Hoorcollege 1: Anatomie abdomenwand Flashcards
Wat is de definitie van abdomen?
Het gedeelte van het lichaam tussen de thorax en het bekken. Ook: de holte van dit gedeelte van de romp met daarin de belangrijkste organen
De buikwand (abdomenwand) is een stevige, maar flexibele wand dat is gekenmerkt door gelaagde structuur. Wat is de functie ervan?
Het beschermt tegen invloeden van buiten, houdt (met hulp) organen op plaats en creëert intra-abdominale druk.
De anterolaterale buikwand bestaat uit drie lagen. Welke zijn dit?
- Huid en vetweefsel
- Bindweefsel en spieren
- Vetweefsel en binnenbekleding
Het subcutaan vetweefsel bestaat uit twee fascies. Hoe heten ze en wat bevatten ze?
o Fascie van Camper (vetweefsel)
o Fascie van Scarpa (bindweefsel, stevig, onder navelregio stevigst en wordt steeds minder duidelijk naarmate je naar boven gaat)
Uit hoe veel lagen bestaat het bindweefsel en spieren in de anterolaterale buikwand?
3, afwisselend
Waar bevindt zich het vetweefsel en binnenbekleding? (van de derde laag)
o Tussen de fascia transversalis (bevat nieren en grote vaten, achter buikvlies) en peritoneum pariatale (niet geheel rond) bevindt zich nog een dun laagje vet zodat het lekker glijdt.
o Aan binnenzijde van m. transversus ligt de fascia transversalis
o Aan binnenzijde fascia transversalis ligt peritoneum parietalis
Van waar tot waar loopt de aterolaterale buikwand?
Loopt van xiphoïd (puntje sternum) tot de bekken, en van flank tot flank
Waar loopt de dorsolaterale buikwand?
Loopt ongeveer gelijk met lumbale wervels
De spierlaag (van de buikwand) bestaat uit 4 verschillende spieren. Welke zijn dit?
o M. obliquus externus abdominis (buitenste schuine buikspier)
o M. obliquus internus abdominis (binnenste schuine buikspier)
o M. transversus abdominus (dwarse buikspier
o M. rectus abdominis (rechte buikspier/sixpack)
Beschrijf de M. obliquus externus abdominis (ribben, waar het op aanhecht)
o Ontsprint ribben 5-12 o Hecht aan op Linea alba Os pubis (schaambeen) Crista iliaca (bekkenkam) V-vormig
Beschrijf de M. obliquus internus abdominis
o Ontspringt van peesblad rug en crista iliaca
o Hecht aan op
Ribben 10 t/m 12
Linea alba
o Maken serie van bewegingen mogelijk
o Als er een contractie is van externus vs internus kan je naar opzij bewegen (lateraalflexie torso)
A-vormig
Beschrijf de M. transversus abdominus
o Ontspringt van arcus costae, peesblad rug, crista iliaca
o Hecht aan op linea alba en os pubis
o Linea arcuata (gat, net onder de navel)
o Zorgt voor contractie en druk op de abdomen, hulpademhaling, en kan lichtelijk helpen met schuine beweging maken
Beschrijf de M. rectus abdominis
o Ontspringt van os pubis
o Hecht aan op xiphoïd en rib 5-7
o Bestaat uit 5 compartimenten (kan verschillen per persoon)
o Hulpademhalingsspier (uitademen), druk opbouwen en zorgt voor flexie naar voren
Beschrijf de Apollo’s belt (the V)
o Ook wel Adonis belt genoemd
o Wordt gevormd door begrenzing m. obliquus externus
De buikspieren strekken uit met persbladen of vormen samen een rectusschede. Hoe wordt een rectusschede ook wel genoemd?
aponeurosen