W1 ZO 3: Contractie van de hart- en skeletspier Flashcards
Eiwitpolymeer vormt de ruggegraat van de dunne filamenten
F-actine
Eiwitketen (7 actine monomeren) gekoppeld aan F-actine, welke in rust de myosine bindingsplaats afschermt
Tropomyosine
Bestaande uit 3 subunits en is gekoppeld aan tropomyosine
Troponine complex
Gevormd door een bundeling van staartdelen van veel troponine complexen
Dikke filament
Belangrijkste onderdeel van dikke filamenten en bevat een kop-, scharnier en staartdeel
MHC (zwaar keten myosine)
Regulatoire eiwitten die vastzitten het kopdeel van MHC
MLC (licht keten myosine)
Eiwit gelegen aan de Z-lijn en verbonden met actine en een rol speelt bij sarcomeer-cytoskelet interactie
Alfa-actinine
Lichtere band in de dwarsstreeping van spiercellen waar geen overlap is tussen dikke en dunne filamenten
I-band
Donkere band in de dwarsstreeping van spiercellen waar overlap is tussen dikke en dunne filamenten
A-band
Met elektronenmicroscopie zichtbare donkere lijn in de H-band en een lichtere lijn in A-band
M-lijn
Met elektronenmicroscopie zichtbare donkere lijn in I-band
Z-lijn
Tubulair intercellulair membraansysteem als specialisatie van het endoplasmatisch reticulum
Sarcoplasmatisch reticulum
Diepe instulping van het plasmamembraan van de spiercel tussen myofibrillen ter hoogte van de Z-lijn
T-tubulus
Met elektronenmicroscopie zichtbare dwarsdoorsnede van T-tubulus aan weerszijden omringd door uiteinden van SR
Triade
Uiteinden van SR die samen met 2 T-tubuli een triade vormen
Terminale cisterne