Week 11 HC.2 Flashcards
1
Q
Noem drie kenmerken van traditionele geschiedschrijving
A
- Grote mannen-perspectief
- Menselijke ‘agency’
- Bijvoorbeeld Napoleon
2
Q
Noem drie kenmerken van geschiedschrijving volgens McNeill
A
- Epidemiologisch, met name ecologisch perspectief
- Andere (niet-menselijke) motoren van historische verandering
- Bijvoorbeeld: bacteriën en virussen in het leger van Napoleon
3
Q
Noem de zes stappen in het cyclisch patroon van de geschiedenis
A
- Ecologisch evenwicht binnen regio
- Populatiegroei totdat natuurlijke grens is bereikt
- Militaire verovering, handel en/of migratie
- ‘Spillover’ van de ene ‘disease pool’ naar de andere
- Uitbraak epidemieën, met name in ‘host region’
- ‘Domesticatie’ van infectieziekte: endemische fase, terug naar 1
4
Q
Noem drie voorbeelden van epidemiologische transities
A
- 2e Eurasische transitie 14e eeuw
- Transatlantische (colombiaanse) uitwisseling
- Cholera in de 19e eeuw
4
Q
Noem drie voorbeelden van epidemiologische transities
A
- 2e Eurasische transitie 14e eeuw
- Transatlantische (colombiaanse) uitwisseling
- Cholera in de 19e eeuw
5
Q
Welke globale factoren hebben bijgedragen aan de terugkeer van infectieziekten vanaf 1980?
A
- Klimaatverandering: verspreiding (sub)tropische ziekten
- Globalisering: bevolkingsgroei, urbanisatie, bio-industrie
- Mobiliteit mensen, dieren, producten en voedsel
6
Q
Wat is de visie van Rosenberg op epidemieën?
A
‘Drama’ in drie bedrijven:
- Act 1: Progressive revelation (voortschrijdend inzicht)
- Act 2: Managing randomness (omgaan met willekeur en onzekerheid)
- Act 3: Negotiating public response (publieke (re)actie)
7
Q
Wat houdt het eerste bedrijf in?
A
- Van ontkenning naar erkenning
- Onwillige en trage acceptatie en erkenning van epidemie
- Met name vanwege de bedreiging voor belangen, maar ook gemoedsrust en zelfgenoegzaamheid ‘gewone’ mensen
- Grote gevolgen van erkenning van epidemie: ‘sociale ontbinding’
- Pas acceptatie wanneer grote en groeiende sterfte niet langer te negeren is.
8
Q
Wat houdt het tweede bedrijf in?
A
- Ontstaan gemeenschappelijk verklaringskader
- Mengvorm van medische kennis en sociale en morele opvattingen en vooroordelen: zondbokken, social vooroordelen, sociale controle en kritiek en pleidooi voor verbeteringen
- Creëren van (collectief gedragen) verklarend kader om met ‘willekeur’ en onzekerheid om te kunnen gaan.
- Tijd-, plaats- en contextgebonden – verschillen per land en tijdvak!