het perifeer vestibulair systeem I: functie en disfunctie Flashcards
3 funcitonele bijdragen vestibulaire signalen
waar bestaat evenwichtsogaan (= EO) uit?
Het evenwichtsorgaan is een versnellingssensor
EO is niet >3cm groot, hij meet beweging in 6 richtingen:
3 rotaties: horizontaal, verticaal en torsi
3 lineaire versnellingen: voren – achter, links – rechts, boven – beneden
Hij kan ook de richting van de zwaartekracht meten
De grootte van EO correleert met de lichaamsgrootte
fylogentica vstibulairee systeem
anatomie EO
Buitenkant van EO is bot en de binnenkant is perilymf (vloeistof), gescheiden van endolymf (ook vloeistof) en deze 2 vloeistoffen worden door vliezig labyrint gescheiden
Bij endolymf zit voor elk HCVK een ampul
Otholitische ruimte: sacculus en utiriculus
haarcellen (= HC)
- waar
- functie
Kinocilium: dikkere en langere HC, worden omgeven door stereocilia (kleiner en korter)
basisvuren van HC?
Bij geen beweging vuren beide EO een soort basisfreq van 90-100Hz–> brein weet dat hoofd stil staat, oiv van versnellingen wordt dan de basisvuurfreq aangepast
Inhibitie–> vuurfreq lager excitatie–> vuurfreq hoger
Als door externe prikkel HC gaan buigen richting stereocilia–> afstand tussen topjes kleiner–> vuurfreq neemt af = hyperpol = inhibitie
Buiging van stereocilia af–> afstand tussen toppen groter–> vuurfreq stijgt–> depol
Er zit een veertje tussen die topjes van de HC–> maken verbinding met K-kanaal
Als veertjes ontspannen–> K-kanalen sluiten–> kan geen depol en geen AP = hyperpol
Maar als andere kant op–> spanning op veertjes–> K-kanalen open–> K erin–> depol
Ook als EO in rust is is er beetje K influx–> Ca–> kleine depol tot 90Hz
7 stappen vuren HC
cellulaire processen in HC bij vuren
verschil HC bij hoog vs lage vuurfreq
2 soorten HC?
Vuurpatroon van type 1 is veel onregelmatiger omdat je in water niet zulke grote amplitude en freq bewegingen kan maken als op het land
Type 1 HC–> ook al bij lagere freq beweging al sensitief en beweging detecteren
Type 2 zijn wel gevoeliger en kunnen al detecteren als je klein beetje verandert
Maar combi 1 en 2–> op land veel beter en sneller rea op hoe wij in de ruimte bewegen
regular vs irregular vuurfrequentie afferenten
semicirculaire kanalen/ halfcirkelvormige kanalen (= HCVK)
3 richtingen rotaties: yaw, roll en pitch EO liggen aan beide kanten–> hoge resolutie
Uiteindelijk kan je met 1 evenwichtsorgaan functie oppakken van 2 maar duurt lang voordat je hieraan bent gewend
hoe activeert rotatie de HCVK
EO is versnellingsdetector, oiv kracht icm versnelling wordt EO actief
Massa is nodig om functie EO compleet en helemaal tot in detail te begrijpen
Massa zit in vloeistof (endolymf)–> traagheid (inertia) van die vloeistof o.i.v. rotatie zorgt voor prikkels–> als hoofd heel snel draait is niet meteen alle massa in HCVK direct op de juiste snelheid–> loopt iets achter op draaisnelheid hoofd–> druk op ampul
Als je de draaisnelheid constant houdt dan is de vloeistof in dat HCVK precies gelijk aan de draaisnelheid van het hoofd–> functie sensor klaar want meet geen versnelling–> in rust freq
Dus primaire prikkel HCVK is verandering rotatiesnelheid = acceleratie
HCVK is dus bilateraal een bron van info, kanalen aan weerskanten werken in duw-trek verhouding: excitatie aan ene kant–> inhibitie aan de andere kant
Rondom HCVK lus van vloeistof–> door massatraagheid drukt de ene kant tegen ampul en de andere kant ervan af tijdens acceleratie–> buiging HC–> verhoging of verlaging vuurfreq, afh van hoe HC zijn georiënteerd in de ampul
Als je hoofd naar rechts beweegt gaat door massatraagheid de vloeistof in het HCVK–> ampul aan de rechterkant wordt gebogen/ vervormd
Vloeistof naar ampul toe–> excitatie
en ervan af–> inhibitie
utriculus en sacculus
otolieten
Afhankelijk van de verplaatsing gaan HC die loodrecht op de lijn staan niet buigen, maar gaan gewoon mee omhoog bijv
HC die in de kromming liggen gaan buigen–> verhoogde AP
Dus door de kromming in de lichamen (utri en saccu) kun je in versch richtingen de lineaire versnellingen gaan meten
hoe ontstaat uiteindelijk buiging van HC bij beweging
HC in utri en saccu zitten ingebed in soort gel met daar boven op de otoconia (= grint/ gruis steunen op gellaag, en dat is de massa die ervoor zorgt dat die HC op gegeven moment gaan buigen als je lineair versnelt of vertraagt
otolieten rea veel sneller dan de HC in de ampul
Dus als hoofd al klein stukje naar achter– al verandering hoek gruis–> al depol HC oiv die massa die zorgt dat de HC buigen
zwaartekracht vs lineaire versnellingen?
Snel naar voren en klein beetje naar achter geven dezelfde beweging van HC
Toch kan je lichaam die 2 situaties uit elkaar houden en weet je lichaam of het om een tilt gaat of om lineaire verplaatsing of acceleratie, geldt ook bij voorwaartse beweging
Brein: combi info van rotatie (uit HCVK en otolieten) verwerkt centraal–> besluit of het een proces is van kantelen of van translatie of combi van die 2
vestibulo-oculaire reflex
VOR: in 12ms kan het lichaam vanuit versnelling die oog maakt compensatoire oogbew maken die 1 op 1 schaalt met de grootte oogbew–> EO kan bijdragen aan compenseren oogbeweging
Cirkels zijn EO en draaien allebei rechtsom
Rechterkant: afferente info uit sensoren eerst naar nucleus vestibularis–> projectie naar abducens aan de andere kant–> oog kan naar buiten getrokken
Dus abduc zorgt dat de laterale rectus van andere oog contraheert en naar oculomotor andere oog–> mediale rectus rechter oog, om snel naar links te kijken moet andere kant ook beetje inhibitie: linker EO–> spieren andere kant ogen minder geprikkeld
Als je maar naar rechts blijft draaien dan krijg je een compensatoire oogbeweging naar links met een nystagmus naar rechts
dit wordt gebruikt voor beoordeling vestibulaire functie
testen vestibulo oculaire reflex
Vestibulaire functie test je op een manier dat de visuele input wordt weggenomen: EO kan stimul met draaistoel: pt heeft bril op met camera’s zodat je ogen kan filmen–> kijk je of adhv de beweging die pt maakt de ogen de andere kant op gaan want je prikkelt beide EO’s
Met calorische test richt je vooral op horizontaal EO door gehoorgang koud/ warm maken door koud/ warm water erin te gieten
warm: stroom naar ampul–> rechterkant HC afgebogen–> exci–> gevoel naar rechts bew–> compensatoire oogbew naar links–> nystagmus naar rechts
Bji koud water juist van ampul af en de rest ook andersom
Als nystagmus niet optreedt aan 1 kant is er 1 kant aangedaan