Hoofdstuk 1 begrippen Flashcards

1
Q

Cognitive neuroscience

A

Een deel van neuroscience wat zich bezig houdt met de biologische processen van het zenuwstelsel die de basis van het cognitief functioneren vormen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

Cognitive neuroscience

A

Een deel van neuroscience wat zich bezig houdt met de biologische processen van het zenuwstelsel die de basis van het cognitief functioneren vormen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Neuron doctrine

A

Er is één ding (neuroon) die op zichzelf de bouwsteen vormt van de hersenen. In de neurondoctrine wordt geen nadruk gelegd op de connecties die deze neuronen met elkaar en met de rest van het lichaam hebben.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Reticular doctrine

A

Het idee dat het brein een continuüm aan cellen was, waar informatie vrij doorheen beweegt. Er zouden geen synapsen en kloven tussen de neuronen zitten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Aggregate field theory

A

Het idee dat het brein als een geheel functioneert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Cyto-architectuur*

A

Onderscheiden van 52 aparte gebieden in het brein, gebaseerd op verschillende celtypen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Syncytium

A

Idee dat het brein 1 geheel van 1 weefsel is met hetzelfde cytoplasma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Associatisme

A

Het idee dat elke respons waarop een beloning volgt, onthouden zou worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly