Urodynamica, the basics Flashcards

1
Q

Welke stelling over de opslagfase is niet waar?

A De bekkenbodem is normaal actief
B De bekkenbodem is reactief op fysieke activiteit zoals hoesten
C De blaashals is ontspannen
D Vulling van de blaas wordt waargenomen middels rek in gladde spiercellen

A

C

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke stelling klopt?

A bij de opslagfase is de parasympaticus actief en de sympaticus geremd

B bij de ledigingsfase is de parasympaticus actief en de sympaticus geremd

A

B

En bij de opslagfase dus sympaticus actief.

Als je moet rennen omdat er een beest achter je aan zit moet je niet gaan plassen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Juist/onjuist

Een baby heeft nog geen volledig ontwikkelde mictiereflex

A

Onjuist

Bij baby mictiereflex aanwezig
De ‘knop’ om te besluiten dat je wil plassen heeft een baby nog niet, dat leer je bij zindelijkheid
Die knop is somatisch geregeld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke stellingen zijn juist?

A. de bekkenbodem initieert de mictie
B. mictiepermissie komt vanuit de thalamus
C. detrusor en de blaashals zijn antagonisten
D. tijdens mictiefase zijn zowel de bekkenbodem als de detrusor actief
F. innervatie van de blaas komt vanuit de pons

A

A + B + C

Mictiepermissie vanuit verschillende corticale gebieden waaronder (hypo)thalamus en frontaalkwab –> sociaal wenselijk dat ik ga zitten te piesen?

Mictiecentrum in de pons. Innervatie van de blaas is sacraal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de rustdruk van de blaas?

A: 15 cmH2O
B: 25 cmH2O
C: 40 cmH2O
D: 65 cmH2O

A

C

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke stelling is juist?

A: Patient moet met een volle blaas komen naar UDO onderzoek

B: na UDO moet een patient 1.5 L water drinken

C: Voor een UDO is standaard AB profylaxe geindiceerd

D: Laxantia geven vrijwel nooit artefacten

A

A

Je begint met een vrije flow

Na onderzoek 0.5-1L drinken

Geen laxantia ivm rectale activiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Juist of onjuist

Uroflowmetrie gebeurt met water- of luchtgevulde sensoren

A

Onjuist
Uroflowmetrie is een gewichtmeting in de tijd. Voor cystometrie is daarnaast ook een microtip sensor een optie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat hoort NIET in het ICS standaard protocol voor een UDO?

A: anamnese
B: neuro-urologisch onderzoek zoals sensibiliteit rijbroekgebied
C: RT voor beoordeling anustonus
D: echo nieren ter uitsluiting hydronefrose bij hoge drukblaas
E: mictielijst

A

D

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is GEEN artefact bij de flowmetrie?

A: stoten tegen flowmeter
B: plassen naast de flowmeter
C: dripping artefact
D: wagging artefact

A

C

Wagging artefact: door op en neer gaan van de straal heb je eerst een dip en daarna een piek in de flow, deze twee passen precies in elkaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke druksensor voor de UDO is de ICS standaard?

A: Externe, luchtgevulde sensor
B: Externe, watergevulde sensor
C: Interne microtipsensor

A

B

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke druk is het nulpunt? bij de UDO?

A: abdominale druk
B: waterdruk thv os pubis
C: atmosferische druk

A

C

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Bij verhoging van de abdominale druk door rectale activiteit zie je:

A: piek in Pves
B: dip in Pdet
C: dip in Pabd
D: piek in Pdet

A

B

hetzelfde geldt voor een geblokkeerde vesicale lijn, dan is de abdominale druk relatief hoger

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Bij lucht in de lijn bij een watergevulde druksensor zie je:

A: geen verschil met normaal
B: dat Pves lager is dan Pabd
C: dat Pdet onder 0 is

A

B

Door blokkade in de katheter wordt de Pves niet goed gemeten. Dit ziet er uit als continue detrusoractiviteit (golfjes)

SO: volgens mij is het
- Lucht in abdominale lijn: schijn van detrusoractiviteit.
- Lucht in vesicale lijn: Pves lager dan Pabd en dus Pdet onder nul.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is GEEN oorzaak voor een artefact in luchtgevulde druksensoren?

A: vocht in de sensor
B: niet goed aangedraaide of lekkende slangetjes
C: kanaal geblokkeerd
D: uitzakkende katheter
E: falende sensor

A

A

Lucht lekt makkelijker dan water

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welk artefact zie je bij de volgende situaties:
1. Lekkende luchtgevulde lijn
2. Geblokkeerde luchtgevulde lijn
3. Geblokkerde / luchtbel in watergevulde lijn
4. Uitzakkende kathether

A
  1. Drukverval (constant aflopende lijn)
  2. Abnormaal vlakke lijn (geen levendigheid van het praten)
  3. Lagere druk in de bijbehorende curve
  4. Weet ik niet
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Met welke snelheid vul je de blaas bij een UDO?

A: 25cc per minuut
B: 25% van blaasvolume per minuut
C: 35cc per minuut
D: 10% van het blaasvolume per minuut

A

D

Adhv mictielijsten

17
Q

Hoe vol is de blaas bij resp. first sensation, first desire en strong desire?

A: 25% - 50% - 85%
B: 33% - 66% - 100%
C: 15% - 60% - 95%

A

B

18
Q

Wat is de leak point pressure? (LPP)

A: Bij welke vulling er lekkage plaatsvindt na valsalva
B: Bij welke druk er lekkage plaatsvindt

A

B

19
Q

Bij een normale cystometrie zie je een verhoging van de pDet

Juist/onjuist

A

Onjuist

20
Q

Een blaas met een detrusordruk <10-15cmH2O is een slecht compliante blaas

Juist/onjuist

A

Onjuist

Vuistregel: eindvullingsdruk van 40cmH2O is slechte compliantie

21
Q

De formule van het berekenen van de BOOI luidt …

BOOI = bladder outlet obstruction Index

A

Pdet.Qmax - 2 * Qmax

Ezelsbrug: bij uitstroom moet je er iets vanaf halen

22
Q

De formule van het berekenen van de DCI luidt …

DCI = Detrusor Contraction Index

A

Pdet.Qmax + 5 * Qmax

Ezelsbrug: con betekent erbij, je telt er dus iets bij op