Biologie 6.1.3.4 Flashcards

1
Q

Klieren zijn een beetje zoals spieren.

A

Spieren zijn effectoren een andere belangrijke groep van de effectoren zijn de klieren in ons lichaam. Als reactie op prikkels kunnen de klieren lstoffen afscheiden deze stoffen noemt m’n klierproducten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat doen Exocriene klieren?

A

Exocriene klieren geven hun klierproducten af aan het uitwendig milieu - lichaamsoppervlak of spijsverteringskanaaln

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de ligging en functie can exocriene klieren?

A

Speekspelklieren- scheiden het klierproduct speeksel af helt bij spijsvertering

Talgklieren - scheiden talg af aan het uitwendig milieu voorkomt uitdroging

Traanklieren- scheiden traanvocht af om het oog vochtig te houden

Zweetklieren - scheiden zweet af om de lichaamstemperatuur te regelen ( af koelen )

maagwandklieren - Scheidt maagsap af helpt bij spijsvertering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Andere klieren ?

A

Andere klierne die hun klierproduct afscheiden aan het uitwendig milieu zijn de lever die galsap afscheidt , de alvleesklier die spijsverteringenzymen afscheidt en de dunnedarmwandklieren die darmsap afscheidt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de ligging en functie van de endocriene klieren

A

De klierproducten van endocriene klieren noemen we hormonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

De endocriene klieren welke zijn er en wat is hun functie ?

A

alvleesklier - insuline , houdt bloedsuiker op peil
schildklier thyroxine - hormoon dat groei en stofwisseling stimuleert

bijnieren - adrenaline - Het schrikhormoon dat de hartslag en ademfequentie verhoogt

Teelballen - testosteron hormoon zorgt voor mannelijke secundaire geslachtskenmerken

Eierstokken - oestrogeen - hormoon dat zorgt voor de vrouwelijke secundaire geslachtskenmerken

hypofyse - prolactine hormoon dat melkproductie stimuleert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de bouw van een exocriene klier ?

A

Exocriene klieren zijn opgebouwd uit meerdere klierzakjes , aan de binnenzijde zijn de klierzakjes bedekt met kliercellen darrond zit een laag glad spierweefsel waarin zenuwvezels toekomen. Haarvaten rond het klierzakje voeren bouwstoffen aan voor het klierproduct als de spiercellen samentrekken wordt het klierproduct langs de afvoerbuis afgevoerd naar het uitwendig milieu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bouw van een endocriene klier ?

A

de endocriene klier heeft GEEN AFVOERBUIS. Ze bestaat uit groepen kliercellen of klierblaasjes , met aan de buitenzijde de kliercellen. De hormonen die de kliercellen produceren komenvia de celmembranen in de haarvaten terrecht en dus ook in het bloed. De bouwstoffen die nodig zijn voor het klierproduct bereiken via de haarvaten de kliercellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke dubbele functie heeft de alvleesklier?

A

de alvleesklier is een EXOCRIENE KLIER.
de alvleesklier produceert alvleessap en deze vloeistaf bevat verteringenzymen. en komt via de alvleesklierbuis in het spijsverteringskanaal terrecht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat bevindt zich nog in de alvleesklier?

A

er bevinden zich in de alvleesklier ook cellen die HORMONEN afscheiden in de BLOEDBAAN . dit zijn endocriene kliercellen en de alvleesklier is dus ook een ENDOCRIENE KLIER.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waar zijn de endocriene kliercellen van de alvleesklier gelegen ?

A

deze endocriene kliercellen zijn gelegen in de zogenaamde . EILANDJES VAN LANGERHANS. sommige kliercellen produceren het hormoon INSULINE andere GLUCAGON deze hormonen helpen bij het in stand houden van het glucosgehalte in het bloed.de zogenaamde BLOEDSUIKERSPIEGEL.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

de gevoeligheid van cellen voor hormonen.

A

hormonen worden door HORMOONKLIEREN of ENDOCRIENE klieren geproduceerd en komen terrecht in het bloed. ze komen zo terrecht in de organen waar ze eventueel een REACTIE VAN DE CELLEN verroorzaken.

een doelwitcel reageert alleen wanneer ze gevoellig is voor dat bepaald hormoon.

die gevoelligheid hangt af van de MEMBRAANRECEPTOREN van die cel .

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de membraanreceptoren?

A

de membraanreceptoren in het celmembraan zijn eiwitmoleculen die fungeren als een slot. waarop enkel een specifieke sleutel past die sleutel is de hormoonmolecule. enkel wanneer de hormoonmolecule past op de membraanreceptor gaan er in de cel allerlei mechanismen in beweging komen die zorgen voor een specifieke reactie van de cel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

hoe werkt de regeling van het glucosegehalte in het bloed?

A

een voorbeeld van de hormoonwerking is de regeling van het glucosgehalte in het bloed door de hormonen INSULINE EN GLUCAGON. Beide hormonen worden gerproduceerd in de alveesklier. meer bepaald in de eilandjes van LAngehrans. insuline wordt geproduceeerd in de zogenaamde betacellen glucagon in de alfacellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de werking van insuline?

A

cellen in het lichaam maar vooral spiercellen levercellen , en vetcellen zijn doelwitcellen. deze doelwitcellen hebben een insuline receptor waarop een molecule van het hormoon insuline inpast. Door het binden van insuline aan de insuline receptor treedt er een mechanisme in gang waardoor glucosemoleculen via een glucpsetransportmolecule worden binnengelaten in de cel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat kan er gebeuren met glucose in de cel.

A

de glucosemoleculen worden verbrand en leveren energie aan de cel.

ze worden opgestapeld onder de vorm vaan glycogeenmoleculen.

ze worden omgezet in vetzuren en dienen dan als reservestof op lange termijn?

17
Q

Wat is de negatieve terugkoppeling.

A

hoe HOGER het glucoseghalte in het bloed.hoe meer INSULINE door de alvleesklier wordt afgegeven om het glucoseghalte weer te doen dalen.Hoe LAGER het glucosegehalte in het bloed hoe meer GLUCAGON wordt afgegeven door de alvleesklier dit noem je de negatieve terugkoppeling.