Psychoanalytische benaderingen van persoonlijkheid (Week6) Flashcards
Freud: 2 instincten die voor alle energie in het psychische systeem zorgen
- libido - seksueel instinct, elk behoeftebevredigende of pleziergeorienteerde drift
- thanatos - dood instinct, agressie tegen zelf oder anderen
freud: drie onderdele psyche
- bewustzijn - alle gedachtes, gevoelens en waarnemingen die op dit moment bewust zijn
- prebewustzijn - alles was momenteel niet bewust is maar wel altijd opgehaald kan worden in het bewustzijn
- onderbewustzijn - onacceptable informatie, onmogelijk te verplaatsen naar het (pre)bewustzijn, want het te angstopwekkend is
uitleg: psychisch determinisme
alles wat mensen doen, denken, zeggen en voelen is uitdrukking van de drie onderdelen van de psyche
niets gebeurt toevallig
uitleg: id
kern voor alle driften en verlangens
handelt naar plezierprincipe - het streven naar onmiddelijke bevrediging
betrokken bij primair procesdenken - gedachtes zijn niet logisch georganiseerd (dromen/fantasieen)
uitleg: ego
handelt naar realiteitsprincipe
houdt rekening met de realiteit, houdt dus het id in de gaten
betrokken bij secundair procesdenken - probleemoplossende strategieen om behoeftes van id te vervullen
uitleg: superego
hier zijn ideale waardes en manieren van samenleving opgeslagen
schuldig voelen als iets “fout” gedaan wordt
trots voelen as iets “goed” gedaan wordt
ouders spelen een grote rol bij het ontwikkelen van het superego
maar, superego niet realistisch -> ideaal
freud: 3 soorten angst
- objectieve angst - realistische, externe bedreiging
- neurotische angst - ego dreigt de controle te verliezen over het id
- morele angst - conflict tussen ego en superego, krachtig superego = hoge mate morele angst
6 verdedigingsmechanismes om ego te beschermen tegen angst en stress
- onderdrukking
- ontkenning
- projectie
- sublimatie
- verplaatsing
- rationalisatie
voor morgaine: OOPS, VR(eud)
hoe werkt onderdrukking?
onacceptable gedachtes gevoelens of driften bereiken niet het bewustzijn
hoe werkt ontkenning?
feiten niet accepteren
bv. fundamentele attributiefout (fout bij omgeving zoeken en niet bij zelf/succes wel an zelf)
hoe werkt verplaatsing?
onbewust proces: verplaatsen van onacceptable gevoelens van eigenlijke bron op iets/iemand anders
hoe werkt rationalisatie?
vinden van een rationale verklaring die makkelijker te accepteren is dan de oorspronkelijke
hoe werkt projectie?
projecteren van eigen onacceptabele kwaliteiten op anderen
foutieve consensus effect: denken dat andere mensen dezelfde eigenschappen hebben als men zelf
hoe werkt sublimatie?
Freud’s favoriet
het omzetten van onacceptabele instincten in sociaal wenselijke activiteiten
wanneer wordt een verdedigingsmechanisme een probleem?
als het verminderde productiviteit ter volge heeft
of
als men geen relaties meer kan hebben