W15HC2: Type I, II, III en IV overgevoeligheidsreacties, en type I IgE gemedieerde reactie Flashcards
Definitie allergie
Overdreven reactie vh afweersysteem die bij een deel van de mensen optreedt op natuurlijke stoffen die van buiten het lichaam afkomstig zijn
Type I
Allergenen veroorzaken een IgE gemedieerde allergische reactie
- mestcel degranulatie
- reactie < 2 uur na contact
- allergische rhinitis, astma, atopische dermatitis, eczeem, angio-oedeem, urticaria, dyspnoe, braken, anafylaxie
Type II
Binding IgG of IgM antilichamen aan ECM en complement activatie
- 4-8 na blootstelling
- complement activatie -> pro-inflammatoire effecten
- lokale cel schade
- urticaria
- geneesmiddelen veranderen oppervlakte eiwitten van eigen cellen en worden als lichaamsvreemd beschouwd
Type III
Binding IgG antilichamen aan circulerende antigenen die immuuncomplexen vormen
- circulerende immuuncomplexen slaan neer in hoofdzakelijk de kleinere vaten in de synovia en glomeruli
- 4-8 uur na contact
- complement activatie en rekrutering leuko’s naar plek depositie -> scheiden pro-inflammatoire cytokines uit met weefselschade als gevolg
Type IV
Th1 gemedieerde overgevoeligheidsreactie
- vertraagd type overgevoeligheid
- > 12 uur na contact
- infiltratie lymfocyten en monocyten in epidermis
- oedeem ontwikkeling in huid & eczeem
- diagnose met plakproeven
Fases IgE gemedieerde reactie
Sensibilisatiefase: eerste contact met allergeen, specifieke IgE synthese tegen het allergeen, prod Th2 voor Il-4, IL-5 en IL-13, remmen Th1
Effector fase: IgE op buitenkant mestcel, zodra de allergeen weer contact maakt -> degranulatie mestcel -> IL-4, -5 en -13 komen vrij -> B cel activatie, IgE synthese
Directe en indirecte reactie type I
Direct: mestcel degranulatie: histamine release, leukotriënen C, D, E, prostaglandine D2, PAF, tryptase, chymase, kininen -> bronchoconstrictie, vasodilatatie, oedeem, mucussecretie, zenuwstimulatie
Late: (6-8 u), cytokinen komen vrij, TGF-alfa, leukotriëne B4, PAF -> IgE synthese, leukocyt adhesie, migratie en activatie
Eosinofiel
- weefselschade: zorgt voor epitheel schade, zenuwschade, vrije radicalen, bronchoconstrictie, mucussecretie, vasodilatatie, vasopermeabiliteit
- chemoattractie: Il-5, eotaxine, RANTES, rekruteert zo leukocyten
- maakt ook IL-3, IL-5, GM-CSF -> productie granulocyten opgevoerd
Immunotherapie
- gras/boompollen, huisstofmijt, kat, insectsteken
- effect op rhinitis > astma, geen effect op eczeem
- 3-5 jaar durend, max 3 allergenen, opdoseerfase-rush-dagopname, maandelijks onderhoud
- effecten: immuundeviatie: verschuiving van Th2 naar Th1 respons en tolerantie: Th2 respons wordt onderdrukt via Treg die IL-10 maakt
Atopisch syndroom
Rhinitis, astma, orale allergie syndroom, atopisch eczeem