week 7 Flashcards
de aarde
la terra
van de aarde, aarts-
terrestre
buitenaards
extraterrestre
ruimte-, ruimtelijk
spaziale
de ruimte, de kosmos
lo spazio
eindig
finito, finita
oneindig
infinito, infinita
het oneindige
l’infinito
ontdekken
scoprire
de planeet
il pianeta
de zon
il sole
de straal
il raggio
ondergaan
tramontare
de (zons)ondergang
il tramonto (del sole)
de (zons)opgang
il sorgere (del sole)
opkomen, aanbreken
sorgere
het doel
lo scopo
het bestaan, de existentie
l’esistenza
bestaan, voorkomen, leven
esistere
de ster
la stella
sterren-, ster-
stellare
de maan
la luna
maan-, lunair
lunare
de sterrenkunde, de astronomie
l’astronomia
de aardrijkskunde, de geografie
la geografia
de wereldbol, de globe, de wereldkaart
il mappamondo
het continent, het werelddeel, het vasteland
il continente
continentaal, vastelands-
continentale
het noorden
il nord
het zuiden
il sud
ten zuiden van
a sud di
het oosten
l’est
het westen
l’ovest
het kompas
la bussola
het landschap
il paesaggio
het uitzicht, het panorama
il panorama
de plaats, de plek, het oord
il luogo
de (laag)vlakte, het laagland
la pianura
de heuvel
la collina
de echo
l’eco
het gebergte, de berg
la montagna
het woud, het bos
la foresta
de woestijn
il deserto
de oase
l’oasi
wijd, uitgestrekt
vasto, vasta
de verlatenheid, de eenzaamheid
la solitudine
de vulkaan
il vulcano
vulkanisch, vulkaan-
vulcanico, vulcanica
de aardbeving
il terremoto
de (aard)schok
la scossa
de lawine
la valanga
de aardverschuiving, de lawine
la frana
de oceaan
l’oceano
zee-
marino, marina
de zee
il mare
de straat, de zee-engte
lo stretto
de kust, de oever
la riva
woelig, ruw
mosso, mossa
de golf, de baai
il golfo
de (zee)kust
la costa
de rots, de klip
lo scoglio
de grot
la grotta
het eiland
l’isola
het meer
il lago
de horizon
l’orizzonte
verdwijnen
sparire (sparisco)
de verdwijning
la sparizione
de rivier
il fiume
overstromen
tracimare
stromen, vloeien
scorrere
overstromen, onder water zetten
inondare
de overstroming
l’inondazione
vissen
pescare
oversteken
attraversare
de waterval
la cascata
de pool
il polo
de noordpool
il polo nord
de zuidpool
il polo sud
pool-, polair
polare
de poolkap
la calotta polare
het weer
il tempo
Wat voor weer is het?
Che tempo fa?
het klimaat
il clima
klimaat-, klimatologisch
climatico, climatica
de klimaatverandering
il mutamento climatico
de verandering, de omslag
il cambiamento
de hemel
il cielo
bewolkt
coperto, coperta
de wolk
la nuvola
bewolkt
nuvoloso, nuvolosa
de bewolking
la nuvolosità
de drukkende hitte, het benauwde weer
l’afa
drukkend, broeierig
afoso, afosa
de regen
la pioggia
het onweer, het noodweer, de onweersbui
il temporale
de regenboog
l’arcobaleno
nat, vochtig
bagnato, bagnata
regenen
piovere
nat worden
bagnarsi
vochtig, klam
umido, umida
de vochtigheid
l’umidità
het (zon)licht
la luce
de zon
il sole
schijnen, stralen
splendere