Dierlijke ontwikkeling Flashcards
1
Q
Wat zijn de vier verschillende processen bij de ontwikkeling bij (pseudo)coelomate dieren?
A
- Bevruchting
- Klievingsdelingen en vorming blastula
- Gastrulatie met vorming kiembladen en extra-embryonale membranen
- Organogenese met neurulatie en somitogenese
(Geconserveerde ontwikkelingsteven en cellulaire signaalwegen)
2
Q
Wat is de definitie van de bevruchting?
A
In alle seksueel-reproducerende dieren: de versmelting van mannelijke en vrouwelijke haploïde gameten (zaadcel en eicel) tot diploïde zygote die ontwikkelt (embryo)
3
Q
Welke drie gebeurtenissen vinden plaats bij de bevruchting?
A
- Sperma-penetratie en membraanfusie (acrosoomreactie, corticale reactie, fertilisatiemembraan)
- eicel-activatie (afronden meiose, bewegingen in cytoplasma, start eiwitsynthese)
- Versmelting van haploïde kernen (kernfusie)
4
Q
Welke twee tegenstrijdige vereisten zijn er tijdens de bevruchting?
A
- Bevruchting bevorderen (?)
- Verhinderen polyspermie (polyploïde) of versmelting met zaadcel andere soort (bij uitwendige bevruchting)