Diagnose SEH Flashcards

1
Q

Een man van 35 jaar wordt na een stomp buik trauma op de Spoedeisende Hulp binnen gebracht met een bloeddruk van 80/40 mm Hg. Zijn hartslag is 150 slagen per minuut. Bij deze patiënt is er het meest waarschijnlijk sprake van een…

A

Hypovolemische shock

  • buiktrauma is classic voor interne bloeding
  • interne bloeding = hypovolemische shock
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat voor een type fractuur verwacht je bij iemand die binnen komt met intense pijn in de humerus na het armpje drukken?

A

Spiraal fractuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Een 40-jarige man is van een ladder gevallen. Hij blijkt een gedisloceerde collumfractuur te hebben opgelopen die operatief moet worden behandeld. Tot welke
spoedklasse moet een desbetreffende ingreep worden toegerekend?

A

Categorie 3: behandeling binnen 24 uur

  • TT, onduidelijk waarom
  • ik zou zelf spoedklasse 1 zeggen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Patient heeft shock met warma acra. Welk type shock is vermoedelijk sprake?

A

Distributieve shock

  • bloed naar perifere delen lichaam, waaronder handen en ledematen waardoor het warm wordt
  • bij septische shock is dit overigens niet zo, deze kan herkend worden aan hoge koorts (39 graden)
  • alle andere typen shock koud
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bij een operatie probeer primaire botgenezing voor elkaar te krijgen door het in anatomische stand te krijgen. Verwacht je hierbij een callus?

A

Nee

  • de definitie van primaire botgenezing is dat het geen callus geeft
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Een 30-jarige man heeft een intra-articulaire polsfractuur. Deze wordt met een plaatosteosynthese in anatomische stand gefixeerd.

Zien we hier primaire of secundaire botvorming? En verwacht je callus te zien?

A

Primair, en dus geen callusvorming

  • primair is door een chirurg gedaan
  • callus alleen door het lichaam zelf en dus secundair
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat voor een type fractuur verwacht je hier?

A

Dwarsfractuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat voor een fractuur verwacht je hier?

A

Spiraal fractuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat voor een fractuur verwacht je hier?

A

Comminutief

  • betekent met fragmenten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat voor een type fractuur zie je hier?

A

Comminutief

  • betekent met fragmenten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Patient met een humerus breuk wordt geopereerd, door er een plaat op te zetten. Verwacht je bij deze patient callus vorming?

*

A

Nee

  • behandeling per primam, hematoom wordt weggehaald en er treedt géén callusvorming op
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

De chrirurg gaat een fasciotomie toepassen. Welke letsel is waarschijnlijk hieraan vooraf gegaan?

A

Crush letsel

  • spieren kunnen afsterven, dit is een kleine ingreep die het been kan redden
  • anders zou het kunnen leiden tot een onderbeensamputatie
  • amputatie wordt ook wel eens na crush letsel toegepast
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Omschrijf de volgende breuk op basis van:

naam:
locatie
type fractuur:
angulatie:
dislocatie:

A

naam: femurschacht
locatie: proximaal
type fractuur: dwarsfractuur
angulatie: varusstand
dislocatie: volledige dislocatie

  • lijkt op O-benen, dus dit is een varus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Een 41-jarige vrouw heeft een gemetastaseerd mammacarcinoom. Zij heeft ondanks herhaalde drainages recidiverend pleuravocht. De vrouw wordt gezien op de spoedeisende hulp in verband met toegenomen dyspnoe en een collaps bij traplopen. Lichamelijk onderzoek levert onderstaande bevindingen op:

A: vrije ademweg
B: ademfrequentie 32/min SpO2 91%;
C: bloeddruk 88/46 mmHg; pols 121/min; koude acra; duidelijk verhoogde CVD
D: EMV 3-6-5
E: temp 37.6C

Wat is de beste verklarende diagnose voor haar huidige klachten?

A

Harttamponade (obstructieve shock)

  • er is sws shock (lage bloeddruk + tachycardie)
  • ernstige dyspnoe typerend voor obstructief
  • verhoogde CVD geeft ofwel obstructief of cardiogeen
  • ophoping van vloeistof in de pericardiale ruimte. Deze ophoping verhoogt de druk rondom het hart
  • LE of pneumothorax kon ook
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Een 41-jarige vrouw heeft op advies van een influencer dagelijks 5 maal de aanbevolen dosis van vitamine D ingenomen. Op de bijsluiter wordt gewaarschuwd voor overmatige inname en het risico op overdosering.

Op welke typerende problemen loopt zij als gevolg van deze overdosering van vitamine D het grootste risico?

A

Nierstenen en obstipatie

  • Dit is gerelateerd aan een overdosis vitamine D en het daardoor ontstaan van hypercalcimie
  • painful bones, renal stones, abdominal groans, and psychic moans is door een calcium overschot
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Een 78-jarige vrouw met recidiverende urineweginfecties komt op de Spoedeisende Hulp met malaise, koorts en verwardheid. Zij is afgelopen 24 uur duidelijk minder gaan plassen. Zij heeft een bloeddruk van 90/45 mmHg. Er is sprake van een irregulaire hartslag met een frequentie van 130 slagen per minuut. Er wordt gedacht aan een urosepsis. Er wordt meteen gestart met een continu infuus met NaCl 0.9% en antibiotica.

Welke parameter is bij deze vrouw het meest betrouwbaar om de circulatie te monitoren?

A

Diurese

  • shock
  • bij shock diurese het meest betrouwbaar?
17
Q

Er wordt bij patiente van 42 jaar een trombopenie vastgesteld, waarbij het opvallend is dat er een erg lage bloedingsneiging is. Wel zijn er petechien te zien (kleine puntbloedingen). Bij navraag is hier al meerdere keren eerder in het leven van patiente sprake van geweest

Welke Dx is hier passend?

A

Idiopathische trombocytopenetische purpura (ITP)

  • wel trombopenie, weinig bloedingsneiging behalve petechien
  • dit is een ziekte waarbij er antistoffen zijn tegen bloedplaatjes, waarbij ze worden weggevangen in de milt
  • vrouwen 15-50 jaar
  • recidief is typerend
18
Q

Een 35-jarige vrouw komt naar de spoedeisende hulp met klachten van ernstige vermoeidheid, koorts, en onverklaarbare blauwe plekken op haar armen en benen. Ze meldt dat ze de afgelopen week ook last heeft gehad van hoofdpijn en wazig zien. Bij lichamelijk onderzoek vallen petechiën en purpura op, alsmede een ictarus. Uit het bloedonderzoek blijkt sprake te zijn van hemolytische anemie en fragmentocyten.

Dx?

A

Trombotische Trombocytopenische Purpura (TTP)

  • TTP wordt gekenmerkt door microvasculaire trombose die leidt tot mechanische vernietiging van erytrocyten en een verbruikscoagulopathie met ernstige trombocytopenie
  • hemolytische anemie en neurologische verschijnselen zijn typerend hiervoor
  • ADAMTS-13 afwezig, en antistoffen hiertegen aanwezig
  • grote sliereten VWF plakken samen, gaan samen zitten ook in de hersenen
19
Q

Een jonge patient van 6 jaar presenteert met koorts en klachten die vergelijkbaar zijn met TTP. Er is sprake van een hemolytische anemie, fragmentocyten en trombopenie. Ook is er sprake van een nierfunctiestoornis. Er is geen afwezigheid van ADAMTS-13

Dx?

A

Haemolytisch uremeisch syndroom (HUS)

  • TTP achtig bij kinderen, vaak door e.coli
  • er is wel gewoon ADAM-TS13, en geen antistoffen hiertegen
  • nierfunctiestoornissen staan op de voorgrond
20
Q

Een 68-jarige man wordt opgenomen op de intensive care na een ernstige sepsis als gevolg van een pneumonie. Bij het lichamelijk onderzoek vallen uitgebreide blauwe plekken en bloedingen uit de neus en mond op. Er wordt een sterk verhoogde d-dimeer, trombocytopenie, deficientie van fibrinogeen, en verlengde PT en aPTT gevonden.

Dx?

A

Diffuse Intravasale Stolling (DIS)

  • zowel een verhoogd d-dimeer (stolsels) als bloedingsneiging (PT en aPPT)
  • typerend bij ernstig zieke mensen
  • ook bij AML geloof ik? (acute myeloide leukemie)
  • DIS is een aandoening die vaak wordt geassocieerd met sepsis, waarbij er sprake is van systemische activatie van de stollingscascade, leidend tot trombose én secundaire fibrinolyse
  • lijkt qua waarden op verbloedingscoagulapthie, maar daarbij voornamelijk bloed?
21
Q

Een 25-jarige vrouw komt op de polikliniek vanwege een lange geschiedenis van gemakkelijk blauwe plekken, frequente neusbloedingen en hevige menstruaties. Bij het lichamelijk onderzoek worden geen afwijkingen gevonden. PT (protrombine tijd) is normaal en de APPT is licht verlengd. Factor VIII en VWF zijn verlaagd.

DX?

A

Ziekte van von Willebrand

  • vooral een probleem in trombocyten aggregatie, verhoogde bloedingsneiging
  • bij operaties valt op dat patienten direct bloeden en maar blijven bloeden
  • type 1: milde vermindering hoeveelheid VWF
  • type 2: verminderde functie VWF
  • type 3: vrijwel afwezig VWF
22
Q

Een patient is onder het mes geweest vanwege het weghalen van galstenen. Het valt op dat uren na de operatie de patient spontaan begint te bloeden. Welke onderliggende ziekte zal hij aan kunnen leiden?

A

Hemofilie

  • vaak uren na de operatie
  • kan leiden tot atrofie van spieren en artrose achtige verschijnselen
23
Q

Een 28-jarige vrouw wordt met spoed opgenomen na een bevalling met ernstige complicaties. Bij aankomst is ze bleek en heeft ze tekenen van ernstige hypovolemische shock. Ze heeft actieve bloedingen uit de baarmoeder en diverse punctieplaatsen. Er is een verlengde PT en APPT, het fibrinogeen is ook verlaagd.

Er is sprake van hypothermie en acidose.

DX?

A

Verbloedingscoagulopathie

  • vaak bij masaal bloedverlies
  • ook bijv bij grote bloeidngen in tractus digestivus
  • APPT en PT verlengd en fibrinogeen verlaagd
  • hypothermie, acidose is bloody vicious cycle dat het erger maakt
  • lijkt een beetje op DIS
24
Q

Patient is van een elektrische fiets gevallen en heeft nu een snurkende ademhaling, laag bewustzijn en een hoofdwond met vermoedelijk liquor uit zijn oren. Deze patient wordt meteen op straat geintubeerd. Waarom is deze directe intubatie essentieel?

A

Omdat hij door het lage bewustzijn zijn luchtweg in de problemen komt

25
Q

Patient heeft shock, en er is een lage CVD gevonden. Welke typen shock kunnen dit zijn?

A
  • distributief
  • hypovolemisch

*obstructief en cardiogeen juist hoog

26
Q

Er bestaat een hyperparathyroidie, waarbij aangenomen wordt dat deze ontstaan is door een nierinsufficientie. Wat voor een type hyperparathyroidie is dit, en welke waardes verwacht je?

A
  • secundaire hyperparathyroidie
  • normaal/laag calcium, hoog PTH

*calcium wordt hierbij door slechte nieren weggespoeld, PTH probeert te compenseren
*primair hyperparathyroidie = ook hoog calcium, hoog PTH en laag fosfaat?
* maligniteit = hoog calcium, laag PTH
*teriair hyperparathyroidie = hoog calcium, hoog PTH?
* je moet PTH hier als het “eindhormoon” beschouwen

27
Q

Patient komt met klachten van spierkrampen, tintelingen en een hartritmestoornis. Bij lichamelijk onderzoek valt op dat het gezicht van patient gaat trekken als n. facialis wordt aangetikt. Hiernaast krijgt hij kramp in arm bij oppompen bloeddruk manchet.
DX?

A

Hyperparathyroidie

  • primair door adenoom op bijschildklier
  • secundair vaker door nierinsufficientie
  • Tekenen van Chovstek en Trousseau zijn positief
28
Q

Wat zie je hier?

A

Een osteofyt

29
Q

Een 70-jarige man heeft een collumfractuur opgelopen na een val van de fiets. Op de botdensitometrie die later poliklinisch is verricht, is het beeld van osteoporose te zien. Hij gebruikt 5 eenheden alcohol per dag en hij rookt sigaren. Zijn moeder had ook een collumfractuur, hij heeft een BMI van 31 en gonartrose.

Welk van de gegevens draagt het meest bij aan het risico op osteoporose bij deze man?

A

Collumfractuur bij zijn moeder

  • Een familiegeschiedenis van osteoporotische fracturen is een sterke risicofactor voor osteoporose. Genetische factoren spelen een belangrijke rol in de botdichtheid en de aanleg voor osteoporose
  • zowel artrose als hoog gewicht zijn niet per se sterk geassocieerd met osteoparose
30
Q

Je vermoedt dat patient in shock is, maar je ziet geen verhoogde hartslag. Wat is er waarschijnlijk aan de hand?

A

Patient slikt mogelijk beta blockers

31
Q
A