Blok 8 - Week 5 t/m 8 Flashcards
Organisaties hebben verschillende verhoudingen
- Concurrerend; thuiszorgorganisaties
- Hiërarchisch; Overheid
- Netwerk; afhankelijk van elkaar maar niemand zeggenschap heeft
Netwerk
Afhankelijk van elkaar maar niemand heeft zeggenschap
Kenmerken van een netwerk
- Meerdere actoren en partijen
- Afhankelijk om een doel te bereiken
- Geen van de actoren is dominant
- Besluitvorming een onderhandelingsproces omdat ze elkaar nodig hebben
- Continuiteit heeft patronen veroorzaakt
Fabricotti intregratiemodel onderdelen
- Sociale integratie
- Structurele integratie
- Culturele integratien
Doel
- Integratie van belangen en middelen
Structurele integratie
Afstemming tussen taken (taakverdeling, coördinatiemechanismen)
Culturele integratie
waarden, normen, werk- en benaderingswijzen en symbolen van actoren komen respectievelijk overeen.
Sociale integratie
Geinvesteerd in verhoudingen
Processen integratie doelen macht en middelen
Doelen, belangen, middelen en macht moeten enigszins overeen komen
Uitdagingen sociale integratie in een wijkteam
- variatie in de wijk
- veel verloop wijkteams leden
- netwerk hangt aan teamleden; hoe langer hoe breder het netwerk
- Veel partijen ervaren onvoldoende op de hoogte taken
- Gebrek aan onderling respect en vertrouwen
Culturele integratie wijkteam problemen
- Tegengestelde waarden en normen wat goede hulpverlening is
Integratie belangen macht middelen discussie wijkteam
- Domeinen afkaderen
- Wijkteam alleen voor multiproblematiek
Domein
Het gebied waar een actor (vindt dat hij) zeggenschap over heeft en waar hij zich verantwoordelijk voor voelt en/of is.
diepte; mate waarin meerdere zeggenschap hebben of niet
breedte; omvang domein
Omvang domein typeren
- Type clienten (vb aandoeningen)
- Lateraliteit; welke aspecten van de clienten vind je tot domein behoren (alleen schulden of?)
- Longitudialiteit; voor welke fase ben jij verantwoordelijk en wanneer aan zet
- Diensten
Verschil tussen zelfredzaamheid als definitie bij clienten en beleidsadviseurs
zit vooral in sociale netwerk; actief betrekken voor professionals en client wil dit loslaten
AMO model; gedragsverandering inzette
- Abilities (vaardigheden)
- Motivatie
- Oppertunity (kansen); welke randvoorwaarden nog creeren (sociaal netwerk, geld,
Gedragsverandering moeilijk in te zetten door?
Moeilijkheden op verschillende terreinen van AMO model
Problemen Vaardigheden
- Stress veroorzaakt minder IQ
- Weinig zelfinzicht en vertrouwen
Problemen motivatie
- Verwachting dat ze de doelen niet kunnen bereiken (ervaring verleden of opvattingen wereld)
Problemen kansen amo model
- Complexiteit procedures
- Regeldruk; multiproblematiek
- Klein sociaal netwerk
- Weinig participatie
- Geen geld
Nieuw concept zelfredzaamheid
Persoonlijke controle
oorzaken niet waarmaken integraliteit bij decentralisatie
- Netwerk niet integraal
- client problemen niet integraal bespreekbaar
- weinig preventief werken
- deels maatwerk deels standaard oplossingen
- weinig tijd voor kleine problemen
- kostenbesparing betwijfeld
- zelfredzaamheid niet structureel verbeterd; alleen problemen opgepakt
oplossingen meer integrale aanpak decentralisatie
- Vroegsignalering; preventie
- Oplossen urgentie problematiek en stress verminderen (vertouwen, geen eigen regie stress situatie)
- Integrale analyse (aandacht voor client rondom)
- Versterking zelfredzaamheid (coaching en zingeving, inzet AOM model)
- Integrale levering; sociale en culturele integratie, langere verantwoordelijkheden
Verschil populatie en persoonsgerichte benadering en ziektegericht?
- Verder kijken dan personen, signaleren in omgeving en context en behoeften
Steeds meer mensen met multiproblematiek
Verticale integratie en fragmentatie
samenwerking eerste tweede en derdelijnszorg bij behandelen ziekte client.
Verschillende expertises samenwerken en vermindert fragmentatie