H35 Hemifaciale atrofie Flashcards

1
Q

Idiopatische progressieve hemifaciale atrofie (PHA) of Parry Romberg. Wat is het?

A

Langzaam progressieve unilaterale atrofie van de huid en weke delen van het gelaat, met ook betrokkenheid van de spieren en benige structuren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

PHA, wanneer treedt het op?

A

Basisschool leeftijd 2-10 jaar, langzaam progressief, daarna stabilisatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

PHA, etiologie

A

Multifactorieel
1. Neurogeen (lymfogene neurovasculitis)
2. Auto-immuun (ANA positief 40-50%)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

En Coup De Sabre (ECDS), wat is het?

A

Sclerotische cutane linaire band met hyperpigmentatie en alopecia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Verschil PHA en ECDS?

A

PHA = meer subcutis, ook bot en speiren
ECDS = meer huid

Histologische bevindingen
PHA: vaak zonder significatie betrokkenhuid van de huid
EDCS: hyperpigmentatie en / of sclerotische linaire afwijkingen
Op PA niveau toch zelfde soort beeld: lymfocytische neurovasculitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Verschillen PHA en ECDS?

A

PHA:
elastische vezels behouden
haar/zweet/talgklieren hypoplastisch

EDCS:
destructie van elastische vezels
haar/zweet/talgklieren atrofisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Neurologische symptomen bij PHA

A
  • seizures
  • hoofdpijn
  • neuritis optica
  • achteruitgang IQ
  • iCVA
  • neuritis n. trigeminus voorafgaand aan atrofie

8-21% bij PHA en ECDS

Gemiddeld 4.3 jaar na begin cutane afwijkingen

Oligoclonal bands en verhoogde IgG levels in spinal fluid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Infectie hypothese. Wat kan een infectieuze trigger zijn voor PHA?

A

Epstein Barr virus
Borrelia Borgdorferi

Maar ook:
Tandextractie
Trauma (12%)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Klinische manifestatie van PHA

A

hyperpigmentatie
hypopigmentatie
indendatie in de huid (subcutane atrofie)
alopecia

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is klassieke presentatie van ECDS?

A

Scherp afgrensbare fibrotische of atrofische lijn frontoparietaal of hemifaciaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke aangezichtsspieren zijn vaakst betrokken en welke aangezicht botten?

A

Spieren:
Masseter, tong en spieren palatum (atrofie maar functie vaak behouden)

Bot:
Maxilla en mandibula (geeft occlusie problemen –> verwijzen naar orthodontist)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Betrokkenheid ogen

A

29-46%, dus spleetlamp onderzoek aangeraden

uveitis
optische neuritis
enopthalmus (Atrofie peri-orbitale vet, niet ossale hypoplasie)
oogbol retraction

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Meer typisch voor ECDS in vergelijk met klassieke PHA

A
  • Hoofdhuid en voorhoofd betrokkenheid
  • Induratie van huid en subcutis in acute fase
  • Echter histologie, maar ook CNS en oog betrokkenheid nauwelijks verschillend
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

CFM vs PHA

A

CFM vanaf geboorte aanwezig en niet progressief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly