OZ Les 2.1 Flashcards

1
Q

Evidence Based Practice (EBP)

A

= zorgvuldig, expliciet en oordeelkundig gebruik vh beste bewijsmateriaal en evidence om beslissingen te nemen met individuele patiënten om de zorgverlening te verbeteren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

5 stappen EPB

A

1) (klinisch) probleem vertalen in een beantwoordbare vraag
2) Efficiënt zoeken naar beste bewijsmateriaal
3) Beoordelen van gevonden bewijs
4) Toepassen van resultaat in praktijk
5) Evalueren van proces en resultaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

6 aspecten van een wetenschappelijke onderzoek houding:

A

1) Neiging op Kritisch te willen zijn
2) Neiging om te willen Begrijpen
3) Neiging om te willen Bereiken
4) Neiging om te willen Delen
5) Neiging om te willen Innoveren
6) Neiging om te willen Weten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bruikbaarheid van informatie

A
'helpt deze bron bij beantwoorden van mijn vraagstelling?'
> Niveau
> Vorm
> Actualiteit
> Volledigheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Betrouwbaarheid van informatie

A
'klopt de informatie die ik gevonden heb?'
> Auteur / organisatie
> Kwaliteit
> Inhoud 
     - controleerbaarheid
     - objectiviteit 
     - juistheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waarom moet je bronnen vermelden bij een verslag?

A
  • Geef anderen de eer die hen toekomt
  • Laat zien waar informatie vandaan komt
  • Maken het mogelijk om hetgeen in een rapportage aan de orde is te controleren en
    eventueel te herhalen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waar staat APA voor?

A

American Psychology Association

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat moet altijd benoemd worden volgens APA?

A

Auteur
Datum
Titel
Medium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Citeren & Parafraseren

A

Citeren: is de tekst letterlijk citeren/overnemen, door de geciteerde tekst tussen aanhalingstekens te plaatsen. “

Parafraseren: tekst samenvatten in eigen woorden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

6 stappen voor het zoeken naar informatie - BIG6

A

-> bestaat uit 6 regels waarmee je de zoekopdracht omschrijft, vervolgens op zoek gaat en je resultaten evalueert.
Methode -> te gebruiken voor het zoeken naar allerlei bronnen van info.

1) Definieer het probleem - zoekopdracht
- zoekvraag formuleren - kijken welke info je al hebt/weet
2) Bepaal waar je gaat zoeken
3) Kies de juiste zoekstrategie
4) bestudeer & selecteer de info die je nodig hebt
5) Organiseer de info dat het antwoord geeft op je vraag/probleem
6) Evalueer het resultaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Belang van onderzoek voor het verpleegkundige beroep

A

> Bij bepaalde aandoeningen verder onderzoeken
Je wilt jezelf en je collega’s verder ontwikkelen
Belangrijk om je verder te ontwikkelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat doet CRAAP

A

via de CRAAP test kun je de geloofwaardigheid en betrouwbaarheid van je bron testen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar staat CRAAP voor?

A
Currency
Relevance
Authority
Accuracy
Purpose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat doe je in het vooronderzoek?

A

Vooronderzoek = probleemanalyse
x opzoek naar achtergrondinformatie over het onderwerp
x zoekt literatuur over eerder gepresenteerde onderzoeksresultaten
x verzamelt materiaal door met een paar mensen te spreken

Tijdens probleemanalyse wordt het probleem duidelijk afgebakend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is vooronderzoek?

A

= onderzoeksfase waarin je oriënterende informatie verzamelt over het onderzoeksonderwerp (=probleemanalyse)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly