt hij informatie over het delict waarvan de verdachte verdacht wordt.
Is deze methode toegestaan en zo ja, onder welk artikel valt deze methode dan?
Er is in casu sprake van infiltratie, art. 126h Sv, nu de politie zich voordoet als een medegedetineerde .
Nee, dit is in strijd met de algemene beginselen van een goede procesorde. In Amerika is misleiding wel geoorloofd, maar in NL is dit ten strengste verboden volgens het pressieverbod. Er is dan dus sprake van ongeoorloofde pressie.
Mag de politie informatie van een onbekend gebleven persoon in ontvangst nemen en er gebruik van maken?
Ja, deze informatie mag in ontvangst worden genomen, maar anonieme informatie kan niet leiden tot een verdenking zoals een verdenking in de zin van art. 27 Sv. Daarvoor moeten concrete feiten en omstandigheden zijn.
Het gaat hier om het op eigen initiatief verzamelen van gegevens en de verstrekking daarvan aan de politie. Dit valt onder art. 3 Politiewet 2012. Dat mag.
Wet BOB
Wat is het doel van de wet bob?
Bijzondere opsporingsbevoegdheden zijn heimelijk. Het object van onderzoek (verdachte) heeft niet door dat die bevoegdheden tegen hem worden ingezet. Wat is het doel van de wet BOB?
Begin jaren 90 toen een groot drugsnetwerk boven water kwam. Voor je dat kunt bestrijden moet je bepaalde methoden tot je beschikking hebben. Je kunt niet gelijk aanhouden/in verzekeringstellen. Dat kan wel maar dan los je de georganiseerde verbanden niet op. De politie gebruikte begin jaren 90 de bevoegdheden die niet in de wet stonden. Zoals stelselmatige observatie. En vervolgens kon het bewijs niet gebruikt worden (IRT affaire) omdat het onrechtmatig was verkregen. Toen kwam rapport met nieuwe methoden, normen in de wet vaststellen. Art. 126aa. De proces verbalen moeten duidelijk maken wie wat heeft gedaan.
In de MvT zie je: het is geen alles omvattende opsomming in de wet BOB. de wetgever zegt over bepaalde methoden; methoden die geen inbreuk maken op grondrechten, mogen worden gebaseerd op art. 3 Politiewet. Dus alles wat geen inbreuk maakt op een grondwet, mag gedaan worden o.g.v. art. 3 Politiewet. HR geaat verder: als een methode een beperkte inbreuk oplevert, dan mag het oo o.g.v. art. 3 Politiewet. Dan komt er een vraag: wat is dan ‘beperkte inbreuk’? Is een half uur volgen van iemand op straat observeren een beperkte inbreuk? Ja, alles moet afgewogen worden. Als het gaat om een grote inbreuk, dan moet er een specifieke wettelijke grondslag, dan moet je kijken of er legitimiteit is in de wet.
Als we beter kijken naar de wet BOB, dan zien we een piramidale structuur. Uitgangspunt: BOB-bevoegdheden alleen te gebruiken op bevel van OvJ; soms machtiging RC nodig. Dus hoe ingrijpendere inbreuk, hoe hoger de autoriteit moet zijn om daarvoor toestemming te geven/daarover te oordelen (artikel Symmelink).
Uitzondering; vorderen bepaalde gegevens, (Corstens heeft schema).