urinair stelsel 1 Flashcards
1
Q
bijnier
A
glandula suprarenalis/adrenalis
2
Q
nier
A
ren
3
Q
buikslagader
A
aorta abdominalis
4
Q
urineleider
A
ureter
5
Q
blaas
A
vesica urinaria
6
Q
urinebuis
A
uretra
7
Q
onderste holle ader
A
vena cava inferior
8
Q
nierslagader
A
a. renalis
9
Q
nierader
A
v. renalis
10
Q
linker nier
A
renalis sinister
11
Q
wat zijn functies urinestelsel
A
excretie
eliminatie
homeostase
12
Q
wat is excretie bij urinestelsel
A
verwijdering van afvalstoffen uit lichaamsvloeistoffen
13
Q
wat is eliminatie
A
lozing van afvalstoffen naar buiten
14
Q
voor welke homeostases zorgt het urinair stelsel zoal
A
ionen vb Na, K, Cl
voedingsstoffen vb glucose, aminozuren
bloedvolume/bloeddruk
pH van bloed
15
Q
hoe ligt de linkernier ten opzichte van rechte
A
hoger