Antitumorale middelen Flashcards
Hier ook vooral examenvragen, slides herlezen
Wat zijn de antitumorale middelen?
Chemotherapie
Targeted therapie
Immuuntherapie
Antihormonale middelen gebruikt in de oncologie
Diverse antitumorale middelen
Producten gebruikt bij ongewenste effecten
Waaruit bestaat een tumor?
Delende cellen
–> zijn gevoelig voor antitumorale middelen
Cellen in rustfase maar die nog later kunnen delen
–> vormen grootste gevaar op relapse
Cellen die niet meer kunnen delen
–> weinig gevaar, maar dragen wel bij tot tumorvolume
Ongewenste effecten van chemotherapie
dikwijls op normaal snel delende weefsels zoals thv beenmerg of maag-darmmucosa.
Verminderde wondheling, huidaantasting, alopecie
Irritatie ter hoogte van de toedieningsplaats, weefselnecrose bij extravasatie
Schade aan gastro-intestinaal epithelium, nausea, emesis, diarree
Groeiachterstand in kinderen
Steriliteit
Teratogeniciteit, mutageniciteit, embryotoxiciteit
Overgevoeligheidsreacties
Moeheid, soms lang na stoppen van de behandeling
Hyperuricemie
Beenmergsuppressie
geef alle chemotherapeutica gebruikt in de oncologie
Alkylerende agentia (covalente bindingen thv DNA)
Antimetabolieten (interferentie met metabolische pathways van DNA synthese
Cytotoxische antibiotica (microbiële oorsprong)
Microtubulaire inhibitoren
Topoisomerase inhibitoren
Wat doen alkylerende middelen?
Deze alkylerende agentia zijn niet celspecifiek, doch het zijn de prolifererende cellen die het meest gevoelig zijn voor deze cytostatica (meest gevoelige stadia zijn late G1 fase en S fase van de celcyclus)
Welke alkylerende middelen ken je? geef ook een beetje uitleg
Stikstofmosterdderivaten
- Cyclofosfamide: brede antitumorale activiteit
- Ook melfalan, ifosfamide, chloorambucil, busulfan
- Estramustine = oestradiol gebonden aan stikstofmosterd, speciaal ontwikkeld voor gevorderd prostaatkanker
Platinumderivaten
- Carboplatine
- Cisplatine : geeft enorm veel nausea en braken dat echter goed reageert op ondansetron; veel gebruikt bij behandeling van tumoren van de testes en ovaria
- Oxaliplatine
N-nitroso-ureumderivaten
- Fotemustine
- Lipofiel, passeren BHB –> gebruikt voor tumoren van de hersenen en meninges
Antimetabolieten werkingsmechanisme
antimetabolieten interageren thv het intermediair metabolisme van prolifererende cellen.
Er zijn een aantal kwantitatieve verschillen in metabolisme tussen kankercellen en gezonde cellen die ervoor zorgen dat het precies de kankercellen zijn die gevoeliger zijn voor de werking van de antimetabolieten.
De antimetabolieten interfereren meestal met de DNA synthese.
antimetabolieten voorbeelden + uitleg
Foliumzuurantagonisten
- Methotrexaat
Purine analogen
- Mercaptopurine, tioguanine,
fludarabinefosfaat, cladribine
Pyrimidine analogen
- Fluorouracil, cytarabine, gemcitabine, tegafur/uracil, capecitabine
Methotrexaat
- Foliumzuur is essentieel voor DNA
synthese
- Methotrexaat inhibeert het
dihydrofolaat-reductase (DHFR)
- Naast algemene neveneffecten, ook megaloblastische anemie, leverletsels, leverfibrose, longfibrose, intrarenale obstructie, hersenatrofie, huidafwijkingen, …
- Interacties
–> Verhoging risico beenmergdepressie door trimethoprim
–> Potentialisatie risico ongewenste effecten door NSAIDs
- Om toxische effecten te beperken: rescue met folinezuur of levofolinezuur na 24u
- Wordt ook gebruikt, in lage dosis, bij ernstige gevallen van psoriasis en
rheumatoïde arthritis (controle bloedbeeld!)
Fluorouracil
- FH4 functioneert als een carrier van CH3-groep om 2-deoxy-uridylaat (DUMP) om te zetten naar 2-deoxy- thymidylaat (DTMP)
- Fluorouracil inhibeert thymidylaat synthetase
Topoisomerase inhibitoren (type I, II)
Topoisomerasen zijn enzymen belangrijk voor de ‘winding’ en ‘unwinding’ van het
DNA en dus sleutelenzymen in de DNA replicatiecyclus
Microtubulaire inhibitoren
Microtubuli zijn belangrijk voor cytoskeleton maar ook voor de celdeling
1) Vinca rosae alkaloïden
2) taxanen
Targeted therapie gebruikt in de oncologie onderverdeling
Monoklonale antilichamen
Proteïnekinase inhibitoren
PARP-inhibitoren
Proteasoominhibitoren
wat zijn antitumorale monoklonale al
Antitumorale monoklonale antilichamen beïnvloeden de mutaties die leiden tot
maligne transformatie van cellen of zijn gericht tegen de tumorangiogenese.
Sommige monoklonale antilichamen zijn gekoppeld aan een cytotoxisch middel
Een aantal voorbeelden (>23 specialiteiten)
- Trastuzumab
–> Recombinant monoclonaal antilichaam tegen HER2
–> Behandeling van (gemetastaseerde) borstkankers met HER2 overexpressie
- Rituximab
–>Recombinant monoclonaal antilichaam tegen CD20 antigen van B-lymfocyt
–> Behandeling van lymfomen - Bevacizumab
–> Monoclonaal antilichaam tegen VEGF (vascular endothelial growth factor)
–> Behandeling van gemetastaseerd colorectale kanker; in associatie met
chemotherapie!
Tyrosine kinase inhibitoren
- De werking van deze ‘small molecule’ geneesmiddelen (of “nibs”) is gebaseerd op inhibitie van proteïnekinasen ter hoogte van diverse groeifactorreceptoren. De meesten worden oraal toegediend.
- Proteïnekinase-inhibitoren beïnvloeden mechanismen die betrokken zijn bij de ontwikkeling, groei en uitzaaiing van kanker.
- Proteïnekinase-inhibitoren geven aanleiding tot zeer veel mogelijke interacties.
Hoe werken de alkylerende chemotherapeutica? Geef aan met een voorbeeld.
Alkylerende agentia gaan irreversibele covalente bindingen aan met DNA. Ze werken niet celspecifiek, doch zullen de snelproliferende (tumor)cellen het meest gevoelig zijn aan deze cytostatica.
Bv. stikstofmosterd- (cyclofosfamide) of platinumderivaten (cisplatine)
- In elk geval zijn er 2 Cl ionen die kunnen worden losgelaten –> positief geladen molecule –> kan DNA aanvallen (covalente bindingen aangaan/crosslinks vormen)
- Leid tot een inhibitie van transcriptie, translatie, DNA herstel…
Situeer platinumderivaten.
Bv. cisplatine –> testes- en ovariatumoren –> veel nausea en braken.
Platinumderivaten zijn alkylerende middelen die worden gebruikt als chemotherapeutica.