Urosepsis Flashcards

1
Q

Welke stelling is juist?

A: in NL worden er per jaar tussen de 100.000 en 200.000 patiënten opgenomen op de IC met sepsis

B: De mortaliteit van een septische shock is 40%

C: Urosepsis valt onder 20% van alle soorten sepsis

D: De mortaliteit van sepsis is 20%

A

B

Jaarlijks 10.000-20.000 patiënten
Urosepsis 30% van alle sepsis
Mortaliteit sepsis 10%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

De meest voorkomende oorzaak van een urosepsis is …

A

Obstructie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke stelling is juist?
A: Sepsis ontstaat door een lokaal sterke immuunrespons

B: Sepsis komt door cytokinen uit de bacterie

C: sepsis is een gedisreguleerde host response

A

C

Sepsis komt door een reactie van het lichaam op de bacterie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke stof zorgt voor vasodilatatie bij een sepsis?

A: acethylcholine (ACh)
B: stikstofmonoxide (NO)
C: muscarinereceptor M3
D: noradrenaline

A

B

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe komt het dat het lactaat is verhoogd bij een sepsis?

A: mitochondriële dysfunctie
B: hypoglycemie
C: anemie

A

A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Juist of onjuist

De kracht van de immuunrespons wordt mede bepaald door genetische factoren

A

Juist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Diffuus intravasale stolling is een symptoom van sepsis

juist/onjuist

A

Juist

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is juist?

A. Een patient met een sepsis is perifeer warm

B. Een patient met een sepsis is perifeer koud

C. Een patient met een sepsis is eerst perifeer warm, dan perifeer koud

D. Het verschilt per type sepsis of een patient perifeer warm of koud aanvoelt

A

C
Vroege sepsis is warm; perifeer warm, korte cappilary refill, hoge cardiac output, vasoplegie.

Late sepsis is koud.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

De SOFA score is een goede manier om te beoordelen of een klinische patiënt septisch is

A

Onjuist

Vooral geschikt voor onderzoek
Wel geadviseerd door de EAU maar daar was de intensivist het dus eigenlijk niet mee eens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welk criterium hoort niet bij de qSOFA score?

A: Hypotensie met systole <100mmHg
B: Veranderde mentale status GCS<15
C: Tachycardie >90/min
D: Tachypneu>22/min

A

C

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke van de volgende criteria passen bij een septische shock? (meerdere mogelijk)

A: veranderde mentale status GCS<8
B: aanhoudende vasopressie (noradrenaline) nodig om MAP>65mmg te houden
C: lactaat >2 mmol/L
D: Verminderde urineproductie <0.5ml/kg/u ondanks vullen met NaCl of Ringerslactaat

A

B+C

Septische shock = ondanks adequate vullingsstatus lactaat >2 en aanhoudend vasopressiebehoefte voor MAP >65

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Binnen hoeveel tijd moet een septische patiënt antibiotica krijgen?

A: binnen 30 minuten

B: geen shock en niet zeker sepsis, binnen 3 uur om aanvullende diagnostiek rond te krijgen

C: altijd binnen 1 uur, golden hour of sepsis

A

B

Golden hour of sepsis geldt voor een zekere sepsis of septische shock

Als het nog niet zeker een sepsis is dan mag je eerst aanvullende diagnostiek doen en moet je binnen 3 uur starten, mits geen shock.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Momenteel wordt goal directed therapy toegepast in de behandeling van sepsis

Juist/onjuist

A

Onjuist

Inmiddels weer verlaten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wanneer is een patiënt vullingsresponsief?

A: als de urineproductie gelijk of meer dan 0.5ml/kg/u is na vullen
B: als de tensie stijgt met 10mmHg systolisch na vullen
C: als de cardiac output stijgt met 15% na vullen

A

C

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de polsdruk?

A: systolische bloeddruk/pols
B: diastolische bloeddruk/systolische bloeddruk
C: pols x diastolische bloeddruk
D: systolische bloeddruk - diastolische bloeddruk

A

D

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke stellingen zijn juist?

A: voorkeur voor Ringers lactaat boven NaCl
B: vullen met albumine kan je op de normale verpleegafdeling doen
C: Vullen met starches (voluven of volulyte) geeft kans op nierfalen
D: vullen obv het lactaat wordt afgeraden

A

A + C

Albumine aan IC overlaten

Vullen obv lactaat, vaak lokaal protocol hiervoor. Lactaat vervolgen, wel letten op veneus of arterieel, zelfde materiaal blijven gebruiken.

17
Q

Source control is de eerste stap in de behandeling van sepsis

Juist/onjuist

A

Onjuist

Eerst AB, bloedkweken, vullen
Wel zo snel mogelijk

18
Q

De immuunstatus kent twee fasen tijdens een sepsis, welke?

A
  1. Hyperinflammatoir
  2. Immunosuppressief (hypo)
19
Q

Wat is de mortaliteit van sepsis? En van septische shock?

A

Respectievelijk 10% en 40%

20
Q

Welke stelling(en) is/zijn juist?

A. Bij sepsis start je een PPI
B. Bij verdenking septische shock start je naast het vullen direct met corticosteroiden
C. In verband met reflux wordt voeden de eerste twee dagen (48 uur) afgeraden
D. De eerste keus vasopressie is noradrenaline

A

A = juist, stress ulcus profylaxe.
Cortico’s alleen bij hoge dosering vasopressie (op IC dus).
In tegendeel, je moet binnen 48 u starten met voeden.
D = juist

21
Q

Juist of onjuist

Procalcitonine is een bruikbare marker om ernstige sepsis van niet-bacteriele infectie te onderscheiden

A

EAU richtlijn: juist
IC richtlijn: onjuist