Les 2 (samenvatting) Flashcards

1
Q

DSPD

A

Gevaarlijke en ernstige persoonlijkheidsstoornis behandelprogramma in de UK

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Criteria voor de verplichte behandeling in DSPD eenheden

A
  • Ernstige Persoonlijkheidsstoornis
  • Risico op geweld binnen 5 jaar
  • Functioneel verband tussen de bovenste 2
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een ernstige persoonlijkheidsstoornis volgens DSPD

A
  • Een PCL-score van meer dan 30
  • Een PCL-score van 25+ en 1 PS (niet ASPS)
  • Twee of meer PS, ongeacht psychopathie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

4 voorwaarden voor causaliteit

A
  • Covariatie
  • Het ene gaat vooraf aan het andere
  • Uitsluiting van alternatieve verklaringen
  • Logische link
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

3 manieren om empirisch bewijs te verkrijgen

A
  • Epidemiologisch onderzoek
  • Vergelijk prevalentie PSn gewelddadige vs niet gewelddadige daders
  • Cohort kindertijd-volwassenheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Onderzoek Pratt en Cullen

A

Er is een middelgroot verband tussen zelfcontrole en criminaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Prospectieve longitudinale studie die het verband onderzoekt tussen impulsiviteit bij kids onder de 14 voorafgaand aan geweld

A

Er is een robuuste linkt tussen vroege impulsiviteit in de kindertijd en later geweld.

In deze longitudinale studies was het effect voor het nemen van risico’s echter groter dan voor impulsiviteit.

Ook groter effect bij officiële rapporten t.o.v. zelfrapportage.

Het nemen van risico’s kan een direct verband hebben met slechte concentratie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

NRQ

A

Narrative Roles Questionaire

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Narrative Roles Questionnaire

A

Begint bij de omschrijving die de delinquent zelf aan de daad geeft. Hier zijn 33 statements uitgehaald, waar de delinquent bij aangeeft of dit past of niet op een Likert schaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Leary’s consideration of interpersonal personality

A

2 dimensies, dominant/submissief en liefde/haat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

In welke 2 factoren kun je alle misdaden indelen?

A

Potency (macht, level van dominantie)
Intimacy (Hoe goed ken ik de ander, gaat dit om een persoon)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

4 type daders

A
  • Revenger
  • Tragic hero
  • Professional
  • The victim
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Revenger

A

Zien zichzelf als sterk en krachtig, en zijn op zoek naar een impact op een ander. Ziet zichzelf als acting out

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Tragic hero

A

Lage niveaus van dominantie en intimiteit. Het slachtoffer is niet relevant. Hoort bij een opgewonden maar niet compleet negatieve emotionele staat. Zien zichzelf als iemand die opgenomen is door iets heel belangrijks, en ze moeten dit voltooien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

The professional

A

Veel dominantie maar weinig intimiteit. Deze persoon is calm, pragmatisch en methodologisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

The victim

A

Machteloos, zijn aan het leiden. Het is allemaal buiten hun controle Hoge intimiteit

17
Q

2 grote dimensies van emoties (Russel)

A

Opwinding en plezier

18
Q

4 klasse van emoties

A

Elation
Distress
Depression
Calm

19
Q

Elation

A

High arousal high pleasure

20
Q

Distress

A

High arousal low pleasure

21
Q

Depression

A

Low arousal low pleasure

22
Q

Calm

A

Low arousal high pleasure

23
Q

Verschil in rollen tussen mannen en vrouwen

A

Vrouwen hebben minder professional en adventurer rollen

24
Q
A