Blok 8 - Week 5 t/m 8 Flashcards
Organisaties hebben verschillende verhoudingen
- Concurrerend; thuiszorgorganisaties
- Hiërarchisch; Overheid
- Netwerk; afhankelijk van elkaar maar niemand zeggenschap heeft
Netwerk
Afhankelijk van elkaar maar niemand heeft zeggenschap
Kenmerken van een netwerk
- Meerdere actoren en partijen
- Afhankelijk om een doel te bereiken
- Geen van de actoren is dominant
- Besluitvorming een onderhandelingsproces omdat ze elkaar nodig hebben
- Continuiteit heeft patronen veroorzaakt
Fabricotti intregratiemodel onderdelen
- Sociale integratie
- Structurele integratie
- Culturele integratien
Doel
- Integratie van belangen en middelen
Structurele integratie
Afstemming tussen taken (taakverdeling, coördinatiemechanismen)
Culturele integratie
waarden, normen, werk- en benaderingswijzen en symbolen van actoren komen respectievelijk overeen.
Sociale integratie
Geinvesteerd in verhoudingen
Processen integratie doelen macht en middelen
Doelen, belangen, middelen en macht moeten enigszins overeen komen
Uitdagingen sociale integratie in een wijkteam
- variatie in de wijk
- veel verloop wijkteams leden
- netwerk hangt aan teamleden; hoe langer hoe breder het netwerk
- Veel partijen ervaren onvoldoende op de hoogte taken
- Gebrek aan onderling respect en vertrouwen
Culturele integratie wijkteam problemen
- Tegengestelde waarden en normen wat goede hulpverlening is
Integratie belangen macht middelen discussie wijkteam
- Domeinen afkaderen
- Wijkteam alleen voor multiproblematiek
Domein
Het gebied waar een actor (vindt dat hij) zeggenschap over heeft en waar hij zich verantwoordelijk voor voelt en/of is.
diepte; mate waarin meerdere zeggenschap hebben of niet
breedte; omvang domein
Omvang domein typeren
- Type clienten (vb aandoeningen)
- Lateraliteit; welke aspecten van de clienten vind je tot domein behoren (alleen schulden of?)
- Longitudialiteit; voor welke fase ben jij verantwoordelijk en wanneer aan zet
- Diensten
Verschil tussen zelfredzaamheid als definitie bij clienten en beleidsadviseurs
zit vooral in sociale netwerk; actief betrekken voor professionals en client wil dit loslaten
AMO model; gedragsverandering inzette
- Abilities (vaardigheden)
- Motivatie
- Oppertunity (kansen); welke randvoorwaarden nog creeren (sociaal netwerk, geld,
Gedragsverandering moeilijk in te zetten door?
Moeilijkheden op verschillende terreinen van AMO model
Problemen Vaardigheden
- Stress veroorzaakt minder IQ
- Weinig zelfinzicht en vertrouwen
Problemen motivatie
- Verwachting dat ze de doelen niet kunnen bereiken (ervaring verleden of opvattingen wereld)
Problemen kansen amo model
- Complexiteit procedures
- Regeldruk; multiproblematiek
- Klein sociaal netwerk
- Weinig participatie
- Geen geld
Nieuw concept zelfredzaamheid
Persoonlijke controle
oorzaken niet waarmaken integraliteit bij decentralisatie
- Netwerk niet integraal
- client problemen niet integraal bespreekbaar
- weinig preventief werken
- deels maatwerk deels standaard oplossingen
- weinig tijd voor kleine problemen
- kostenbesparing betwijfeld
- zelfredzaamheid niet structureel verbeterd; alleen problemen opgepakt
oplossingen meer integrale aanpak decentralisatie
- Vroegsignalering; preventie
- Oplossen urgentie problematiek en stress verminderen (vertouwen, geen eigen regie stress situatie)
- Integrale analyse (aandacht voor client rondom)
- Versterking zelfredzaamheid (coaching en zingeving, inzet AOM model)
- Integrale levering; sociale en culturele integratie, langere verantwoordelijkheden
Verschil populatie en persoonsgerichte benadering en ziektegericht?
- Verder kijken dan personen, signaleren in omgeving en context en behoeften
Steeds meer mensen met multiproblematiek
Verticale integratie en fragmentatie
samenwerking eerste tweede en derdelijnszorg bij behandelen ziekte client.
Verschillende expertises samenwerken en vermindert fragmentatie
Horizontale integratie en fragmentatie
verschillende zorgdomeinen (wonen, welzijn werk) betrekken
Samenwerking verschillende domeinen kan meer problemen tegelijk aanpakken
systeem integratie
duidelijke persoons en populatiegerichte benadering op gezondheid om efficiente en kwaliteit te verbeteren
- Holistisch
- Ontbreekt volgens valentijn in alle integrale zorg
- Beleid en financiering
VB; huisarts die voor alle handelingen apart betaald krijgt, geen integrale handelingen uitvoeren
Organisatorische integratie
- Mate waarin diensten tussen organisaties tussen elkaar aansluiten
- Dezelfde zorgvragen combineren in neen netwerk
Drie vormen organisatorische integratie
- Hierarische overheidsstructuren; hoge comitment tussen organisaties
- Marktgerichte overheidsstructuren; flexibel
- Netwerkachtige bestuursmechanismen; vrijwillige samenwerking door belangen, relaties en minder geleid door gezag
Flexibel en commitment naar elkaar
Dit wil je bereiken
Professionele integratie
Interprofessionele samenwerkingen; gedeelde competenties, rollen en verantwoordelijkheden
- Doel een continuum aan zorg leveren
-samenwerking tussen organisaties en professionals - professional minder autonomie; rollen dalen hierdoor
Belangrijk punt professionele integratie
- rollen vervagen –> minder autonomie professionals
- Verschillende paradigma’s en gedeelde taal
Klinische integratie
de coördinatie van persoonsgerichte zorg in een individueel proces over
tijd, plaats en discipline heen. De juiste zorg op de juiste plek en tijd.
- Patient en arts hebben gedeelde verantwoordelijkheid
Functionele integratie
Financiering, informatie en management modaliteiten–> moeten het systeem vormen tezamen
- Praktische wijze
- Communicatie
- Afspraken over taken etc
Vb; koffie automaat
Normatieve integratie
- ontwikkeling
- onderhoud van een algemeen referentiekader / beleidsparadigma
tussen organisaties, professionele groepen en individuen.
- gedeelde visie en doelen
- ## cultuur creeren
Organisationele samenwerking verhouding tot een markt, hiërarchie of netwerk.
Je wilt zo min mogelijk gestuurd worden door macht of hierarchie
- Anders conflict door machtuitoefening
- Shared discion making
waarom professionele integratie complex?
- verschillende paradigma’s en niet dezelfde taal; hierdoor kan je geen rechtlijnigheid treffen in verantwoordelijkheden en rollen
- Machtsrelaties; professional andere rol en minder autonomie
Roets et al
- Kritiek op top down benadering; doorverwijzingen
- te veel gestandaardiseerd
- Niet kunnen leven integrale zorg
- Niet kunnen inspeln behoeften client
- meer discretionaire vrijheid om in te spelen op behoefte client
Professionals /actoren bij integrale zorg
- casemanger
- Huisarts
- wijkteam
- Wijkverpleegkundige
- POH
Wijkteam
Vormen schakel tussen het medische en sociale domein
zwakke punten integraal werken
- Financiering
- in een ander domein meer winstgevend daardoor niet op inzetten
sterkte punten wijkteams
- domeinoverstijgend
- veel samenwerkingspartners
kansen wijkteams
-Proactief zoeken contact
- Werk fysiek dichtbij elkaar
- duidelijke regie verdeling
- kennis delen met elkaar
macro niveau integratie belemmerd
- Beleid en wetgeving en fianciering
vooral financiering, f2s, geen samenwerking en investering
meso niveau integratie belemmerd
wachtlijsten tussen organisaties, alleen zware vraagstukken bij wijkteams
Gebrek normatieve integratie wijkteams en integraal werken
- Er is verschil in paradigma tussen professionals en andere waarden en methoden
Moeten elkaars visies meer kennen en werkwijzen
Hebben nu geen algemeen referentiekader
Gebrek functionele integratie wijkteams en integraal werken
mechanisme financiering werkt niet
Duidelijke coordinatie mist
Toegevoegde waarde teams op macro niveau
- zorg is complex en vereist teamwerk (west en Markiewicz)
- Teamwerk leidt tot betere uitkomsten
- teamwerk noodzakelijk om zorg te leveren; verschillende taken en specialisaties (Mintzberg)
- Leertheorie
Toegevoegde waarde teams op individueel niveau
- Minder stress
- Tevredenheid patient en zorgverlener
- hogere mate welzijn
Te maken met groepsverband; je staat er niet alleen voo
Toegevoegde waarde teams op teamniveau
- Leren van elkaar
- Algemeen minder fouten
Toegevoegde waarde teams op organisatieniveau
- Betere patienttevredenheid
- betere kwaliteit en veiligheid
- efficient gebruik resources
- innovatie
- Minder ziekteverzuim
Romance of teams
Een groep aanduiden als teams zonder kenmerken of structuur van een teams
OVertuiging dat dit leidt tot betere uitkomsten
- Dit wordt dan geromantiseerd en leidt niet tot goede uitkomsten
- verwarring met effectieve teams
Kenmerken real team Hackman et al
- Duidelijke team grenzen (consensus wie wel en niet behoort tot team)
- Bepaalde mate van stabiliteit in samenstelling team,
- Onderlinge afhankelijkheid; elkaar nodig hebben om doelen te bereiken, taken uit te voeren etc.
Kenmerken real team Lyubovnikova & West:
- Onderlinge structurele afhankelijkheid
- Gezamenlijke doelen; nodig om te snappen dat je afhankelijk bent
- Team reflexiviteit; als team bewust waar je staat
- reflexteren op teamdoelen
- wat willen we bereiken
Pseudo team
Teams die niet effectief zijn doordat ze niet voldoen aan alle kenmerken van een real team
Kritiek op real teams
- Moeten ze per se stabiel zijn
- Moeten alle teams real zijn of flexibeler
- wil je monodisciplinaire teams afhankelijk van elkaar maken?
Verschillende teams
- Multidisciplinair team
- Interdisciplinair team
- Transdisciplinair team
- Multidisciplinair team
- Groep uit verschillende professionals
- Allemaal eigen rollen
- Eigen visie
- Eigen domein
- Interdisciplinair team
- Grote mate samenwerking
- Kijken vanuit invalshoeken andere domeinen
- gemeenschappelijke doelen
- kennis uit eigen professie
- Transdisciplinair team
- Groepen proberen kennis uit te wisselen; grenzen domeinen vervagen
- ideaalbeeld gemeenschappelijke visie
- Consensus
Teaming
Kritiek op teams
- Veel dynamischer
- niet al het werk in stabiele teams
- samenwerking tussen verschillende professies
drie kenmerken verschillen teams en teaming - stabiliteit
- Stabiliteit; s
stabiel (iedereen hetzelfde en kent elkaar sterke en zwakke punten)
vs
instabiel (per taak gekeken welke disciplines nodig zijn om doelen te halen)
drie kenmerken verschillen teams en teaming - gebruik teams
- Statisch proces waar al gewerkt wordt met teams
- Dynamisch; kijken per taak wie er nodig is en uit welke professie
drie kenmerken verschillen teams en teaming - uitvoering taken
- Structuur taken uitvoeren
- uitvoeren en leren hoe het moet tegelijkertijd
Wanneer teaming effectief
- Bij veel complexiteit en onzekerheid ( meerdere disciplines en geen structuur)
- Onverwachte situaties (verandering samenstelling team)
- Meerdere disciplines samenwerken
- Standaardisatie niet mogelijk
Multiteam system
- Vaak is men onderdeel van meerdere teams
- Deze moet je verbinden
- meerdere teams die tegelijk aan een doel werken; afhankelijkheid
- teams van teams
ITEM model; Smith-Carrier & Neysmit. (2014).
- Wanneer zijn teams effectief?
- IPO
Input ITEM model
Bepaalde kenmerken van een team;
Organisatie context
Team bestand
Taaktype
Input ITEM model - Bepaalde kenmerken team
- Autonomie
- Afhankelijkheid
- Stabiliteit
- rollen en taakverdeling
Input ITEM model - organisatie context
- Doelen
- Structuur
- Faciliteiten
- IM systeem
Input ITEM model - taaktype
- Management
- Zorg leveren
- Projecten
Input ITEM model - team bestand
- Grootte team
- Verloop
- Stabiliteit
- disciplines
Proces ITEM
Teamprocessen
Teamprocessen pyscho- sociaal
Proces ITEM model - Teamprocessen
- communicatie
- samenwerken
- coordinatie
- beslissingen maken
- deelnemen
- conflict
Proces ITEM model - Teamprocessen pycho sociaal
- Cohesie
- normen
- probleemoplossend vermogen
Voelen we ons een team, zitten we op een lijn en dezelfde taal?
Output ITEM
Objectieve effectiviteit;
- Patienttevredenheid
- Kwaliteit zorg
- Kosteneffectiviteit
Subjectieve effectiviteit
- welzijn
- wil om verder samen te werken
West & Markiewicz. (2016). Effective team working in health care. 5 domeinen voor effectief teamwerk
Artikel over waarom je in een team moet werken; vanwege complexiteit en lager stressniveau door buffer en sociale steun
-Taken en doelstellingen
- Rollen en interacties teamleden
- Kwaliteitsverbetering en innovatie
- Leiderschap
- Reactiviteit
Bleakley will to…
Will to stabiliy; oude denken
- Complexiteit en onzekerheid vermeiden door protocollen en structuur
will to adaptability; handiger vanwege de flexibiliteit
- Complexiteit en onzekerheid vanwege interprofessioneel handelen
effectief team 4 theorieen
- Real team Hackman
- West en markiewicz; effectief team 5 domeinen
- ITEM model Smith-Carrier & Neysmit. (2014).
- Smitch carrier 2015
Smith carrier effectief team 2014
- gedeelde visie
- overeenkomstige doelen
- respect en vertrouwen
- blijvende communicatie
- effectief leiderschap
- mechanismen voor conflicten
Verschil kenmerken real team Hackman en Lyubovnikova en west
Hackman vooral op
- team input kenmerken
- teamniveau; wanneer ben je een team
-
Lyubovnikova en west
- Individueel niveau; wanneer ben je teamlid
- Teamproces
Zelfsturende teams cruciale elementen definitie
- Autoriteit gedecentraliseerd door de organisatie heen
- Geen enkele persoon macht over iemand anders
Kenmerken zelfsturing
- Gedeelde verantwoordelijkheid totale proces zorg en dienstverlening (complete taak van zorg en activiteiten)
- Verantwoordelijk voor operationeel en managementtaken ( managen zichzelf integratie)
Teamkenmerken zelfsturing
- Vaste teamleden
- Beperkt qua groote
- Duidelijke doelen, gezamelijk alleen te bereiken
- gedeelde verantwoordelijkheid
Randvoorwaarden zelfsturende teams effectief zijn
- Beschikken over relevante informatie en resources; mensen moeten vaardigheden hebben managen vb
- beslisruimte; men moet autoriteit hebben om zelf te beslissen in het proces (oplossend vermogen en proces optimalisatie)
mechanismen bij kiezen voor zelfsturende teams
- Institutioneel; past bij de waarden van gezondheidszorg om meer beslisruimte te geven binnen leidinggeven
- competitief; leiden tot betere uitkomsten en efficiëntie, flexibeler
- Organisatie; mechanisme besluitvormers en mate vrijheid (verleden, structuur en cultuur)
Padafhankelijkheid slagen zelfsturende teams, redenen
- waren gewend aan hierarchische structuur
- Mensen hadden nog niet de kennis
- Intereseerden zich meer in zorg verlenen dan managementtaken
Moet bij de organisatie fit passen
ITEM model zelfsturende teams - input
- Teamcompositie; stabiel en gelijkwaardig
- Taken; relatie onderhouden, zorgverlener, managementtaken
- Taak kenmerken; client centraal, autonoom
- organisatiecontext; visie, waarden, structuur/faciliteit, draagvlak
ITEM model zelfsturende teams - efficientie
- Welzijn
- kwaliteit
- tevredenheid
- kosten lager
organisatie fit Padafhankelijkheid factoren
- Randvoorwaarden (relevante informatie en vaardigheden / beslisruimte autonomie)
- Intrinsieke motivatie en behoeften medewerkers
-organisatiecultuur
padafhankelijkheid
proces waarbij gebeurtenissen of keuzes uit het verleden een rol spelen in verdere ontwikkelinge
Padafhankelijkheid zelfsturende teams; organisatie context ITEM
- Gaat erover of je het paradigma van de medewerkers moet veranderen of niet; anders werkstijl switch
Werkcultuur van autonomie en vertrouwen sluiten dan niet aan bij hierarchien en specifieke taken
Meso: welke organisatorische randvoorwaarden ontbreken er om zelfsturende teams te laten slagen?
- goede taakverdeling
- iemand autonomie nemen
- vertrouwen collega’s
- organisatie visie
- teams niet te groot
Input; team compositie, taken en taakkenmerken
Micro; randvoorwaarde professional zelfsturend team
Professional moet zich actief inzetten voor autonomie
Professionals kenmerken
- Autonomie
- zelfregulering
- Domein; gebied waarover een professional autonomie heeft
- deskundige; specifieke kennis
beroepen continuum
- taak; bepaald door organisatie
- functie; combinatie van taken kan per organisatie verschillen maar voorspelbaar
- beroep; vastgelegde taken onafhankelijk van organisatie (timmerman); alleen wat over kwaliteit te zeggen
- professie; organisatie niks te zeggen over uitvoering werk
Abott professionals definitie:
“Professions were organised bodies of experts who applied esoteric knowledge to particular cases. They have elaborate systems of instruction and training, together with entry by examination and other formal prerequisites. They normally possessed and enforced a code of ethics or behaviour.”
- Georganiseerd; beroepsgroepen
- kwaliteitseisen en toegangseisen
- voor een aantal toegankelijk
- handhaving codes gedrag en ethiek
professionele autonomie ind en collectief
bij gratie van beroepsgroep
- ind mensen kunnen beslissingen maken of handelingen verrichten
- beroepsgroep; zeggenschap over domein
Martiminianakis vier perspectieven op professies
- een lijst van kenmerken en gedragingen
- rol die functioneel is voor de samenleving
- professionalisme als sociale contructie
- een vorm van sociale controle
- Een lijst met kenmerken en gedragingen
- Grote mate van deskundigheid om algemene kennis toe te passen op individuele casussen
- Altruïsme - handelt in het belang van de cliënt/patiënt
- Zelfreflectie en lerend vermogen; zelf handelen bijstellen naar leren
- In staat tot autonoom handelen
- Een rol die functioneel is voor de samenleving
sociaal contract; goed werk voor maatschappij, impliciete kennis daarom zeggenschap
voorwaarde; zelfcontrole en kwaliteit
- controle over opleiding en toelating
- exclusieve bevoegdheid uitoefenen bepaalde activiteiten
- ethische codes
sociaal contract
Je mag bepaalde autonomie hebben door impliciete kennis maar:
- controle mechanisme
- kwaliteitscontrole
punten. Een rol die functioneel is voor de samenleving
-startpunt; nut voor samenleving en niet de professional
- vertrouwen in organisatiekunde van professionals
- Niet heldere checklist
- Dynamisch door naar nut samenleving te kijken om wenselijke uitkomsten te organiseren die praktisch of niet praktisch zijn
medische professionaliteit
het geheel van waarden, gedragingen en verhoudingen met de samenleving dat het vertrouwen van mensen in artsen ondersteunt en rechtvaardigt (KNMG)
vaak gerechtvaardigd door EBM en eigen controle
jeugdwerkers dilemma
Zijn dit vertegenwoordigers van de staat of van de citizen?
Ze worden vaak niet gezien als helemaal onafhankelijk
Perspectief 3: een sociale constructie
beroepsgroepen als machtsblokken; onderlinge strijd tussen domeinen
- naief dat het alleen gaat over belang patient; eco en pol ook een rol
- professionalisme is een tactiek om inkomen en status, domein te vergroten
- bezig om domein af te bakenen
Boundary work
grenzen proberen te bepalen bij je professie voor belang eco, politiek of domein
autonomie bij perspectief 3; sociaal constructie beroepsgroepen
is een beroepsgroep die de zeggenschap naar zich heeft toe getrokken
uitdaging bij competative boundary work
wat zijn de domeinen van professionals in het sociale domein en het medische domein
- Welzijnsdomein relatief nieuw en domein medisch al langer gevormd en sterk –> integratie lastiger
onderscheid niveaus autonomie; 3. Professionalisme als sociale constructie
- Economisch; waar gaat het geld naartoe
- Politiek; bepaalde doelen bereiken en welke politieke waarden en normen zijn er
Perspectief 4: sociale controle
Kritische blik
- Geeft vorm aan dominantie specifieke maatschappelijke waarden
- Komt naar voren uit intituties waarin waarden zijn vastgelegd
- professionals dragen waarden uit van de maatschappij
- Betekenis bepalen van een kennisopvatting (ziek vs niet ziek en regulier vs alternatief
vb; ziek en niet ziek of regulier en alternatieve behandelingen
VB perspectief sociale controle
- Acupunctuur is geen norm van normaal medisch handelen
- Long covid niet erkend; geen uitkering etc.
EBM en Perspectief 4: sociale controle
EBM is de waarde voor goede en echte zorg en zorgt dat bepaalde vormen van zorg uitgesloten worden
verschil tussen 3 en 4 perspectief
- 3 is meer de strijd tussen domeinen
- 4 bewust opleggen van bepaalde normen aan maatschappij
state agent
Draagt waarde van de staat uit op patienten
Belangen van de staat werkende
Dienstverleners
Sociaal werkers in het sociale domein die vaak de toegang bepalen tot
schaarse voorzieningen. Bijvoorbeeld de maatschappelijke opvang.
- Collectieve belangen geen state agents
Hulpverlener
Sociaal werkers in het sociale domein die de belangen van de cliënten
vertegenwoordigen.
- Wijkteams
beroepsgroep Sociaal werkers (jeugd en gezin)
- kwaliteitseisen jeugd
- beroepsregister verplicht ivm dwangmaatregelen
-
druk professionals neemt toe door
- Meer interprofessioneel trainen; minder eigen domein claimen
- bezuinigingen professionals onder druk; minder handelingen, daardoor minder samenwerking mogelijk (maar 9 maanden de tijd om lijntjes aan elkaar te knopen)
- meer nadruk op controle en regulering; minder eigen zeggenschap en staatstoezicht (vb kwaliteit)
- eisen samenwerking hoger voor interprofessioneel tram (eigen positie professional minder sterk)
- Van specialisatie naar interprofessioneel zorgt voor taakproblemen en fragmentatie
- meer invloed patient; verlies autonomie professional
citizen agent
gebruikt zijn discretionaire bevoegdheid om de belangen van de burgers te behartigen ipv strikt navolgen regels staat
welke rol kan de sociaal werker aannemen?
- Individueel
- Systematisch
Individueel perspectief handelen sociaal werker- handelen sociaal werker
- Individu kijken
- Focus op behoefte client
- Leveren van zorg adhv vraag
- Slachtoffer omstandigheden
-belemmeringen focus
Systematisch perspectief handelen sociaal werker - handelen sociaal werker
- Systeem kijken
- focus op door de professional vastgestelde behoeften
- zorgverlener gerichte zorg; professional bepaald deze
- Client is verantwoordelijke en geen slachtoffer
- focus op kansen
Dilemma’s bij samenwerking -wat spanningen zijn in de samenwerkingsrelaties tussen professionals bij samenwerken
Identiteit;
- wie ben ik als professional
- wat hoort bij mij
Deskundigheid;
- past integraliteit bij mijn expertise
- lukt het om met ander expertises samen te werken
Territorium
- Samenwerking is andere binnenlaten in domein –> positie onder drul
Macht
- wie heeft zeggenschap over wat?
T shaped professional
Horizontaal; iemand moet over vaardigheden en competenties beschikken om te verbinden met andere disciplines
verticaal; diepgaande kennis binnen eigen expertise
t shaped professional bij perspectieven professional
- beroepsgroep komt niet buiten eigen professie
- meer kennis over andere domeinen functioneler voor samenleving en beter controleerbaar elkaar
- bereid eigen autonomie op te geven en risico op verlies domein macht en status
- Hoe breder hoe meer andere waarden erin komen en kan gaan botsen
Postma et al 2014; articulation work
articulatiewerk; verbinden verschillende soorten taken en werk met elkaar
Drie typen articulatiewerk
- Intraprofessioneel; afstemmen taken die je zelf uitvoert
- interprofessioneel; coordinatie van taken tussen verschillende organisties en sectoren
- lay articulation; minimaliseren professionele zorg dor resposibilisering
articulatiewerk
; afstemmingsmechanisme superwerk dat verbind en integreert waardoor een totale werkboog ontstaat
Interpretaties van georganiseerde professionaliteit
Professionals binnen een organisatie
- Organisatie als plaats voor professionele ontwikkeling
- Organisaties beïnvloeden professioneel werk
- Nieuwe organisatorische rollen voor professionals
Rose 2011: dilemma’s Inter-Professional Collaboration: Can they be Resolved?
Hebben duidelijke grenzen van belang; door collectieve voorkeuren (hoe kan je de rollen het beste indelen om doel te halen)
- Identiteit; hoe ziet de professional zichzelf en hoe anderen hem? (specialistische kennis en brede kennis conflicteren
- Macht
Controledilemma’s; doordat ze veel kennis hebben
ondergewaardeerd gevoel ontstaat - Territorium;
wat zijn hun taken en rollen
kunnen gaan overlappen en conflicterne - Expertise
onderwaardering doordat er meer kennis is door andere professionals
Door articulation work T shaped
Meer articulation work voor t shaped professional door meer afstemming onderling