Rechtelijke Onpartijdigheid - HC 3 Flashcards
Positiefrechtelijke grondslag voor onpartijdigheid
➞ art 17 GW
➞ art 6 EVRM
➞ enkele wettelijke voorschriften
Onpartijdigheid richtingen
Subject en objectief
Subjectieve onpartijdigheid
➞ ziet op persoonlijke overtuiging, vooringenomen
HR 15 april 1997: rechter moet uit hoofde van aanstelling worden vermoed onpartijdig te zijn, tenzij zich uitzonderlijke omstandigheden voordoen die zwaarwegende aanwijzingen opleveren voor het oordeel dat een rechter jegens een verdachte een vooringenomenheid koestert
- rechter persoonlijk bekend met een partij of belang bij een zaak
- rechter geïnformeerd buiten procedure
- negatieve oordelen
- politiek, maatschappelijk;ijke opvattingen
➞ EHRM pitkevoich & HR zaak Wattel
Objectieve onpartijdigheid
➞ ziet erop dat er voldoende waarborgen zijn om bij partijen elke gerechtvaardigde twijfel aan zijn onpartijdigheid uit te sluiten, ongeacht of daadwerkelijk sprake is van vooringenomenheid
EHRM: justice must not only be done, it must also be seen to be done
EHRM Hauschildt t. Denemarken
Eerdere betrokkenheid bij zaak
Suspicion and formal finding of guilt are not to be treated as being the same
Herhaalde beslissingen van zaken
Cumulatie van functies:
1. Rechter plaatsvervangend tevens advocaat/notaris/OvJ/politicus
2. Nevenbetrekkingen van beroepsrechters (zie art 44 lid 5 en 6 Wrra): ongewenst met het oog op goede vervulling van het ambt, handhaving onpartijdigheid, onafhankelijkheid en vertrouwen daarin
Not the same case, same decision
➞ EHRM Kleyn
Hier komt wellicht de objectieve partijdigheid in het geding