SM - Deel I - Blok 7 Flashcards
Vier aspecten welbevinden
- Sociaal
- Lichamelijk
- Cognitief
- Emotioneel
Factoren die welbevinden vormgeven
- Tijd (steeds ouder worden)
- aanleg/levensloop (genetica, gebeurtenissen)
- leeftijd
- samenleving (vb gezondheidsstelsel)
Lichamelijk functioneren
- Vitaliteit / kwetsbaarheid
- Functioneren in dagelijks leven (ADL)
Cognitief functioneren
- Kennis uit ervaring
- logisch redeneren
sociaal functioneren
- Sociale participatie
- Personlijke relaties
- sociale steun
- Affectie
Emotioneel functioneren
- Beoordeling leven als geheel (levenstevredeneheid)
- gevoelens van geluk
factoren die vergrijzing bepalen Christensen et al. (2009).
- verbeterde medische kennis
- Verbeterd gebruik van gezondheidszorg bij ouderen
- Ziektes worden eerder gediagnosticeerd en sneller behandeld dan voorheen.
factoren gezondheidsachterstand m- v bepalen Christensen et al. (2009).
- Verschillen in biologie tussen mannen en vrouwen 2. Verschillen in ziekte- en gezondheidsgedrag en rapportage
- Verschillen in diagnostische patronen van artsen
- Verschillen in toegang tot behandeling
- Verschillen in gebruik van gezondheidszorg.
ouderen ouder dan 85 bepalen Christensen et al. (2009)
- Houden ADL langer vol en worden ouder.
wel meer beperkingen en toenemend gebruik ondersteunende technologie
Het successful aging model van Rowe en Kahn (1997), beschrijft 3 componenten die samen
“beter dan gemiddeld” oud worden bepalen. Welke zijn dit
- Lage kansop ziekte en beperkingen (risicofactoren en ziekte laag)
- Behoud cognitieve en fysieke functionele capaciteit
- Actieve betrokkenheid in leven
(productieve activiteiten en netwerken)
Kritiek stowe & Cowey (2014). Importance of Taking a Life Course Perspective
- Te veel focus op ouder worden ipv levensloop
- Dynamisch perspectief met ontwikkelingen en relaties door de tijd geen en niet alleen gevolg individu
Kwetsbaarheid (fraility) van Campen
Kwetsbaarheid lijkt vooraf te gaan aan ‘ernstig ziek zijn’, al kan een ziekte iemand ook kwetsbaar maken
- Kwetsbaarheid bij ouderen is een proces van het opeenstapelen van lichamelijke, psychische en/of sociale tekorten in het functioneren dat de kans vergroot op negatieve
gezondheidsuitkomsten (functiebeperkingen, opname, overlijden)
Kwetsbaarheid betere voorspeller dan leeftijd!!
- Kan een betere inschatting maken van type zorg en hoeveelheden en behandelingen
- Mate kwetsbaarheid vaststellen bepaald wie extra aandacht nodig heeft
- Kijkt per individu met aandacht voor alle domeinen (psychisch, sociaal, biologisch) en zet het weg tegen de context van het individu –> zegt meer dan alleen leeftijd
Gobbens et al levensloop determinanten
Levensloop determinanten:
- Gevolgd onderwijs !
- Burgelijke staat
- Leefomgeving !
- Levenstijl !
- Levensgebeurtenissen
Heeft invloed op die factoren van kwetsbaarheid; fysiek, sociaal (sociale relaties en steun) en psychisch (cognitie, coping)
Disablity paradox
ouderen vinden hun gezondheid vaak beter dan deze objectief waar te nemen is. Het is een verschil in interpretatie van tussen arts en oudere.
Steverink hierarchie van ouder worden
- Comfort
- Affectie
- Gedragsbevestiging
- Status
- Stimulatie
Gaat erover het algemeen welbevinden en fysiek en sociaal welbevinden
- Basisbehoeften vervullen met hulpbronnen
Hulpbronnen
Hulpbronnen bepalen de mate van vervulling van basisbehoeften en zijn nodig om sociale omstandigheden te bepalen
- Extern
- Intern
Externe hulpbronnen
Geld
gezondheidszorg
vrijwilligerswerk
Interne hulpbronnen
Vaardigheden waarmee mensen hun externe hulpbronnen managen (zelf management vaardigheden)
6 dimensies zelfmanagement vaardigheden
- Vermogen initatief te nemen
- Geloof in eigen kunnen
- Vermogen om te investeren
- Vermogen om positief perspectief naar toekomst te kijken
- Vermogen om voor multifunctionaliteit te zorgen
- Vaardigheid om varieteit te zorgen
notie zelfmanagement theorie
-Je moet de vaardigheden toepassen bij elke behoefte om welbevinden te produceren
Subsitutiepatronen
Mensen gaan tussen de behoeftes substitueren, dimensies worden door elkaar vervangen
Kritieke fase;
Verlies aaan hulpbronnen leidt tot minder subtitutie waardoor mensen kwetsbaar worden
Schuurmans kwetsbaarheid def
Verlies aan hulpbronnen in verschillende domneinen van functioneren wat leidt tot afnemende capacitiet om met stressfactoren om te gaan