gedragsverslaving Flashcards

1
Q

gedragsverslaving

A
  1. persistent gedrag
    - positieve kortetermijneffecten, maar negatieve langetermijneffecten
    - zonder consumptie van middelen: gamen, sociale media, gokken en seks
  2. kenmerken
    - niet kunnen weerstaan aan een impuls, drive of verleiding om bepaalde handeling te stellen die schadelijk is
    - in grote mate vergelijkbaar met middelenverslavingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

positieve effecten van gamen

A
  1. effecten
    - zelfvertrouwen, identiteit, creativiteit
    - Engelse talenknobbel
    - sociaal contact
    - probleemoplossend denken, samenwerken, groeimindset
  2. effecten op hersenprocessen:
    - bepaalden soorten aandacht
    - inhibitie
    - ruimtelijk inzicht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

negatieve effecten van gamen

A
  1. fysieke klachten
    - minder goede conditie
    - schouder- nek- of rugpijn
    - pijn aan de pols of vingers
    - hoofdpijn
    - oogklachten
    - slaapproblemen
  2. problematisch gamegedrag
    - wanneer is gamen riskant? > ‘Videogame Addiction Test’
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

problematisch gamegedrag

A
  1. controleverlies gamegedrag: disbalans gamen en andere activiteiten
    - negatieve invloeden op verschillende levensdomeinen: (huis)werk, persoonlijke hygiëne, sociaal contact, gezondheidsproblemen en toename psychische klachten
    - gedurende een langere periode
  2. mythes over gamen
    - van gamen word je asociaal
    - van gamen word je agressief
    - jongens zijn betere gamers dan meisjes
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

cijfers gamen in Vlaanderen

A
  1. Volwassenen 18-64j, 2023
    - 56% volwassenen gamede minstens maandelijks
    - hoogst bij 18-24 jaar 76%
    - mannen > vrouwen op spelconsole & computer
    - mannen = vrouwen op tablet & smartphone
  2. secundair onderwijs, 2022
    - 61% van leerlingen gaf aan de week voor bevraging te gamen
    - 8% van leerlingen ondervindt riskant gamegedrag
    - jongens > meisjes
    - riskant gamen bij 12-14j > 17-18j
  3. hoger onderwijs, 2021
    - 67% van de studenten gamede in dat afgelopen jaar
    - mannen > vrouwen
    - en thuiswonende studenten gameden het vaaks
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

waarom ontwikkelen sommige mensen een probleem en anderen niet?

A
  1. MMM-model
    - verslaving is altijd een interactie tussen:
    - middel
    - mens (de gebruiker)
    - milieu (diens omgeving)
  2. toepassing
    - aanpak: alle factoren aanpakken voor een succesvolle behandeling!
    - jongeren zijn extra kwetsbaar > hersenen ontwikkelen tot op 25-jarige leeftijd op drie niveaus (sociaal - cognitief - emotioneel)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

waarom beginnen mensen met het gebruik van potentieel verslavende stoffen

A
  1. individuele factoren
    - erfelijkheid
    - nieuwsgierigheid
    - neiging tot risico’s nemen
    - zelfbeeld en eigenwaarde
    - gezondheidscognities
  2. sociale en culturele factoren
    - cultuur en sociaal beleid
    - sociale druk
    - modellering, sociaal leren en bekrachtiging
    - image en reputatie
  3. omgevingsfactoren
    - economische tegenspoef
    - stress
    - gewichtsbeheersing
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

lichamelijke afhankelijkheid

A
  1. tolerantie
    - grote hoeveelheid is nodig om zelfde effect te bereiken
  2. ontwenningsverschijnselen
    - hervatten van gedrag om ontwenningsverschijnselen tegen te gaan of te voorkomen (bekrachtiging)
    - gevolg: vicieuze cirkel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

seksueel overdraagbare aandoeningen

A
  1. betekenis
    - infectieziekten die je kan krijgen door onbeschermd seksueel contact met iemand die besmet is
    - meest voorkomende soa’s in Vlaanderen (2021): gonorroe, chlamydia en syfilis
  2. voorbeelden van soa’s
    - HIV
    - HPV
    - herpes
    - chlamydia
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

HIV

A
  1. betekenis
    - Humaan immunodeficiëntie virus
  2. negatieve gevolgen
    - valt afweersysteem aan (dat lichaam verdedigt tegen bacteriën, virussen, schimmels en kankercellen)
    - daling witte bloedcellen en stijging hoeveelheid virus in bloed
    - geen behandeling? > op lange termijn aids (afweermechanisme zo verzwakt > geen verdediging > gevolg: kanker en levensbedreigende infecties)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

HIV in cijfers

A
  1. prevalentie in België (2022)
    - 597 nieuwe diagnoses (gemiddeld 1,63 diagnoses per dag)
    - MSM (= mannen die seks hebben met mannen): daling van 5% ten opzichte van 2021;
    - incidentie: daling van aantal nieuwe diagnoses van 60% sinds voorbije 10 jaar
  2. heteroseksuele mannen en vrouwen
    - toename van 26% ten opzichte van 2021
    - vrouwen: nieuwe hiv-infecties bij personen afkomstig uit Sub-Saharaans Afrika (58%), Belgen (22%), een Europese nationaliteit (12%) en een andere nationaliteit
    - mannen: Sub-Saharaans Afrika (27%), Belgische nationaliteit (39%), een Europese nationaliteit (16%) en een andere nationaliteit (9%)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

gonorroe

A
  1. symptomen
    - ontsteking urinebuis
    - geelgroene afscheiding of bloed uit penis (druiper) of vagina
    - pijn bij plassen/vrijen
  2. gevolgen zonder behandeling
    - ontsteking teelbal/bijbal/prostaat/
    - baarmoeder
    - vruchtbaarheidsproblemen vrouwen
    - buitenbaarmoederlijke zwangerschap
    - verkleving eileiders
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

chlamydia

A
  1. symptomen
    - kan jaren onopgemerkt blijven!
    - toename of verandering in afscheiding
    - tussentijds bloedverlies
    - pijn
  2. gevolgen zonder behandeling
    - ontstekingen in eileiders/eierstokken/
    - bijbal/prostaat
    - vruchtbaarheidsproblemen bij vrouwen
    - buitenbaarmoederlijke zwangerschap
    - verkleving eileiders
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

syfilis

A
  1. symptomen in drie stadia:
    - pijnloze zweer (stadium 1)
    - koorts, hoofdpijn, botpijn, ontsteking, haaruitval, roze huiduitslag (stadium 2)
    - aantasting hart, ruggenmerg, botten/hersenen (stadium 3)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

condoomgebruik

A
  1. algemeen
    - ‘het grote condoom onderzoek’ (2024)
    - 33% van de deelnemers > afgelopen 6 maanden soms een condoom;
    - 40% nooit;
    - 27% (bijna) altijd
  2. drijfveren condoomgebruik
    - zwangerschap vermijden
    - soi (of soa) vermijden
    - hiv vermijden
    - hormonale anticonceptie vermijden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

drempels bij condoomgebruik

A
  1. drempels
    - sekspartner goed kennen
    - fysiek gevoel
    - onderbreking van seks
    - geen condoom ter beschikking
  2. te duur?
    - vooral bij tieners (74% van 16 tussen 19 jaar zegt dat condooms te duur zijn)
17
Q

foutief gebruik condooms

A
  1. resultaten
    - te laat omdoen (39%)
    - te vroeg afdoen (18%)
    - problemen pasvorm (18%)
    - scheuren of afglijden (15%)
    - stealthing (5%) = bewust (stiekem afdoen of beschadigen)
18
Q

kennis over condooms

A
  1. algemeen
    - subjectieve kennis > objectieve kennis
    - niet iedereen schat kennis goed in
    - onzekerheid over eigen kennis
  2. bespreekbaarheid
    - makkelijk bij partner, vrienden, arts
    - moeizaam bij ouders, leerkracht
19
Q

preventie HIV besmetting

A
  1. post exposure profylaxis (PEP)
    - medicijnkeur die kan verhinderen dat hiv zich in lichaam nestelt nadat je aan virus bent blootgesteld
    - max 72 uur na besmetting dient behandeling opgestart te worden
    - duurt een maand
  2. pre exposure profilaxis (PrEP)
    - pil die je beschermt tegen hiv
    - deze neem je preventief
20
Q

tabakstop

A
  1. algemeen
    - doel: rokers helpen om in hun eentje te stoppen adhv een stopplan
    - slogan: ‘stoppen op je eentje’
  2. doelgroep
    - rokers die gemotiveerd zijn om te stoppen met roken
    - terugkoppeling naar gefaseerde gedragsverklarende modellen;
    - transtheoretisch model: contemplatiefase (+ voorbereiden indien ze aan de slag gaan met deze tool)
21
Q

tabakstop: hoe en wat?

A
  1. algemeen
    - brochure: informatie verstrekken, oefeningen geven
    - sjabloon voor stopplan
    - aanbieding om te bellen en eventueel contact op nemen met een consulent
  2. technieken
    - informatieverstrekking
    - actieplan (= stopplan opstellen)
    - winstframing
    - rewards/beloningen
22
Q

de druglijn

A
  1. doel
    - terecht met al je vragen over drank, drugs, pillen, gamen en gokken
    - bezoekers informeren, laagdrempelig adviseren en doorverwijzen voor hulp en preventie
  2. doelgroep
    - druggebruikers en personen naast druggebruikers die zich zorgen maken
    - uitbreiding voor iedereen die met vragen zit
23
Q

de druglijn: hoe en wat?

A
  1. algemeen
    - informatie via website en brochures met vb. informatie en advies rond stoppen
    - online-zelfhulp: DASH;
    - voorbereiding op verandering en doelen bepalen (actieplan);
    - je gebruik onder controle houden (copingplan);
    - veranderend gedrag in stand houden en vooruitgang beoordelen (selfmonitoring)
  2. online zelfzorg: GRIP
    - zelfzorg programma voor kinderen, ouders en partners van personen met middelengebruik
    - mogelijkheid tot contactname: telefoon, chat of mail
24
Q

cannabishulp

A
  1. doel
    - informatie verstrekken over cannabis
    - zelftests, zelfhulp en online begeleiding
  2. doelgroep
    - cannabisgebruikers (18+) en naasten
    - programma is voor jou bedoeld als je de indruk hebt dat cannabis te veel van je leven bepaalt
25
Q

cannabishulp: hoe en wat?

A
  1. info en zelftest
    - informatie over alle aspecten van cannabis en het gebruik ervan
    - zelftest met advies
  2. online zelfhulp
    - online zelf aan de slag als je wilt minderen of stoppen met cannabis:
    - fase 1: voorbereiding op voorlopig doel (actieplan);
    - fase 2: uitvoering (cannabisdagboek = selfmonitoring, risicosituaties aanpakken = copingplan)
  3. online begeleiding
    - 24/7 toegankelijk
    - begeleiding gedurende 3 maanden
    - kosteloos en anoniem via chat
26
Q

alcoholhulp

A
  1. doel
    - informatie verstrekken over alcohol, zelftests, zelfhulp en online begeleiding
  2. doelgroep
    - alcoholgebruikers (18+) en naasten
    - programma is voor jou bedoeld als je de indruk hebt dat cannabis te veel van je leven bepaalt
27
Q

alcoholhulp: hoe en wat?

A
  1. info en zelftest
    - informatie over alle aspecten van alcohol en het gebruik ervan
    - zelftest met advies
  2. online zelfhulp
    - online zelf aan de slag als je wilt minderen of stoppen met cannabis:
    - fase 1: voorbereiding op voorlopig doel (actieplan);
    - fase 2: uitvoering (cannabisdagboek = selfmonitoring, risicosituaties aanpakken = copingplan)
28
Q

kickwise

A
  1. algemeen
    - doel: jongeren te doen reflecteren over alcohol- en druggebruik
    - doelgroep: jongeren en hun begeleiders
  2. hoe en wat?
    - drugpiramide = informatie over fases van gebruik: van ‘experimenteren’ tot ‘ik kan niet zonder’ via filmpjes
    - informeren over mogelijke voor- en nadelen en zelfreflectie
    - ‘drugkwis’ = test jouw kennis
29
Q

game(L)over

A
  1. algemeen
    - doel: jongeren meer bewust maken van hun gamegedrag;
    - ouders informeren over gamegedrag en advies geven
    - doelgroep: jongeren en hun ouders
  2. hoe en wat?
    - ‘online-spel’ jongeren stil laten staan bij hun gebruik (op interactieve wijze)
    - ouders informeren over wat problematisch is, hoe gesprek aan kunnen gaan en doorverwijzen