H26 Velopharyngeale dysfunctie Flashcards

1
Q

Velopharyngeal port bestaat uit:

A
  1. Velum (palatum molle)
  2. Lateral pharyngeal walls
  3. Posteroir pharyngeal walls
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Spieren palatum molle (5):

A
  1. Levator veli palatini
  2. Tensor veli palatini
  3. Palatoglossus (antagonist levator)
  4. Palatopharyngeus (antagonist levator)
  5. Musculus uvulae (extra bulk palatum molle en velar stretch)

Musculus uvulae meestal afwezig bij submuceuze schisis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Innervatie pharyngeale spieren

A
  1. Tensor veli palatini = n. trigeminus (V3)
  2. Alle andere spieren velopharynx = Pharyngeal plexus (takken van n. glossopharyngeus (IX), n. vagus (X), n. accessorius (XI))
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Functionele activiteit velopharynx tijdens spraak en slikken is hetzelfde, maar neurologische pathways zijn verschillend.

A
  1. Spraak: aangeleerd, geautomatiseerde activiteiten, gecontroleerd door motore cortex.
  2. Slikken: onvrijwillige acties vanuit hersenstam.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Sluiting velopharynx op 3 manieren (Skolnick & Croft):

A
  1. Coronaal: door elevatie velum.
    Meest voorkomend, zowel normaal als VPD.
  2. Circulair (met/zonder Passavant’s ridge = anterieure verplaatsing van posterieure wand): gelijkmatige elevatie velum én medialisatie laterale wanden.
  3. Sagittaal: vooral door medialisatie laterale wanden.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Pathologie bij velopharyngeale dysfunctie, 3 soorten:

A

3 types (kan ook gecombineerd voorkomen)
1. Velopharyngeale insufficiëntie
= Inadequate sluiting velopharyngeale klep door anatomisch/structureel defect

  1. Velopharyngeale incompetentie
    = Geen anatomische / structurele oorzaak, goede palatum lengte
  2. Velopharyngeale mislearning (=verkeerd stemgebruik)
  3. Gecombineerd (22q.11.2 deletie syndroom = palatoschisis, toegenomen pharynx diepte en hypotonie velopharynx)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Gouden standaard voor diagnosticeren van spraakproblemen bij schisis patiënten of patiënten met VPD en dragen bij aan besluit vorming voor verdere behandeling (logopedist)

A

Perceptuele spraakevaluatie

Indirecte metingen van velopharyngeale sluiting voor spraak = Aanvullend aan perceptuele spraakevaluatie.

Bijv. akoestische index voor mate van nasaliteit. Nasometer, nasalview

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Doel behandeling VPD

A

Functieherstel zonder bovenste luchtwegobstructie

  1. Verminderen cross-sectionele oppervlakte velopharyngeale doorgang
  2. En/of verbeteren dynamiek velopharyngeale klep
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Meest gebruikte procedures voor VPD herstel

A
  1. Furlow double opposing Z palatoplasty
  2. Posterior pharyngeal flap (achterwandplastiek)
  3. Sphincter pharyngoplasty
    (4. Achterwand augmentatie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

VDP herstel bij syndromen (22q.11.2 deletie of PRD), welke onderzoeken vooraf?

A

Onderzoek luchtwegen (slaap apneu?) incl polysomnografie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Posterieure pharyngeale flap vs sphincter pharyngoplastiek. Wanneer welke techniek?

A

 Kort velum en verminderde palatum elevatie, met minstens gemiddelde functie laterale pharynxwanden: pharyngeale lap meestal goede uitkomst.

 Normale lengte palatum en elevatie met minimale functie laterale wanden: sfincter pharynxplastiek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Furlow double opposing Z-plastiek. Indicatie?

A

Patiënt met velopharyngeale dysfunctie (VPD) met een:
* Niet herstelde submucosale palatoschisis
* Herstelde palatoschisis zonder levator-reconstructie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Techniek en design Furlow beschrijven

A
  • Transpositie van posterieur gesteelde myomucosale lappen, waardoor heroriëntatie van de m. levator van sagittaal naar horizontaal en reconstructie levator-sling
  • Z-plastiek design: palatumverlenging zonder velumverkorting

Bevat 2 spiegelbeeld Z-plastieken van orale en nasale deel velum
* Posterieur gesteelde lappen: mucosa en spiervezels m. levator veli palatini
* Anterieur gesteelde lappen: mucosa en submucosa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Complicaties Furlow

A
  1. bloeding
  2. oronazale fistels (minimaliseren door spanningsvrij vrij sluiten, evt laterale incisies)
  3. nasale luchtwegobstructie
  4. mild obstructieve apneu (verdwijnt binnen 3 maanden)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Achterwandplastiek (posterior pharyngeal flap). Oudste chirurgische techniek voor VPD. Indicatie?

A

Patiënten met centrale gap, met goede motoriek laterale wanden.

Kans op succes: duurzame therapie voor het verminderen van de hypernasaliteit (>96%).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Complicaties achterwandplastiek

A
  • Bloeding
  • Dehiscentie
  • Nasale luchtwegobstructie, incl. obstructieve slaapapneu
    o Meest voorkomende complicatie
    o Met name bij syndromen en Pierre Robin sequentie, t.g.v. afwijkende anatomie
    o Patiënt met vergrote tonsillen (dan eerst tonsillectomie)
  • Zeer zelden: overlijden (primair gerelateerd aan luchtwegproblematiek)
  • Negatieve invloed op maxillaire ontwikkeling nooit goed aangetoond

Verlittekening voorkomen door ruwe oppervlakte bekleden met mucosa of korte/brede flap

17
Q

Sfincter pharynxplastiek (gemodificeerde Hynes pharynxplastiek). Indicatie, doel en complicaties

A

Indicatie: Normale lengte palatum en elevatie met minimale functie laterale wanden: sfincter pharynxplastiek.

Doel: invoegen beide lappen hoog op posterieure pharynx achterwand t.h.v. de beoogde VP sluiting.

Complicaties: vergelijkbaar met achterwandplastiek (bloeding, lap dehiscentie, upper airway obstruction).

18
Q

Furlow vs achterwandplastiek verschil

A

Furlow ernst en incidentie luchtwegproblemen lager

19
Q

Palatumlift vs spraakbolletje

A

Spraakbolletje (‘bulb’): verlengt een kort velum, geschikt voor VP insufficiëntie.

Palatumlift: heft het (anatomisch normale) zachte palatum, geschikt voor VP incompententie.

20
Q

Ideale logopedie patient (8)

A
  1. 6-8 jaar of ouder
  2. Cognitief en motorisch vaardig
  3. Goede aandacht
  4. Normaal gehoor en zicht
  5. Goed zelfinzicht en zelfcorrectie
  6. Op zijn minst inconsistente VP sluiting voor spraak
  7. Minstens bepaalde vaardigheden om te articuleren
  8. Laat binnen enkele sessies meetbare verbetering horen
21
Q

Sluiting van palatum door welke spier

A

Superior pharyngeal constrictor:

velopharyngeale sluiting door mediale beweging lateral walls en anterieure beweging posterior wall velopharynx

22
Q

Methoden om VPI in kaart te brengen

A

Nasopharygeoscopie = goede coöperatie nodig kid 4-5 jaar, anatomie in kaart brengen
Videofluoroscopie = info over pharynxdiepte en gap, grootte tonsillen etc, dynamisch onderoek en minder coöperatie van kind nodig

23
Q

Niet chirurgische therapie voor VPI

A

Spraakprothese
Logopedie