Week 11 ZO.1 Flashcards

1
Q

Wat is een nosocomiale infectie?

A

Een nosocomiale infectie is een infectie die opgelopen is in het ziekehuis en die niet aanwezig was bij opname. Des te langer een patient opgenomen ligt in een ziekenhuis en des te gecompliceerder het beloop, des te groter de kans op een nosocomiale infectie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de meest frequent voorkomende postoperatieve infectie?

A

Urineweginfectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke bacterie is de belangrijkste verwekker van postoperatieve wondinfecties?

A

Staphylococcus aureus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Noem 5 belangrijke risicofactoren voor katheter-gerelateerde infecties

A
  1. De duur van aanwezig zijn
  2. Het type catheter
  3. Ervarenheid van degene die de catheter geplaatst heeft
  4. Ervarenheid van degene die de catheter verzorgt
  5. Omstandigheden bij het plaatsen van de catheter
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de belangrijkste verwekkers van katheter-gerelateerde infecties op volgorde van voorkomen?

A
  1. Coagulase-negatieve stafylokokken
  2. S. aureus
  3. Enterokokken
  4. Aërobe gram-negatieve bacteriën
  5. Gisten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de belangrijkste regel om katheter-gerelateerde infecties te voorkomen?

A

Geen intravasculaire katheters gebruiken indien niet strikt noodzakelijk en katheters meteen verwijderen op het moment dat ze niet meer nodig zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly