Hoofdstuk 7: Chemische reacties in het lichaam Flashcards
Wat doet alcohol met de vochtbalans?
Alcohol levert vocht maar werkt ook vochtuitdrijvend. Door alcohol neemt de
urineproductie in het lichaam toe en om alcohol af te breken en uit te scheiden is
meer vocht nodig dan de drank zelf levert. Wissel alcohol dus af met niet-alcoholische
dranken.
Hoeveel gram alcohol bevat 100 ml drinken met 10% alcohol?
Er zit 10 ml alcohol in per 100 ml.
1 ml alcohol weegt 0,8 gram.
10 ml alcohol weegt 8 gram.
100 ml drinken met 10% alcohol levert dus 8 gram alcohol
Is alcohol calorierijk?
Ja. De precieze hoeveelheid hangt af van de hoeveelheid alcohol en suikers die in de
drank zit.
Noem 6 groepen die geen alcohol mogen drinken
- Alcoholverslaafden
- Vrouwen die zwanger willen worden
- Lacterenden
- Kinderen / tieners
- Mensen die medicijnen slikken die niet in combinatie met alcohol kunnen
- Mensen met specifieke medische problemen
Wat betekenen de afkortingen BAG en BAC?
Bloedalcoholgehalte en Bloedalcoholconcentratie. Deze wordt uitgedrukt in
promillages of gram alcohol per liter bloed.
Welke lichaamskenmerken zijn van invloed op de BAG?
- Lichaamsgewicht
- Hoeveelheid vet
Mannen kunnen beter tegen alcohol omdat ze gemiddeld zwaarder zijn.
Vrouwen krijgen na dezelfde hoeveelheid alcohol een hoger percentage alcohol in het
bloed omdat ze meer lichaamsvet en minder lichaamsvocht hebben.
Wat is de meest voorkomende alcohol in eten en dranken?
Ethanol / Ethylalcohol
Alcoholische dranken zijn in te delen in drie groepen. Welke?
- Zwak alcoholische dranken. Dranken met minder dan 15% alcohol zoals bier
(4%) en wijn (10%). - Mixdranken. Sterke dranken die gemixt worden met frisdranken en sappen,
zoals rum cola en gin tonic. - Sterk alcoholische dranken. Dranken met meer dan 15% alcohol zoals likeur,
whiskey, wodka, jenever.
Hoeveel promille alcohol levert een glas alcohol in het bloed op?
0,2 promille bij een man en 0,3 promille bij een man.
Dit verschilt per individu en hangt af van omstandigheden.
Voor deelname aan het verkeer geldt een limiet van 0,5 promille.
0,5 promille wil zeggen dat 1 liter bloed 0,5 gram pure alcohol bevat.
Geef aan welke typen chemische reacties er in het lichaam plaatsvinden, en leg
daarbij uit wat wordt verstaan onder metabolisme en onder anabole en katabole
reacties
Het metabolisme is het geheel van processen van omzettingen van voedsel in de
cellen van een lichaam. Dit wordt ook wel stofwisseling genoemd. Tijdens
metabolisme, produceert het lichaam energie, water en koolstofdioxide. Anabolisme is
binnen het organisme het fysiologische proces waarbij organen en weefsels zoals
spiermassa en botten worden opgebouwd en onderhouden. Katabolisme is de
afbraak van organische stoffen binnen een organisme. Dus het afbreken van grote
moleculen in kleinere moleculen in de cel(len) van een organisme.
Leg uit hoe de chemische energie die vrijkomt bij afbraak van vetten,
koolhydraten en eiwitten wordt overgedragen naar energierijke verbindingen
Een deel van de vrijgekomen energie tijdens de afbraak van glucose, vetzuren en
aminozuren wordt gebonden aan de hoge-energie verbinding ATP (adenosine
trifosfaat). ATP bestaat uit 3 fosfaat groepen. Door de negatieve lading op de fosfaat
groepen is ATP gevoelig voor hydrolysis. Wanneer de bindingen tussen de fosfaat
groepen worden gehydrolyseerd, splitsen 1 of 2 fosfaat groepen af waarbij energie
vrijkomt.
Beschrijf de rol van enzymen en co‐enzymen
Metabole reacties hebben bijna altijd de hulp van enzymen nodig om hun werk te
kunnen doen. Enzymen zijn eiwitten die werken als katalysator, ze veranderen of
verdwijnen niet tijdens de reactie. Vaak hebben de enzymen een assistent nodig; de
co-enzymen.
Wat doet alcohol met je lichaam en geest?
Alcohol heeft direct effect op het lichaam.
Het begint met ontspannen gevoel en een zekere mate van angstreductie. De
ademhaling en pols versnellen. De bloedvaten in de huid verwijden zich. Je krijgt een
rood gezicht.
Als het alcoholgehalte oploopt verandert de stemming en gedrag. Het vermindert de
reactiesnelheid en zelfkritiek. Alcohol veroorzaakt zelfoverschatting, emotioneel
gedrag en verdoving van zintuigen.
Hoe werkt de afbraak van alcohol?
Het lichaam breekt alcohol zo snel mogelijk af. Alcohol hoeft niet verteerd te worden.
In de maag wordt 20% afgebroken. Het gaat door de wanden van een lege maag
naar het bloed en is binnen een paar minuten in de hersenen. Als de maag vol is
duurt het langer voordat de alcohol in het bloed komt.
De rest wordt afgebroken in de dunne darm. De dunne darm geeft hier voorrang aan
boven ingenomen voedsel.
Alcohol die in het bloed komt wordt door de lever afgebroken.
Gemiddeld doet de lever er anderhalf uur over om 1 glas alcohol af te breken.
Alcohol wordt afgebroken tot aceetaldehyde. Deze stof kan niet opgeslagen worden
en is schadelijk voor cellen. De stof wordt snel uitgescheiden via de urine en
uitademingslucht.
Beschrijf de glycolyse en geef daarbij aan hoeveel energie er wordt vrijgemaakt
en onder welke omstandigheden deze afbraak plaatsvindt
Glycolyse is de metabole afbraak van glucose tot pyruvaat. Voor glycolyse is geen
zuurstof nodig. In een serie reacties wordt de 6-C verbinding omgezet in een andere
6-C verbinding en gesplits in tweeën. Deze 3-C verbinding wordt vervolgens omgezet
in pyruvaat. Dus 1 glucose molecuul levert 2 pyruvaat, de energie opbrengst is gering.
Leg de term de‐aminatie van aminozuren uit
Voordat aminozuren het metabole systeem in kunnen, moeten ze worden ge-deamineerd: het verliezen van hun aminogroep. De-aminatie levert ammonia (NH3), wat
het stikstof levert dat nodig is voor het maken van niet essentiële aminozuren.
Geef aan welke eindproducten er ontstaan bij de afbraak van eiwitten
Aminozuren kunnen de energiepaden in op verschillende manieren: sommige
aminozuren kunnen worden omgezet in pyruvaat, anderen worden omgezet in acetyl
CoA, en nog weer anderen gaan de citroenzuurcyclus direct in.
Leg het verschil uit tussen ketogene en glucogene aminozuren
Aminozuren die glucose kunnen maken via pyruvaat of via de tussenproducten in de
citroenzuurcyclus zijn glucogene aminozuren. Aminozuren die worden gereduceerd
tot acetyl CoA zijn ketogeen.
Leg uit hoe niet‐essentiële aminozuren gevormd worden
Het lichaam kan niet‐essentiële aminozuren maken uit glucose en glycerol als stikstof
beschikbaar is.