H5.2: Slaap: waarom? Flashcards
Indicatie functies van SWS
Sterke drang indien lang niet slapen
Alle zoogdieren en vogels slapen
Sommige dieren slapen per hersenhelft: één oog blijft dan open
=> Belangrijke rol in consolidatie declaratief geheugen
Slaapdeprivatie
Weinig evidentie voor belang slaap: weinig directe impact voor fysieke recuperatie, vermogen tot lichaamsbeweging → veroorzaakt geen fysiologische stressrespons
Wel belangrijke psychische impact
Sommige delen van de slaap worden meer gerecupereerd dan andere
Rebound
Inhalen gedeelte van de slaap, maar niet alle uren
Bij inhalen vooral SWS/NREM3 en REM-slaap, minder NREM1 en NREM2
Fatale familiale insomnie
Aantasting thalamus (erfelijk)
Verwant aan ‘gekke koeienziekte’ (Creutzfeld-Jakob)
Insomnie als één van de symptomen
Progressieve insomnie
Progressieve insomnie
Het wordt steeds moeilijker om te slapen:
1. Reductie in slaapspoelen en K-complexen
2. SWS verdwijnt
3. Enkel korte REM-slaap, zonder verlamming
→ Dodelijk: medicatie kan slaap ondersteunen en leven mogelijk verlengen
Fysieke activiteit en SWS
Zwak verband tussen lichamelijk inspanning tijdens de dag en SWS tijdens de nacht + geen veranderingen in SWS en REM na zes weken in bed → pleit tegen hypothese van fysiek herstel als functie van SWS
Fysieke activiteit van het brein: metabolisme en perfusie zakken tijdens SWS, hoe actiever hersenregio overdag, hoe grotere deltagolven, verwijderen van vrije radicalen
Mentale activiteit en SWS
Meer evidentie voor verband mentale activiteit en recuperatie tijdens de slaap
Toegenomen delta-activiteit tijdens nacht na uitvoeren van motorische leertaak
Functies REM-slaap
Hoge en grillige fysiologische activiteit (↔ SWS)
REM-deprivatie leidt tot REM-rebound → duidt op belangrijke functie van REM-slaap
Bij volwassenen: rol in leerprocessen
=> Belangrijke rol in consolidatie non-declaratief geheugen
Slaap en leren
Belangrijke functie: consolidatie van langetermijngeheugen
Differentiële impact op declaratief en non-declaratief geheugen