H1.1: Inleiding MDL Flashcards

1
Q

Hoe lang is de dunne darm?

A

6 meter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

waarom is de dunne darm zo lang?

A

zodat voedingstoffen en vitamines goed kunnen worden opgenomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

waarom is de ontlasting bruin?

A

omdat gal terecht komt in de dunne darm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hoe lang duurt van mond tot kont?

A

1-3 dagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

hoe kan je afwijkingen in het maag-darmkanaal onderverdelen?

A
  • slijmvliesafwijkingen
  • motiliteitafwijkingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

achalasie

A

sfincter spasma van de slokdarm waardoor voedsel niet uit de slokdarm wegkan en opstapelt totdat de patiënt moet overgeven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

meest frequente MDL aandoeningen in de eerste helft van de 20ste eeuw

A
  • peptisch ulcus
  • maagbloeding en maagperforatie
  • maagkanker
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

welke bacterie veroorzaakt een maagzweer?

A

helicobacter pylori.
maar deze kan ook maagkanker geven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

syndroom van boerhaave

A

spontane perforatie van de distale slokdarm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

welke vormen endoscopie?

A
  • double balloon endoscopy (DBE)
  • dunne darm capsule (pill camera)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly