Neuropsychologie 9. Flashcards

Neuropsychologie 9.

1
Q

Wat is passieve aandacht?

A

Aandacht die getrokken kan worden doordat er een fysiologische toestand van alertheid wordt gehandhaafd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is actieve aandacht?

A

Aandacht die gericht wordt in een selectieproces dat relevante en niet relevante informatie scheidt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn executieve functies?

A

Hogere cognitieve processen die nodig zijn om activiteiten te plannen en te sturen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hebben executieve functies een overlap met selectieve aandacht?

A

Ja.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is intensiteit?

A

Het handhaven van alertheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is fasische alertheid?

A

Korte termijn reacties, zoals schrikken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is vigilantie?

A

Aandacht behouden op een monotone taak maar men wel alert moet blijven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is bottom-up aandacht?

A

Een passief aandachtsproces dat geactiveerd wordt door externe prikkels, komt overeen met fasische alertheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is top-downaandachtscontrole?

A

Vereist in situaties die selectie vragen, waarbij al bekend is op welke aandachtpsunten moet worden gefocust.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke 3 aandachtsnetwerken worden er onderscheiden in de modellen van Posner en Petersen?

A

Het viligantienetwerk, het posterieure netwerk en het anterieure netwerk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat heeft het vigilante netwerk als functie?

A

Alertheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat heeft het posterieure netwerk als functie?

A

Het richten van de visiospectuele aandacht op de buitenwereld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat heeft het anterieure aandachtsnetwerk voor functie?

A

Het actief en selectief detecteren van informatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is contention scheduling?

A

Gaat over de manier waarop verschillende reacties of gedragingen strijden om cognitieve middelen (zoals aandacht), zonder veel centrale controle.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is supervisory attentional control?

A

Is een hoger niveau van aandachtcontrole dat helpt om beslissingen te nemen over waar we onze aandacht op moeten richten, vooral in situaties van conflicten of afleiding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q
A