H10 - Mobiele marketing Flashcards

1
Q

Customer experience

A

Of klantbeleving.
Dit is de optelsom van wat een klant ervaart tijdens de interactie met een organisatie en het gevoel dat die ervaring bij hem oproept

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Customer experience management betekent systematisch de ervaring van de klant beïnvloeden. Het doel is te komen tot een “triple bottom line‟. Leg dit uit

A
  • De ervaring voor de klant wordt zo positief mogelijk
  • De medewerkers van de organisatie zijn er blij mee - De organisatie maakt meer winst doordat processen goedkoper en efficiënter verlopen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat kun je op basis van een customer journey map vaststellen?

A

Op basis van een customer journey map kun je vaststellen welke rol de website moet innemen binnen het proces van de organisatie en welke functionaliteiten daarbij horen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waaruit blijkt de kwaliteit van een website uit samen te hangen, uit de ogen van de consument? (4)

A
  • Kwaliteit van de inhoud
  • Het ontwerp
  • De organisatie van de website
  • Gebruiksvriendelijkheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

‘Ontwerp’ van een website

A

Dit zijn de visuele karakteristieken van het ontwerp van een website die gebruikers aantrekken en hen aanmoedigen om langer op de website te kijken en er terug te komen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

‘Structuur’ van een website

A

Het logisch groeperen, categoriseren en structureren van de onderdelen van een website, zodat de gebruikers de benodigde informatie snel kunnen vinden, gemakkelijk kunnen navigeren, zich comfortabel voelen binnen een consistente lay-out en zorgen dat de bezoeker geïnformeerd is dat hij nog steeds op dezelfde website is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

‘Gebruiksvriendelijkheid’ van een website

A

Dit heeft betrekking op allerlei elementen, die gebruikers in staat stellen om de informatie die ze nodig hebben, binnen redelijke tijd te vinden, ongeacht hun opleiding of ervaring.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Internet is een pullmedium. Wat betekend dit?

A

Dat betekent dat er mensen op zoek zullen gaan met bepaalde vragen en daarop antwoorden zoeken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe kun je inzicht krijgen in het gedrag van de bezoekers van een website? (4)

A
  1. Eyetracking en mousetracking
  2. Webanalytics
  3. Gebruikerstests
  4. Optimalisatieteam
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Webanalytics (inzicht gedrag van bezoekers)

A

Het benutten van data uit Webanalytics is essentieel voor het structureel opsporen van onderdelen van webpagina‟s die beter kunnen presteren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Optimalisatieteam (inzicht gedrag van bezoekers)

A

Er wordt steeds vaak een bètaversie van een website opgeleverd, die door een beperkte groep bezoekers wordt gebruikt. Op basis van de data-analyse en terugkoppeling door deze gebruikers wordt de eerste versie van de „definitieve‟ website in gebruik genomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Analyse van kijkgedrag levert inzicht op in basismotieven van mensen en die lopen vrijwel geheel parallel aan de behoeftehiërarchie van Maslow (3)

A
  1. Hebzucht (inspelen op de hebzucht van webbezoekers)
  2. Angst (woorden als ‘tevredenheidsgarantie’ en ‘niet goed geld terug’ spelen positief in op angst)
  3. Status (een website met aandacht voor de basismotivatoren van bezoekers mag rekenen op meer aandacht, een hogere waardering)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Conceptmanagementsysteem

A

Een systeem dat het mogelijk maakt dat mensen eenvoudig, zonder veel technische kennis, documenten en gegevens op internet kunnen publiceren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

De meeste websites worden onderhouden in een CMS. Uit welke onderdelen bestaat een CMS? (3)

A
  • Een beveiligde administratiemodule, waar gegevens kunnen worden ingevoerd, verwijderd of aangepast
  • Een database waarin alle gegevens opgeslagen zijn
  • Een presentatiemodule waarin de bezoekers de gegevens kunnen bekijken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Pushcommunicatie

A

Bij pushcommunicatie ligt het initiatief om te communiceren bij de organisatie. Hierbij zijn veel mogelijkheden om boodschappen af te stemmen op de vooraf te definiëren ontvanger.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Pullcommunicatie

A

Bij pullcommunicatie is er meestal sprake van een zoekvraag.

17
Q

Waar wordt bij behavioural targeting gebruik van gemaakt?

A

Bij behavioural targeting wordt gebruikgemaakt van individueel surf- en zoekgedrag tijdens eerdere bezoeken.

18
Q

Welke punten zijn van belang bij contentmanagement? (5)

A
  • De homepage moet betrouwbaar ogen
  • Flash-animaties
  • Bij goede taglines is uitleg overbodig
  • Achtergrondinformatie hoort op de achtergrond
  • Beperk de content op de homepage
19
Q

Wat is een voordeel van een aparte mobiele website?

A

Dat de essentie direct goed zichtbaar is

20
Q

Wat is een nadeel van een aparte mobiele website?

A

Het nadeel is dat er verschillende domeinnamen bestaan voor regulair en mobiel internet. Het is ook mogelijk om

21
Q

Voor een optimale opmaak van webtekst zijn vijf dingen belangrijk:

A
  1. Tekstbreedte
  2. Lengte van de tekstblokken
  3. Gebruik van tussenkopjes
  4. Lettertype
  5. Kleurgebruik
22
Q

Waarmee begint een goede webtekst?

A

Een goede webtekst begint met een belofte, een aanbod of een voordeel.

23
Q

Waarom is het belangrijk om je te richten op één zoekwoord of zoekwoordcombinatie?

A

Anders sta je niet op de eerste pagina voor belangrijke zoektermen

24
Q

CMS

A

Contentmanagementsysteem
CMS moet het mogelijk maken om elke pagina zo te maken dat het voor de zoekmachines snel duidelijk is waarover de pagina gaat.

25
Q

Welke conversiegerichte landingspagina’s bestaan er? (4)

A
  1. Landingspagina‟s achter bannercampagnes
  2. Landingspagina‟s achter zoekwoordadvertenties (Google AdWords, Yahoo!)
  3. Landingspagina‟s achter e-mailcampagnes
  4. Landingspagina‟s als responspagina voor offline campagnes (tv, radio, print)
26
Q

Wat kan een marketeer doe aan veiligheid? (4)

A
  1. Zich continu bewust zijn van de risico‟s en leveranciers daarop aanspreken
  2. Erop toezien dat updates van de laatste versies van site builder software geïnstalleerd is
  3. Zorgen dat klantgegevens in Nederland opgeslagen zijn, zodat de Nederlandse wetgeving geldt
  4. Het onderwerp beveiliging voortdurend op de agenda zetten tijdens gesprekken met IT, de hostingleverancier en de software- of (CMS-) leverancier