1.3 hoe werken G-eiwit gekoppelde receptoren? Flashcards

1
Q

hoe werken ACTH en TSH?

A

CRH en ACTH, TRH en TSH werken via membraanreceptoren

cortisol en T4 werken via kernreceptoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is een GPCR?

A

een G eiwit gekoppelde receptor

grootste, veelvoorkomende en meest veelzijdige familie van membraan receptoren

doelwit voor medicijn ontwikkeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat zijn GPCR domeinen?

A

hormoobindend domein

  • affiniteit
  • specificiteit

transmembraan domein
- verankering

transductie domein
- geeft signaal door

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hoe ziet een GPCR eruit?

A

7 transmembraan domeinen
3 intracellulaire loops
3 extracellulaire loops
N- en C- terminale delen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is een eigenschap van ACTH?

A

peptide geproduceerd door klieving uit POMC

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat zijn eigenschappen van TSH?

A

Glycoproteinen hormoon

het is familie van TSH, FSH, LH, hCG

het heeft 2 subunits: alfa en beta
alfa subunit is gemeenschappelijk
beta subunit is hormoon specifiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is de GPCR classificatie?

A

indeling op basis van sequentie homologie

familie 1 grootste klasse

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is een opvallend verschil TSH en ACTH

A

TSH is veel groter dan ACTH

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

hoe gaat de signaaltransductie van ACTH?

A
ACTH
MC2R
Gs
adenylyl cyclase
cAMP
PKA
fosforylering en genregulatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

hoe gaat de TSH signaaltransductie?

A
TSH
TSH receptor
Gs
adenylyl cyclase
cAMP
PKA
fosforylering en genregulatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hoe werken GPCRs?

A

als GPCR inactief is heeft het G eiwit GDP gebonden
als er een hormoon bindt vindt er confromatie verandering plaats. GDP wordt vervangen door GTP
het is nu geactiveerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

hoe gaat de G eiwit inactivatie?

A

G eiwit kan zichzelf uitschakelingen doordat de alfa subunit zijn eigen GTPases heeft waardoor GTP wordt gehydrolyseert en je weer GDP krijgt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat zijn second messengers en wat doen ze?

A

als GPCR actief is wordt het signaal doorgegeven aan bijv adenylyl cyclase en dan vindt er activatie plaats van second messengers (ATP naar cAMP) waardoor het signaal vermeerderd wordt

cAMP bindt PKA waardoor het actief is en dit kan met andere transcriptiefactoren leiden tot transcriptie van target genen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is/ doet adenylyl cyclase?

A

het is een enzym wat ATP omzet in cAMP
cAMP activeert PKA
PKA forforyleert eiwitten

cAMP is labiel en wordt afgebroken door phosphodiesterases

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is somastostatine/ wat doet het?

A

het werkt via Gi en onderdrukt zo de cAMP productie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

waaruit bestaat PKA?

A

2 regulatie subunits

2 katalytische subunits (de subunits die het effect uitoefenen)

17
Q

wat zijn de soorten G eiwitten,

A

Gs
Gi
Gq
G12/13

18
Q

wat doet Gs?

A

Gs stimuleert adenylyl cyclase–> cAMP omhoog–> activatie PKA

Gi doet precies het omgekeerde

19
Q

wat doet Gq?

A

Gq stimuleert fosfolipide C (PLC)–> Ca en DAG omhoog–> activatie PKC

20
Q

wat doet G12/13?

A

activeert RhoGEF00> Rho actief–> fosforylering van Rock

21
Q

hoe werkt TRH?

A

TRH signaleert via Gq

GDP vervangen door GTP (Gq actief)–> PLC actief
PLC zorgt dat insositol wordt omgezet tot IP3
IP3 activeert een calcium kanaal–> intracellulair calcium neemt toe
dit activeert PKC

22
Q

wat doet Gq?

A

het stimuleert de toename van de intracellulaire calcium concentratie

23
Q

waartoe leidt een mutatie in MC2R (ACTH receptor?)

A

inactiverende mutatie: familiaire cortisol deficiëntie

alternatief gen: MRAP (gen wat de signaaltransductie beïnvloedt)

24
Q

waartoe leidt een mutatie in de TSH receptor?

A

inactiverend: hypothyreoidie
activerend: hyperthyreoïdie, adenoom (constitutief actieve TSH receptor, actief zonder TSH)

25
Q

waartoe leiden mutaties in Gs eiwit?

A

activerend: McCune-Albright syndroom
inactiverend: multipele hormoon resistentie

26
Q

er zijn werkingsmechanismen van verschillende liganden. wat is een agonist?

A

bindt met hoge affiniteit aan de receptor

induceert signaaltransductie met hoge effectiviteit

27
Q

er zijn werkingsmechanismen van verschillende liganden. wat is een partiële agonist?

A

bindt met variabele affiniteit aan de receptor

induceert signaaltransductie met variabele effectiviteit

28
Q

er zijn werkingsmechanismen van verschillende liganden. wat is een inverse agonist?

A

bindt bij voorkeur aan een receptor met inactieve conformatie

remt basale of constitutieve activiteit van receptor

29
Q

er zijn werkingsmechanismen van verschillende liganden. wat is een antagonist?

A

bindt receptor maar induceert geen signaaltransductie

competitie met endogene ligand

30
Q

wat is zwangerschaps thyreotoxicose?

A

stimulerende antilichamen
verhoogd hCG spiegels
- in eerste trimester van de zwangerschap kan een thyrnotoxicose ontstaan