1.7: Van gewone cel tot kankercel Flashcards
Hallmarks of cancer:
- Blijven delen
- Remming ontwijken
- Voorkomen dat de cel dood gaat
- Geen maximum aantal delingen
- Angiogenese induceren
- Invasie en metastase
- Deregulation of energy
- Tumor bevorderende ontsteking
- Immune evasion
- Genoom instabiliteit en mutaties
Blijven delen:
- Groeifactoren nodig tot deling aan te zetten
- Loopt via een groeifactor receptor
- Tumor: maakt zelf groeifactor of heeft geen groeifactor nodig voor activering
Remming ontwijken
- Normale cellen luisteren naar signalen die de groei remmen
- Tumor: schakelt deze groeiremmers uit
- Voorbeeld: RAS wat normaal zichzelf direct uitschakelt maar door mutaties gaat het RAS eiwit niet meer uit en zal de cel blijven proliferenen
De cel moet voorkomen dat die dood gaat
- Normale cellen kunnen mechanismen activeren die tot celdood leiden (bijv als cellen te veel DNA schade hebben)
- Dit zet cellen aan om geprogrammeerd eiwitten en DNA af te breken (apoptose)
- Tumor: schakelt apoptose uit
Geen maximum aantal delingen
- Normale cellen kunnen slecht een beperkt aantal delingen doormaken
- Uitzondering: stamcellen
- Oorzaak: telomeren worden bij elke celdeling korter
- Tumor: schakelt de telomeer verlenging weer is (zoals in stamcellen)
Angiogenese induceren:
- De groeiende tumor heeft veel voedingsstoffen nodig
- Tumor zal dus vorming van nieuwe bloedvaten (angiogenese) stimuleren
- De tumor moet de directe omgeving ondersteunend maken aan groei
- Analogie: wondreactie of ontstekingsreactie: hier moeten ook nieuwe vaatjes gemaakt worden
Angiogenese:
Voor angiogenese -> endotheel groei -> endotheelgroeifactoren
-> Bij voldoende angiogene groeifactor(en) ontstaat de angiogene switch
Solide tumoren vs circulerende tumoren
- Angiogenese is essentieel voor solide tumoren om klinisch significant te worden
- Solide tumoren kunnen klein blijven als er geen angiogenese is
- Er moet stroma ontstaan
- Voor bv kanker van witte lichaampjes of kanker van voorloper cellen uit het beenmerg geldt dat niet
Tumor stroma is een gevolg van angiogenese
- Stroma is ondersteunend weefsel met bloedvaten en ontstekingscellen
- Endotheel, fibroblasten, ontstekingscellen
- Voor zuurstof aanvoer
VEGF
Vascular Endothelial Growth Factor: is nodig voor de sprouting van vaatjes
Stimulatie stroma
- Tumormutaties in oa RAS en Myc
- Zuurstof gebrek (via HIF1alfa)
Invasie en metastase
- Tumor dringt in het omringende weefsel binnen met doorbraak door een basaalmembraan
- Tumorcellen kunnen over grote afstand wordt getransporteerd en daar nieuwe tumor geven
Migratie door extracellulaire stroma naar een bloedvat
- Gen-programma’s worden aangepast door oa: Twist, Zeb en Snail
- De epitheelcel wordt spoelvormig: de zgn EMT omvorming
Stappen van metastase:
- Migratie door de basaal membraan
- Verplaatsing door extra-cellulaire matrix
- Intravasatie
- Transport in bloedbaan
- Extravasatie en metastase depositie
- Colonisatie/uitgroei met plasticiteit of MET
Deregulation of energy
Er worden door tumorcellen meer lactaat geproduceerd dan door normale cellen
- Tumorcellen leven vooral van de anaerobe glycolyse
- Dit levert een voordeel op voor de tumorcellen omdat de metabolieten die gevormd worden via de route veel beter te gebruiken voor groei van de tumor