H15: The Cardiovascular System Flashcards

1
Q

Leg uit wat er gebeurd met de bloeddruk tijdens krachttraining en training van het bovenlichaam.

A
  • Tijdens krachttraining worden de vaten die zuurstof naar de actieve spieren brengen dichtgedrukt. Als gevolg verhoogd de perifere weerstand en verminderd de spierperfusie. Om de spierperfusie te herstellen, wordt het sympatische zenuwstelsel geactiveerd, neemt de cardiac output toe en neemt de bloeddruk toe. Dit wordt omschreven als een hypertensive respons. Voor ervaren krachttrainers is deze respons echter kleiner.
  • ‘Upper body training’ zorgt voor een hogere systolische en diastolische bloeddruk dan gebeurd bij bijv. een ‘leg day’. Dit komt omdat de spieren en vaten in de armen kleiner zijn en een grotere weerstand leveren dan de spieren en vaten in de benen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de oorzaak van hypotensie (hypotensive response) tijdens herstel van fysieke inspanning?

A

Verklaringen hiervoor zijn:
* Het achterblijven van bloed in de organen die tijdens inspanning actief zijn geweest (veneuze pooling). Hierdoor daalt het totale volume bloed, waardoor uiteindelijk ook de bloeddruk daalt.
* Een klein deel van het bloed wordt tijdens de herstelfase richting de milt, nieren en huid vervoerd, maar dit verklaart maar voor een klein deel de daling in bloeddruk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Beschrijf de zuurstofopname van het myocardium in rust en tijdens inspanning. Leg ook het metabolisme van het myocardium uit in rust en tijdens inspanning.

A
  • Het myocardium heeft een grote zuurstofbehoefte in rust (70-80% van het zuurstof in de coronaire aders wordt gebruikt voor het myocardium).
  • Tijdens inspanning stijgt de bloedstroom richting het myocardium proportioneel met de intensiteit van inspanning. Hierbij ontstaat er dilatatie van de coronaire aders, om voldoende zuurstof richting het myocardium te kunnen brengen. Dit gaat gepaard met de stijging druk van de aorta zodat er voldoende bloed in de coronaire aders kan komen.
  • Het myocardium is bijna geheel afhankelijk van het aerobisch metabolisme (spierweefsel van het myocardium heeft hierom een 3x hogere oxidatieve capaciteit met de grootste hoeveelheid mitochondria). Het myocardium is het best in staat om lange ketens vetzuren te kataboliseren voor de synthese van ATP.
  • Het myocardium maakt eigenlijk gebruik van het substraat dat op het pad komt. Tijdens rust wordt de grootste hoeveelheid ATP gewonnen uit vetzuren (en een kleiner deel uit glucose). Tijdens matige inspanning, wordt het geproduceerde lactaat vervolgens door het myocardium gebruikt. Gelijktijdig wordt er ook gebruik gemaakt van glucose en vetzuren. Tijdens intensere inspanning, is het myocardium voor zo’n 80% afhankelijk van vetmetabolisme.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly